Giro 2016: Voorbeschouwing etappe 21
Nu alle kruitdampen zijn opgetrokken, maakt Vincenzo Nibali zijn 163 kilometer tellende glorietocht naar Turijn. Daar komt de 99ste editie van de Giro d’Italia ten einde. Het slotakkoord is zondag aan de overgebleven sprinters. WielerFlits neemt de etappe voor een laatste keer onder de loep.
De slotrit kent weinig noemenswaardige hindernissen voor het peloton. Vanuit de start in Cuneo gaat het eerst in zuidelijke richting, maar draait het parcours vervolgens na een klein aantal kilometer noordwaarts. Vanaf dan is het in een rechte, vrijwel vlakke lijn naar finishplaats Turijn. De hoofdrolspelers van deze Ronde van Italië kunnen onderweg ruimschoots de tijd nemen om een feestje te vieren en onderweg al eens van de sprankelende prosecco te nippen. Na een aanloop van zo’n honderd kilometer, volgen er in Turijn nog acht plaatselijke rondjes van 7,5 kilometer langs de oevers van de Po. Daarin ligt nog een kort klimmetje van 750 meter naar Villa delle Regina, met net voor de top een uitschieter van acht procent.
Enkel de mannen met ambities voor het puntenklassement moeten nog wel aan de bak. Giacomo Nizzolo is op dit moment nog de drager van de rode puntentrui, met 185 punten. Diego Ulissi (159 punten) en Matteo Trentin (141 punten) zijn de naaste belagers van Nizzolo, terwijl Sacha Modolo de eerste pure sprinter is op plaats vijf met 126 punten. Bij de tussensprints in Racconigi en later in Turijn zelf, zijn beide keren nog twintig punten te verdienen. Aan de meet krijgt de winnaar er nog eens vijftig punten bij. Bovendien weten we dan met zekerheid dat de Haai van Messina het eindklassement van de Giro d’Italia op zijn naam heeft geschreven.
Favorieten
Vaak blijkt de laatste massasprint van een grote ronde een ware loterij. Het is na drie zware weken koers niet de vraag wie het snelste is, maar vaak maakt de sprinter die overblijft na een survival of the fittest de meeste kans. Wie luistert zijn Ronde van Italië op met een zege op de slotdag?
**** Nikias Arndt
Vooraf vertelde Nikias Arndt aan WielerFlits dat hij in de eerste anderhalve week waarschijnlijk tekort ging komen tegenover de topsprinters. Dat bleek ook, maar de Duitser van Giant-Alpecin vertelde er gelijk bij dat zijn kans in de laatste tien etappes liggen. Hij dacht dat wanneer de concurrentie zich moe begon te voelen, hij zijn slag kon slaan. Tot op heden lukte dat nog niet, al leek hij in de sprint in Cassano d’Adda de snelste. Hij liet lopen toen hij zag dat Roger Kluge niet meer te achterhalen was. Een dag later was hij bovendien erg sterk in de heuveletappe naar Pinerolo. Met een zege voor Arndt zou Giant-Alpecin de ronde afsluiten waarmee het in Apeldoorn begon: ritwinst.
*** Giacomo Nizzolo & Sacha Modolo
Iemand die al jaren lang op een Giro-rit jaagt, is Giacomo Nizzolo. De 27-jarige Italiaan van Trek-Segafredo werd in zijn gehele carrière al negen keer (!) tweede in een etappe tijdens de Ronde van Italië. Nu alle topsprinters thuis zijn en vrijwel niets een koninklijke massasprint in Turijn in de weg staat, ziet Nizzolo zijn kans schoon om dan eindelijk eens zijn dagzege te pakken. Dat moet hij wel doen zonder zijn leadout Boy van Poppel, die na de derde rit in Arnhem al aangaf dat Nizzolo nu wel eens mag winnen. Hijzelf liet in Cassano d’Adda ook al weten erg teleurgesteld te zijn dat hij zijn ploegmaats nog niet kon belonen voor het goede werk. Schrale troost is dat het puntenklassement hem bijna niet meer kan ontgaan.
