Voorbeschouwing: Kuurne-Brussel-Kuurne 2018
De dag na de Omloop het Nieuwsblad staat voor veel coureurs in het teken van eerherstel. Kuurne-Brussel-Kuurne is een semiklassieker waar de sprinters een kans maken, maar de laatste edities hebben aangetoond dat kasseienvreters hier ook met de zege aan de haal kunnen gaan. Vorig jaar kroonde wereldkampioen Peter Sagan zich tot winnaar van een spectaculaire editie. Wie volgt de dit jaar afwezige Slowaak op? WielerFlits blikt vooruit.
Historie
In het brede spectrum van (Vlaamse) voorjaarskoersen, neemt Kuurne-Brussel-Kuurne een aparte positie in. Waar het peloton in de Omloop het Nieuwsblad, Dwars door Vlaanderen, E3 Harelbeke en de Ronde van Vlaanderen onvermijdelijk uiteen wordt geslagen op de ontelbare kasseistroken en vinnige hellingen, maken de sprinters in KBK altijd een reële kans op de zege. Maar de geschiedenis van deze semiklassieker leert ook dat kasseienvreters er met de winst vandoor kunnen gaan.
Dat Kuurne-Brussel-Kuurne kan worden beslecht in verschillende scenario’s, laat de erelijst van de laatste tien jaar haarfijn zien. Zo wisten snelheidsduivels als Mark Cavendish (tweemaal) en Chris Sutton in het verleden te zegevieren aan de Brugsesteenweg, maar toonden Steven de Jongh, Tom Boonen (in 2009 en 2014), Bobbie Traksel en Jasper Stuyven zich de sterkste uit een onderweg geformeerde elitegroep. Het geeft aan dat verschillende koersscenario’s mogelijk zijn.
Kuurne-Brussel-Kuurne is – zeker in vergelijking met de overige voorjaarswedstrijden – een nog relatief bleue koers. De allereerste editie vond pas doorgang in 1945. Gedurende de eerste 23 edities reed het peloton van Kuurne naar Brussel, om uiteindelijk weer terug te keren richting de textielstad. Vanaf 1968 bleek het niet meer mogelijk om wielerevenementen door de straten van Brussel te organiseren, waarop de organisatie besloot om het zwaartepunt van de klassieker te verleggen naar de Vlaamse Ardennen en de koers om te dopen tot de ‘Omloop der beide Vlaanderen’. Deze naamsverandering hield ruim tien jaar stand, tot de organisatie in 1979 besloot om de klassieker weer om te dopen tot Kuurne-Brussel-Kuurne.
Als we kijken naar de erelijst, dan zien we dat Kuurne vanaf de jaren zeventig enkele puike namen heeft mogen bijschrijven met Flandriens als Roger De Vlaeminck (1970 en 1971), Edwig Van Hooydonck (1989), Johan Museeuw (1994 en 1997) en Andrei Tchmil (1998 en 2000). De grootste Flandrien van allemaal betreft echter Tom Boonen. De onlangs afgezwaaide Belg is recordhouder met drie zeges: in 2007, 2009 en 2014. Een naam die opvallend genoeg ontbreekt, is die van Eddy Merckx. Het laat zien dat de bekende uitspraak van de Belgische oud-renner Noël Vantyghem niet helemaal klopt: “Samen met Eddy Merckx won ik alle klassiekers die er te winnen waren. Ik Parijs-Tours en hij al de rest.”
Niet geheel verrassend prijkt België bovenaan de lijst met 53 laureaten. Nederland volgt op respectabele afstand met in totaal acht winnaars. De vorig jaar overleden Piet Rentmeester zegevierde in 1962 als eerste landgenoot, terwijl Bobbie Traksel 48 jaar later na een helse editie als eerste Kuurne binnenreed. Daartussen wonnen Jan Raas (1980 en 1983), Jos Lammertink (1984), Roy Sentjens (2003) en Steven de Jongh (2004 en 2008).
Vorig jaar was wereldkampioen Peter Sagan de hoofdrolspeler van een spectaculaire editie. De Slowaak vond zich na de beklimming van de Oude Kwaremont terug in een 19-koppige vluchtgroep, met daarbij onder meer Greg Van Avermaet, Jasper Stuyven, Matteo Trentin en Zdeněk Štybar. Na een veertigtal kilometer durend gevecht tussen de vluchters en het peloton, wist een vijftal zich in de finale – onder aanvoering van een beresterke Stuyven – vooraan af te scheiden. Uiteindelijk bleek Sagan in Kuurne over de snelste benen te beschikken, goed voor zijn eerste zege in de semiklassieker.
