Lorena Wiebes tot eind 2024 bij Team Sunweb
Interview Lorena Wiebes (21) stapt per direct over van Parkhotel Valkenburg naar Team Sunweb. De Nederlandse kampioene tekent er een contract tot en met 2024. “De Olympische Spelen van Parijs zijn mijn langetermijndoel”, vertelt ze in een uitgebreid interview aan WielerFlits.
Afscheid bij Parkhotel anders dan normaal
Aanvankelijk waren alle drie de partijen akkoord om de transfer te laten plaatsvinden op 1 januari van dit jaar. Daar stak de UCI echter een stokje voor, omdat dat in strijd was met de reglementen. De opstelling van de internationale wielerbond zorgde ervoor dat Wiebes alleen in de tussentijdse transferperiode van 1 juni tot 15 juli de overstap kon maken. Die optie is er al jaren, maar de voorbeelden van renners die ervan gebruikmaakten zijn schaars. Zodoende stapte Rohan Dennis in 2014 over van Garmin-Sharp naar BMC. Wat betreft de Nederlands kampioene: zij zou het voorjaar dus ‘gewoon’ afwerken in het Parkhotel Valkenburg-shirt, maar door de coronacrisis kwam het daar uiteindelijk niet meer van.
Over de periode aan het eind van vorig jaar, is ze duidelijk. “Voor mij was dat op een gegeven moment wel vervelend”, begint ze haar verhaal. “Op een bepaald punt had ik echt geen plezier meer in het fietsen. Toen ik aan deze procedure begon, wist ik natuurlijk wel wat er op me af zou komen. Maar dat het zó heftig zou zijn, had ik niet verwacht. Uiteindelijk was het een heel vervelende situatie en begon ik er zelfs aan te denken dat ik 2020 als een verloren jaar kon beschouwen. De trainingsarbeid die ik door het gedoe in de winter had verricht, was nu niet zo van harte. Niet hoe ik had willen zijn op dat moment. Ik hervond net op tijd de motivatie, waardoor ik toch met vertrouwen de wedstrijden in ging.”
Uiteindelijk kwam de in Mijdrecht geboren renster dit kalenderjaar slechts nog één weekend in actie namens haar oude ploeg. Op 29 februari werd ze 22e in Omloop Het Nieuwsblad om een dag later op 1 maart te zegevieren in Dwars door het Hageland. Daarna stak het coronavirus de kop op en kwam het seizoen stil te staan. “Het is jammer dat het zo gelopen is, want we hadden alles bijgelegd. Alles was weer goed”, legt ze de situatie uit. “Ik had het graag anders willen afsluiten. Ik had nog zo veel mogelijk wedstrijden in dat shirt willen winnen. Maar ook qua afscheid: nu moet ik gedag zeggen via een berichtje. Ik had liever de groep meiden voor me gehad en het hen persoonlijk willen vertellen. Dat kan nu niet.”
Van opleidingsteam naar de WorldTour
Het gesteggel tussen Wiebes, haar management en dat van Parkhotel Valkenburg kwam voort uit het feit dat de Nederlands kampioene nog een contract tot het einde van 2021 had. Toch wilde ze nu al de stap hogerop maken. “Op het moment dat ik mijn verbintenis bij Parkhotel tekende, had ik verwacht dat ik pas eind volgend jaar klaar zou zijn voor de WorldTour”, legt ze uit. “Maar eind 2018 ging het beter dan verwacht en in 2019 ging het zó snel, dat ik harder gegroeid ben dan ikzelf van tevoren had gedacht. Toen ik overstapte van de junioren naar de elite (in de winter van 2017 op 2018, red.), had ik gehoopt binnen vijf jaar bij de top van Nederland te horen. Maar dat is allemaal íets sneller gegaan”, lacht ze.
De transfer van Wiebes betekent een overstap van een opleidingsformatie naar de WorldTour. “Bij Team Sunweb vind ik meer professionaliteit en dat is wat ik uiteindelijk zocht”, legt ze haar transfer uit. “Daardoor kan ik gerichter werken en heb ik een sterkere ploeg om mij heen. Voor mijn ontwikkeling is het op dit moment het beste om nu die stap te maken. Beide ploegen zijn ook niet met elkaar te vergelijken. Parkhotel is in 2018 weer een beetje opnieuw begonnen. Die zitten nog in een opbouw. Ieder jaar gaat het daar beter. Maar het niveau van Team Sunweb ligt echt een stuk hoger, ook omdat het samenhangt met een mannenploeg. Daardoor is er veel meer staf. Voor alle zaken is er iemand anders.”