Diego Ulissi boekte voor Lampre-Merida al vroeg in deze rittenkoers een dagsucces, waardoor de onderneming door Nederland en Italië vrijwel direct geslaagd was voor die ploeg. Zonder uitgesproken klassementsman, was de fuchsia-roze formatie vooral op zoek naar ritoverwinningen. Naast Ulissi moest ook Sacha Modolo daaraan bijdragen, maar dat is de rappe Italiaan nog niet gelukt. Wel sprintte hij in Nijmegen, Foligno, Bibione en Cassona d’Adda naar een top-4-notering. Dat lukte hem in Pinerolo eveneens, waar hij met onder andere Arndt in de vroege vlucht zat. Net als de Duitser, liet ook Modolo daar een goede indruk achter.
** Alexander Porsev, Kristian Sbaragli & Matteo Trentin
Bij Katusha waren de laatste twee bergetappes een mengelmoes tussen vreugde en verdriet. Enerzijds was er vrijdag het verlies van kopman Ilnur Zakarin, die met een gebroken sleutelbeen en schouderblad de ronde na een zware val moest verlaten. Een dag later luisterde Rein Taaramäe het sikkeneurige gevoel van de Russen op door de voorlaatste etappe op zijn naam te schrijven. Hij maakte hier, zoals de gemaskerde held Zorro dat altijd doet, een denkbeeldige ‘Z’ als steunbetuiging naar Zakarin. Sprinter Alexander Porsev kan morgen opnieuw de wonden voor Katusha verzachten met een ritzege in Turijn. Hij spurtte in meerdere etappes naar een top-10-plek en zou zomaar eens kunnen verrassen.
Kristian Sbaragli komt pure snelheid tekort ten opzichte van ’s wereld grootste spurtbommen, maar kan op een goede dag in het overgebleven Giro-peloton zeker zijn gram halen. De sprinter van Dimension Data wist tot op heden nog niet te imponeren, maar het blijft een gevaarlijke klant. Niet veel ploegen zullen meer in staat zijn om het peloton in de slotfase te controleren, waardoor Sbaragli zijn slag kan slaan in de chaos die daar mogelijk door kan ontstaan. Vorig jaar won hij in de Vuelta a España ook een rit in soortgelijke omstandigheden, al was dat toen halverwege de ronde en na een klimmetje. Wat heeft hij op de slotdag nog in de tank?
Wanneer het aankomt op inhoud, moet de concurrentie ook een snelle man als Matteo Trentin niet onderschatten. De 26-jarige Italiaan van Etixx-Quick-Step is nergens zo in gespecialiseerd dat hij tot de topfavorieten behoort, maar is wel dermate compleet dat hij op heuvelachtig terrein, kasseien en in dit soort massasprints een hele gevaarlijke outsider is. Zijn Giro is al geslaagd door zijn sluwe move in de rit naar Pinerolo, waar hij naar een snelle afdaling de compleet verraste Moreno Moser te slim af was. Kan Trentin zijn Belgische werkgever een vijfde etappezege cadeau doen, na de eerdere overwinningen van Marcel Kittel (twee keer), Gianluca Brambilla en zichzelf?
* Ramunas Navardauskas, Rick Zabel, Pim Ligthart & Eduard Michael Grosu
Omdat er al veel sprinters thuis zitten, stijgt de hoop van de derde- en misschien wel vierderangssprinters op een ritzege in de grote ronde. Ramunas Navardauskas is iemand die daar al lang en breed ervaring mee heeft, daar hij in het verleden al eens een Giro-rit en een etappe in de Tour de France wist te winnen. De Litouwer van Cannondale pakte bovendien brons op het WK in Richmond, waardoor hij met genoegen naar dat laatste klimmetje zal kijken. Wanneer zijn ploegmaats daar een straf tempo onderhouden, kan hij de adem van de sprinters afsnijden.