Laatste tien winnaars
2008: Steven de Jongh
2009: Tom Boonen
2010: Bobbie Traksel
2011: Chris Sutton
2012: Mark Cavendish
2013: niet verreden
2014: Tom Boonen
2015: Mark Cavendish
2016: Jasper Stuyven
2017: Peter Sagan
Parcours
Net als vorig jaar wacht de renners een tweehonderd kilometer lange tocht over de bekende Vlaamse wegen. De renners zullen zondag traditiegetrouw van start gaan bij de renbaan van Kuurne, om vervolgens ruim dertig kilometer oostwaarts te trekken naar de eerste beklimming van de dag: de Wolvenberg. Dit is een verandering ten opzichte van de voorgaande edities, toen de Edelareberg nog de klimouverture was.
Na de Wolvenberg gaat het in 35 vlakke kilometers naar de Onkerzeleberg, die met een gemiddelde van drie procent weinig angst zal inboezemen. Ongeveer vijftien kilometer later luidt La Houppe het zware middenrif van de klassieker in. Gedurende een dertigtal kilometer komen de Flandriens aan hun trekken, met naast La Houppe ook de Kanarieberg, Kruisberg, Hotond, Cote de Trieu én de Oude Kwaremont. Vooral die laatste klim – traditioneel een ankerpunt in de E3 Harelbeke en de Ronde van Vlaanderen – zorgt in KBK vaak voor anarchistische situaties.
Na de Oude Kwaremont staan er met de Kluisberg, Tiegemberg, Holstraat en Nokereberg nog vier kuitenbijters te wachten. De top van de Nokereberg – al sinds jaar en dag aankomstplaats van Nokere Koerse – bevindt zich op ongeveer vijftig kilometer van de streep, wat de sprinters de kans geeft om hun gevolg bijeen te rapen om zodoende de koers in handen te nemen. De renners dienen hierna nog een twintigtal vlakke kilometers af te werken, alvorens de finishlijn voor een eerste maal zal opdoemen. Wanneer deze is gepasseerd, moeten er nog twee lokale rondes van 15,3 kilometer worden afgewerkt.
De lokale ronde voert over een biljartvlak parcours langs Harelbeke en door het door de Romeinen gebouwde Kortrijk, dat nog een belangrijke rol speelde tijdens de Guldensporenslag van 11 juli 1302. De laatste vijf kilometer worden gekenmerkt door lange rechte wegen, wat een organisatie van achteruit mogelijk maakt. Op goed achthonderd meter van de streep volgt een linkse bocht, waarna een lange rechte lijn naar victorie volgt.
Hellingen
1. Wolvenberg (708 meter aan 7.9%) – top op 168,7 km
2. Onkerzeleberg (2100 meter aan 3%) – top op 133,2 km
3. La Houppe (1880 meter aan 4.8%) – top op 117,9 km
4. Kanarieberg (1000 meter aan 7.7%) – top op 112,4 km
5. Kruisberg (1875 meter aan 4.8%) – top op 105,2 km
6. Hotond (2700 meter aan 3.1%) – top op 103,4 km
7. Cote du Trieu (1260 meter aan 7%) – top op 95,4 km
8. Oude Kwaremont (2200 meter aan 4%) – top op 85,7 km
9. Kluisberg (1100 meter aan 6.3%) – top op 78,8 km
10. Tiegemberg (750 meter aan 5%) – top op 62,7 km
11. Holstraat (1000 meter aan 5.2%) – top op 58,1 km
12. Nokereberg (350 meter aan 5.7%) – top op 50,4 km
Favorieten
Een ding weten we zeker: Peter Sagan zal zichzelf niet opvolgen als winnaar. De wereldkampioen wil – met het oog op het drukke koersschema en de ingeplande hoogtestages – tijd doorbrengen met zijn gezin. Het ontbreken van de Slowaak biedt kansen voor de concurrentie, maar Kuurne-Brussel-Kuurne is überhaupt een koers waar een breed scala aan coureurs kans maakt op een mooie eindklassering.
