“Geweldig,” glunderde Reinardt Janse van Rensburg (MTN-Qhebeka) vlak na de finish van de eerste Ronde van Zeeland Seaports. De 23-jarige Zuid-Afrikaan boekte zijn twaalfde zege van het seizoen door in een sprint zijn medekoplopers Lars Boom (Rabobank) en de Belg Gijs van Hoecke (Topsport Vlaanderen-Mercator) te verslaan.

Eerder dit seizoen won hij al onder meer het NK tijdrijden, vier etappes en het eindklassement in de ronde van Marokko en de proloog en het eindklassement in de Ronde van Overijsel. “Maar deze overwinning in Goes is de mooiste,” zei hij tegen WielerFlits.

Toen hij vanochtend uit het raam van zijn hotelkamer keek, wist hij dat het een zware koers ging worden. Windkracht zes. Onder leiding van Rabobank viel het deelnemersveld vrijwel direct na het startschot in verschillende waaiers. Janse van Rensburg liet zich niet verrassen en zat attent in de voorste groep. Schrik van de harde wind had hij allerminst. “Deze omstandigheden heb ik graag. Straffe wind. Een harde wedstrijd. Ik ken de aankomst. Afgelopen jaren heb ik hier al een paar keer gereden.”

Bij het ingaan van de laatste ronde wist hij dat hij de wedstrijd ging winnen. “Ik had er veel vertrouwen in. Dit seizoen heb ik het al heel wat keren weten af te maken in het slotstuk.”

Op de vraag of hij geen schrik had voor Boom zei de Zuid-Afrikaan kwiek: “Boom is al jaren voor mij een voorbeeld. Ik wist met wie ik op pad was. Van hem winnen is daarom extra speciaal.”

Aanstaande maandag trek Janse van Rensburg met zijn team – na drie maanden – terug naar Zuid-Afrika: “Om een aantal criteriums in eigen land te rijden.” Eind augustus vliegen ze opnieuw terug naar het noorden voor een nieuwe campagne in Europa. En zelfs de Olympische spelen heeft de veelwinnaar uit Virginia nog niet uit zijn hoofd gezet. “Hopelijk mag ik starten. Het zou een geweldige ervaring zijn.”

Mocht een Olympische deelname dit jaar niet lukken, treurt Janse van Rensburg niet. Door zijn uitmuntende prestaties zijn verschillende WorldTour-teams in hem geïnteresseerd. Welke ploegen dat zijn mag hij om omslachtige redenen niet zeggen, maar hij bevestigt volgend jaar op het hoogste niveau te zullen gaan fietsen.