Rick Zabel had zich voor de Giro ten doel gesteld om twee keer bij de beste tien van een daguitslag te eindigen. Na vijf dagen had hij dat in de ritten naar Arnhem (negende) en Benevento (zevende) al gerealiseerd. In Bibione lukte het hem (negende) zelfs nog een keer. De 22-jarige Duitser van BMC is dan misschien wel geen topfavoriet, maar wanneer hij het juiste wiel te pakken heeft kan hij zo maar eens als een duiveltje uit een doosje op het voorste plan geraken. Treedt hij op die manier in de voetsporen van diens vader Erik, zesvoudig winnaar van de groene trui in de Tour?
Bij de afwezigheid van André Greipel, mogen anderen bij Lotto Soudal hun gang gaan in de sprints. Voor de Belgische formatie kan de Italiaanse ronde sowieso niet meer stuk, daar zij net als Etixx-Quick-Step vier zeges boekte. Pim Ligthart liet zien dat hij in het huidige deelnemersveld mee kan sprinten voor een top-10-notering. Het klimmetje in de volle finale zal voor hem geen probleem zijn. De voormalig Nederlands kampioen op de weg snoepte in de rit naar Pinerolo een tussensprint mee door Modolo en Trentin te verrassen; hij kan de sprinters dus weer te slim af zijn.
Nippo-Vini Fantini streed de gehele Giro voor de blauwe trui van Damiano Cunego. Il Piccolo Principe raakte de leiding in het bergklassement echter in de voorlaatste etappe kwijt aan Mikel Nieve. Daardoor dreigt de rittenkoers voor de Italiaanse ProContinental-formatie uiteindelijk op een fiasco uit te draaien, omdat zij ook nooit echt in de buurt zijn geweest van een ritoverwinning. Het vertrouwen in de Roemeense sprinter Eduard Michael Grosu is echter onverminderd groot. Zo’n laatste sprint in een grote ronde levert nog al eens een verrassing op, dus wie weet.
Outsiders
Het arsenaal met lagere garnituur sprinters is in deze Giro ook niet meer zo groot. Desondanks zouden renners als Paolo Simion, Mickaël Delage, Łukasz Wiśniowski, Ivan Savitsky, José Joaquin Rojas, Sonny Colbrelli en met name Heinrich Haussler zich in een sprint kunnen smijten als zij goed gepositioneerd zijn. Omdat de finale waarschijnlijk opnieuw ongecontroleerd gaat zijn, zou ook een late uitval tot de mogelijkheden kunnen behoren. Dan is het opnieuw uitkijken naar Roger Kluge en Filippo Pozzato, al zou ook Stefan Küng dat moeten kunnen. Of voert Maarten Tjallingii in zijn laatste kilometers als prof nog een huzarenstukje op?
Favorieten volgens WielerFlits
**** Nikias Arndt
*** Giacomo Nizzolo, Sacha Modolo
** Alexander Porsev, Kristian Sbaragli, Matteo Trentin
* Ramunas Navardauskas, Rick Zabel, Eduard Michael Grosu, Pim Ligthart
2. Sbaragli
3. Nizzolo
En in Grosu heb ik de hoop op een mooie toptien al wel laten varen, die knul is helemaal op. Eindigde vandaag voor de tweede dag op rij laatste terwijl het doorgaans echt geen slechte klimmer is. Edi(t): was blijkbaar hard op zijn schouder gevallen gisteren volgens zijn insta, daar kan dus wel een streep door.
1. Kruijswijk
2. Pozzovivo
3. Knecht van Pozzo?
Klinkt realistisch !
Ik twijfel nog een beetje tussen Domont en Bonnafond, maar zo moet het er ongeveer uit gaan zien ja. Schrijf maar op.
En de werkelijkheid: Massasprint, Nizzolo zal wel tweede worden, maar pakt wel het rood definitief
Laten we er voor het mooie van uit gaan dat het een groepje van 5 wordt met Bonnafond, Domont en Tjallingi.
Ik gok Jos van Emden. Die lijkt erg boos en dat werkte bij Nibali ook prima.