Het weer zal traditioneel zijn invloed hebben op het koersverloop en de staat van paraatheid van de renners. De Vlaamse weergoden zullen de renners zondag niet gunstig gezind zijn, met een temperatuur die niet boven de twee graden zal uitkomen. Door een schrale noordoostenwind zakt de gevoelstemperatuur zelfs onder het vriespunt. Volgens Frank Deboosere – Vlaanderens meest bekende weerman – is er daarom maar een uitkomst mogelijk. “Het zal een sterke Flandrien zijn die wint.”
De meest succesvolle ‘Kuurne-renner’ in de recente geschiedenis luistert niet naar de naam van Peter Sagan of Greg Van Avermaet, maar naar die van Jasper Stuyven. De jonge Belg zegevierde in 2016 na een indrukwekkende solo, terwijl hij vorig jaar Sagan op het podium mocht flankeren als runner-up. Dit zijn uitslagen die er niet om liegen, en de verwachting is dat de Trek-Segafredo-coureur ook aankomende zondag mee zal bikkelen om de overwinning. Stuyven kan als een van de weinigen de koers zowel solo als in een (massa)spurt naar zich toetrekken. Het maakt hem dan ook dé topfavoriet voor aankomende zondag. De Amerikaanse formatie beschikt – naast Stuyven – ook over sprinter Giacomo Nizzolo (in het verleden al goed in het voorjaar) en alleskunner Fabio Felline.
Peter Sagan mag als wereldkampioen dan wel hét uithangbord van het wielrennen zijn, de grote slokop in de klassiekers luistert naar de naam Greg Van Avermaet. De 32-jarige Belg heeft zich in de voorbije twee seizoenen weten te transformeren van net-niet coureur naar een afmaker pur sang. Het aantal klassiekeroverwinningen is indrukwekkend: tweemaal de Omloop het Nieuwsblad, de E3 Harelbeke, Gent-Wevelgem en als uitschieter Parijs-Roubaix.
Een van de koersen die nog ontbreekt? Kuurne-Brussel-Kuurne. Dat is niet verwonderlijk, gezien het feit dat de BMC-coureur in de straten van Kuurne altijd wel botst op één of meerdere snelheidsduivels. De Belg is kortom gebaat bij een zware koers. Als KBK de laatste jaren iets heeft aangetoond, dan is het dat het mogelijk is de sprinters voldoende uit te wringen. In een dergelijk scenario kan de Belg iedereen op de pijnbank leggen; zo gaf hij in de laatste twee edities van de Omloop het Nieuwsblad de op papier snellere Sagan het nakijken. Vorig jaar eindigde hij als zevende in Kuurne: kan hij deze editie nog beter doen?
Sonny Colbrelli (Bahrain Merida) kunnen we gerust bestempelen als een van de revelaties van het voorbije seizoen. De bonkige Italiaan deed in de E3 Harelbeke (zevende) en de Ronde van Vlaanderen (tiende) mee voor de knikkers. Dit smaakt naar meer, zo liet Colbrelli recent in Dubai weten na zijn ritwinst op Hatta Dam. “Ik koers graag in België en ik ben benieuwd wat ik kan bereiken in het openingsweekend. We hebben ons duidelijk versterkt ten opzichte van vorig seizoen en de aangetrokken kwaliteit kan ons helpen het verschil te maken.” De 27-jarige Italiaan is net als Stuyven en Van Avermaet gebaat bij een harde(re) koers, en zal dan ook hopen op een alliantie met Trek-Segafredo en BMC in het afmatten van de pure sprinters. Een ding is zeker: weinig renners zijn na een felbetwiste koers sneller dan Sonny Colbrelli.
Het Australische Mitchelton-Scott heeft met Luke Durbridge en Parijs-Roubaix-winnaar Mathew Hayman al enkele jaren geschikte ijzers in het vuur voor dit soort wedstrijden. Sinds dit seizoen kan de formatie echter ook rekenen op de kwaliteiten van Matteo Trentin. De Italiaanse kasseibul bloeide in zijn laatste jaar bij Quick-Step Floors helemaal open en zal bij zijn nieuwe ploeg de rol van kopman op zich nemen. Heel even leek zijn voorbereiding op het Belgische openingsweekend in het water te vallen door een in januari opgelopen ribbreuk, maar in de recente Vuelta a Murcia (vierde) liet hij een groeiende vormcurve zien. Kan de man uit Borgo Valsugana beter doen dan zijn vijfde plaats van vorig jaar?
