Met een derde plaats in de GP Marcel Kint, scoort Alfdan De Decker zijn eerste podiumplek van het seizoen. Nadat zijn kopman Timothy Dupont dertig kilometer van de aankomst lek reed, greep de tweedejaars beroepsrenner van Wanty-Gobert zijn kans.

“We hadden vooraf gezegd dat ik mijn eigen kans mocht gaan. Het kan hier hectisch zijn, dus we wilden toch iemand achter de hand houden”, vertelde hij in het flashinterview. “Op dertig kilometer hoorden we dat we volledig mijn kaart zouden trekken. De jongens hebben dat echt perfect gedaan. Op het einde liet ik mij een beetje wegdrummen. Ik maakte een fout door iets te licht te schakelen. Ik durfde niet meer bij te schakelen uit angst om stil te vallen. Maar als je ziet welke sprinters er voor mij eindigen, mag ik zeker niet ontevreden zijn.

Zijn seizoen begon desalniettemin stroef. “Ik heb het heel lastig gehad in het begin van het seizoen en een serieuze aanpassingsperiode nodig gehad. We hebben ook een beetje gesleuteld aan de trainingsschema’s. Dat begint nu te renderen. Ik ben er honderd procent van overtuigd dat er nog rek op zit bij mij. Tot vorig jaar trainde ik nog niet eens met een wattagemeter en nu ben ik er eigenlijk ook nog niet echt mee bezig. Maar we maken daar nu vorderingen mee en het rendeert. Dat is heel plezant.”

Dedecker behoort tot een nieuwe generatie opkomende sprinters. “Ik hoor van de supporters dat het wel wat leeft. Woensdag werd ik geklopt door Sasha Weemaes. En Jasper Philipsen is ook een heel goede sprinter. En met Gerben Thijssen komt er nog een aan. Dus ik hoop dat we met ons vieren toch een beetje ons plan kunnen trekken in dit peloton.”