Sven Nys: “Van der Poel is bij momenten fenomenaal”
Tijdens de eerste veldritten van het seizoen toonde Mathieu van der Poel zich een klasse apart. De veelgehoorde kritiek dat zijn dominantie de veldritsport saai maakt, wordt niet gedeeld door Sven Nys. De teammanager van Telenet-Fideo kijkt met bewondering naar de prestaties van de Nederlander.
“Je kan dat saai vinden, ja. Of je kan er vol bewondering naar kijken en genieten”, vertelt hij aan Het Laatste Nieuws. “Van de klasse die hij uitstraalt. Van het gemak waarmee hij rondfietst, bochten aansnijdt, over balkjes jumpt… Dat is van een ongelooflijke schoonheid en niveau.”
Desondanks acht hij Van der Poel niet onklopbaar. Nys denkt dat hij te verslaan is op explosiviteit en techniek. “Met de fysieke capaciteiten van Wout heeft het niks te maken. Hij mag dan wat ‘logger’ ogen, het is puur spiermassa als gevolg van zijn switch naar de weg. Hij en Mathieu rijden ongeveer even snel. Maar per balk of bocht geeft hij wel een paar seconden toe. Dat maakt de kloof tussen beiden weer net iets groter. Los daarvan doet Mathieu dingen waar de concurrentie totaal geen antwoord op vindt. Fenomenaal, bij momenten.”
Nys verwacht echter niet dat het wedstrijdbeeld op korte termijn zal veranderen. “Ik vrees dat hij op zwaardere parcours nóg makkelijker zal winnen”, voorspelt hij. “Hij heeft alle troefkaarten in handen. Alleen… Mathieu is ook maar een mens. Die niet immuun is voor conditionele dipjes. Zo gaat het vaak in de cross: in enkele dagen tijd kan de wereld er plots helemaal anders uitzien”, voorspelt hij.
( Ik moest ook even goed zoeken naar de logica )
Ik kan me wel niet van de indruk voldoen dat WVA altijd een vermoeide indruk heeft. Traint die jongen niet te hard, al dan niet met het oog op het wegseizoen?
Wat betreft zijn punt over techniek en explosiviteit zit ik op de lijn van Barcanoord.
Bovendien: ondanks zijn suprematie is vooraf WvA zeker niet uit te vlakken, hij kan er zomaar ineens weer staan. Zeker op de Koppenberg
Hoe snel telt ie op zijn vingers? Per bocht een paar seconden verliezen is schromelijk overdreven natuurlijk.
Het is wel minstens 2 seconden per ronde als er balkjes zijn (afremmen, springen, optrekken). En op een parcours met veel technische, scherpe bochten zullen er ook wel een paar seconden bijkomen vermoed ik. En als je op die manier per ronde 4 seconden verliest, en dat maal gemiddeld 9 ronden, dan weet je het wel.
Prima - jouw analyse is een stuk beter dan die van Nijs. :-)