Naast de genoemde klassiekercoureurs, staan er ook enkele sprinters aan het vertrek die hopen op een meer gematigd koersverloop. Fernando Gaviria is één van deze snelheidsduivels. De nog altijd maar 23-jarige coureur van Quick-Step Floors behoort inmiddels al tot de sprintelite, met vier ritzeges in de voorbije Giro d’Italia als adelbrief. In het (Vlaamse) klassieke werk maakt El Misil echter ook flinke vorderingen. Zo stak hij in Gent-Wevelgem en Dwars door Vlaanderen al zijn neus aan het venster met enkele top-10-noteringen.
Gaviria sprak voorafgaand aan het seizoen dan ook een duidelijke wens uit: “Ik wil absoluut een van de voorjaarsklassiekers winnen.” Het winnen van KBK zou voor de Colombiaan dan ook een logische stap zijn. Hij beschikt over de benodigde kwaliteiten. Gaviria heeft het in zich om met de voorwacht mee te gaan over de Vlaamse puisten, maar kan ook zijn ijzersterke ploeg op kop zetten voor een massaspurt. Met Niki Terpstra en Yves Lampaert heeft hij twee voorjaarskleppers aan zijn zijde, die bovendien de rol van kopman kunnen overnemen in een voor Gaviria te zware koers.
Mocht de zeventigste editie van Kuurne-Brussel-Kuurne uitdraaien op een sprint, dan is Dylan Groenewegen (LottoNL-Jumbo) een van de grootste kanshebbers. De 24-jarige Amsterdammer liet dit seizoen al zijn pijlsnelle benen zien met ritzeges in de Dubai Tour en de Volta ao Algarve (twee keer). Maar ook in het klassieke werk zet de Nederlander stappen. Zo eindigde hij vorig jaar als vijfde in Dwars door Vlaanderen en versierde hij een top-20-notering in Kuurne. Kan hij dit jaar sprinten om de overwinning? Zijn ploeggenoot én lead-out-renner Timo Roosen maakt ook een kans op de zege. In de Dubai Tour liet hij met een derde stek op de steile Hatta Dam zijn blakende vorm zien, en met zijn inhoud en snelle benen is hij een meer dan gevaarlijke outsider.
Mocht het tot een sprint van een omvangrijke groep komen, dan zullen Magnus Cort Nielsen (Astana) en Arnaud Démare (FDJ) op het vinkentouw zitten. De Deense sprinter is dit seizoen uitstekend op dreef met tien top-10-noteringen en één zegeruiker, en kan goed uit de voeten op de kasseien. Zijn Franse rivaal eindigde vorig jaar als zesde in deze wedstrijd en kan met zijn fond en snelheid in meerdere scenario’s zegevieren.
Overigens is Cort Nielsen binnen Astana niet het enige in te zetten schaakstuk. Wat kunnen we verwachten van enigma Alexey Lutsenko? De nog altijd jonge Kazach beschikt over een breed arsenaal aan kwaliteiten, zo liet hij vorige week nog zien met eindwinst in de Tour of Oman. Maar ook in de kasseiklassiekers kan hij al een puike adelbrief voorleggen met een podiumplaats in Dwars door Vlaanderen. Wordt 2018 het jaar van zijn definitieve doorbraak?
Mocht Van Avermaet bij BMC niet zijn streng kunnen trekken, dan heeft de Amerikaanse ploeg met Jürgen Roelandts nog een kanshebber in de gelederen. De Belg werd afgelopen winter gehaald als luitenant voor de klassiekers, maar toonde in de Volta a la Comunitat Valenciana al zijn goede vorm met sprintwinst. Tegenover Het Nieuwsblad liet Roelandts doorschemeren ambities te koesteren voor Kuurne. “Ik ben klaar voor het openingsweekend. Ik zal voor Greg werken in de Omloop, maar het zou geen slechte deal zijn mocht ik in Kuurne de vrijheid krijgen om te sprinten.” Een verkapte sollicitatie, of een inkijkje in de toe te passen BMC-tactiek?
Outsiders
De brede top in de voorjaarswedstrijden wordt geïllustreerd aan de hand van het indrukwekkende rijtje outsiders dat de revue nog dient te passeren. Als we kijken naar sprinters met inhoud, dan komen we uit op het EF Education First-Drapac-duo Sacha Modolo en Tom Van Asbroeck, Ben Swift (UAE Emirates), Jens Debusschere en landgenoot Moreno Hofland (Lotto Soudal), Sondre Holst Enger (Israel Cycling Academy), Nederlands kampioen Ramon Sinkeldam (FDJ) en Timothy Dupont (Wanty-Groupe Gobert).
Er staan echter ook een pak klassiekercoureurs aan de start, die uit zijn op een felbetwiste editie. Wat mogen we verwachten van kleppers als Tiesj Benoot (Lotto Soudal), Belgisch kampioen Oliver Naesen en zijn Zwitserse ploegmakker Silvan Dillier (AG2R La Mondiale), Edvald Boasson Hagen (Dimension Data), Daniel Oss (BORA-hansgrohe), Sebastian Langeveld (EF Education First-Drapac), Michael Valgren (Astana), Dylan van Baarle (Sky) en Damien Gaudin (Direct Energie)?
Het feit dat iemand als Chris Sutton als eerste wist aan te komen in Kuurne, geeft aan dat ook pure snelheidsduivels een kans maken, mits de koers zich op een enigszins voortkabbelende wijze voltrekt. Dit biedt hoop aan mannen als Sam Bennett en zijn eveneens snelle land- en ploeggenoot Rüdiger Selig (BORA-hansgrohe), Thomas Boudat (Direct Energie), de nog onervaren Simone Consonni (UAE Emirates), Wouter Wippert en Coen Vermeltfoort (Roompot-Nederlandse Loterij) en Ryan Gibbons (Dimension Data).
Tot slot hebben we nog de echte outsiders. De mannen die onder elk scenario kunnen gedijen, maar ook wat geluk nodig hebben om te scoren. Hierbij moet gedacht worden aan Nils Politt (Katusha-Alpecin), Jean-Pierre Drucker (BMC), Oscar Gatto (Astana), Scott Thwaites (Dimension Data), Piet Allegaert (Sport Vlaanderen-Baloise), Justin Jules (WB Aqua Protect Veranclassic) en Sean De Bie (Vérandas Willens-Crelan).
Favorieten volgens WielerFlits
**** Jasper Stuyven
*** Greg Van Avermaet, Sonny Colbrelli
** Matteo Trentin, Fernando Gaviria, Dylan Groenewegen
* Magnus Cort Nielsen, Arnaud Démare, Jürgen Roelandts, Alexey Lutsenko
[poll id=”734″]
Weer en TV
Zondag mogen de renners zich opmaken voor een zonnige maar ook uiterst frisse editie. De gevoelstemperatuur zal schommelen rond het vriespunt. De wind komt met een kracht van drie op de schaal van Beaufort vanuit het oosten. Het blijft, in tegenstelling tot eerdere berichtgeving, de gehele dag droog.
De wedstrijd wordt traditioneel uitgezonden door zowel Sporza als Eurosport. Sporza is er vanaf 13:30 bij met een voorbeschouwing, terwijl de daadwerkelijke live-beelden één uur later de ether ingaan. Eurosport is er eveneens vanaf 14:30 live bij.
Heeft in het verleden bewezen dat hij prima over kasseien kan rijden en koersen met koud weer en wind is perfect voor hem gemaakt, kijk naar de eerste etappe van Parijs-Nice vorig jaar. Verder leek Demare vorig jaar echt een stap te hebben gemaakt. Deze redenen met het gegeven dat Demare met Sinkeldam een ijzersterke knecht erbij heeft gekregen voor deze wedstrijden zou ik Demare ** sterren geven minimaal.
https://todaycycling.com/christophe-laporte-forfait-nieuwsblad/
vervanger is Hofstetter die ook al enkele mooie sprints afleverde dit seizoensbegin.
Maar het zou natuurlijk sterk zijn als hij hier een rol van betekenis kan spelen.
Niet lekker fietsen. Bij sneeuw zal de koers afgelast worden. Al eens gebeurd, maar wat bij extreme kou, zeg de hele koers blijft het vriezen?
Gewoon doorfietsen bij temperaturen onder nul. Zolang het droog is en er geen kans is op opgevroren stukken weg, kan dat prima. Kleding van tegenwoordig is meer dan geschikt, en anders fiets je niet hard genoeg.
Ik denk ook niet dat Gaviria deze wedstrijd bedoelt in zijn uitspraak "Ik wil een voorjaarsklassieker winnen".