“Ik wilde wel naar een team gaan wat een duidelijk verschil maakte wat betreft Parkhotel Valkenburg”, gaat ze verder. “Ik verwacht dat Parkhotel Valkenburg binnen een paar jaar misschien ook wel op het niveau van Team Sunweb zit. Maar voor nu nog niet.” Er was voor Wiebes meer interesse vanuit de WorldTour, maar uiteindelijk koos ze heel bewust voor de ploeg van Iwan Spekenbrink. “Dit team heeft een Nederlandse basis. Het Keep Challenging Centre zit in Sittard en de service course is in Deventer. In mijn Engels zit nog een hele verbetering, dus is het fijn dat ook een aantal stafleden Nederlands zijn. Daarnaast gaven ze me enorm veel vertrouwen. Die optelsom van factoren heeft voor mij de doorslag gegeven.”
Korte termijn-doel: Gent-Wevelgem
Wiebes vindt zichzelf momenteel terug op de eerste plek op de UCI Ranking, voor Marianne Vos en Annemiek van Vleuten. “Er zijn op bepaalde vlakken nog een hoop zaken voor mij te winnen”, reflecteert ze. “Zo ga ik bij mijn nieuwe ploeg ook werken met een sprinttrein. Dat is voor mij totaal anders, omdat ik in het verleden vaak aan het surfen was van wiel naar wiel. Ik heb straks veel jonge en getalenteerde meiden om me heen. Dat gaat ervoor zorgen dat we elkaar jaar per jaar naar een hoger niveau gaan tillen.” Dit seizoen doet ze dat nog als Nederlands kampioene. Een meevaller: “Ik had me er al bij neergelegd dat ik dit jaar maar heel kort kon genieten van het rood-wit-blauw. Jammer dat het NK niet doorgaat, maar voor mij is het heel mooi dat ik dat truitje toch kan laten zien en ervan kan genieten dit jaar.”
Het toptalent weet nog niet precies waar ze voor het eerst in actie komt. “Half juni gaan we met de ploegleiding om tafel en zullen we onze programma’s bepalen. Het is sowieso eventjes afwachten welke wedstrijden er überhaupt doorgaan. Maar ik hoop er wel te staan, zeker in bijvoorbeeld Gent-Wevelgem (waarin ze vorig jaar tweede werd, red.). Het lijkt me ook heel mooi om Parijs-Roubaix te rijden, maar dat moet ik dus nog even afwachten. Het gaat een superzware wedstrijd zijn. Of ik er blij mee ben dat die koers er nu ook voor vrouwen is? Ja… Maar ik weet niet of ik dat ook zeg wanneer ik hem eenmaal gereden heb”, grapt ze. “Zonder gekheid: het is natuurlijk supertof dat Roubaix er nu ook voor vrouwen is!”
Nog zoiets: hoe gaat ze in dit krappe seizoen dat volgt nu in hemelsnaam beter doen dan in 2019? “Ja, dat gaat uitdraaien op een heel lastig verhaal”, lacht Wiebes. “Op het begin van het jaar had ik mezelf voorgesteld dat het mooi zou zijn om nog meer wedstrijden te winnen dan vorig jaar. Die doelstelling is nu wat moeilijker. Laat ik dan proberen om in meer grote koersen te zegevieren. Daarbij staat Gent-Wevelgem hoog op mijn wensenlijstje. Daarnaast wil ik proberen om weer goed te zijn in de Boels Rental Ladies Tour (in 2019 won ze twee ritten en werd ze tweede in het eindklassement, red.). Verder vind ik het lastig te zeggen, omdat veel wedstrijden elkaar overlappen op de nieuwe kalender. Driedaagse Brugge-De Panne is ook een wedstrijd waar ik goed wil zijn. Al wil ik er vanaf het begin meteen staan.”
Kickboksend naar Olympische Spelen van Parijs
Dat is volgens Wiebes ook nodig. “Je kunt drie maanden lang in topvorm zijn”, denkt ze. “Vorig jaar lukte mij dat ook. Al moet je het niet onderschatten. Het lijkt een kort seizoen, maar eigenlijk duurt het heel lang. Je bent al vanaf december in voorbereiding en ook nu train je echt hard door. Ik moet ook zeggen dat ik nu weer een stuk meer plezier beleef aan de trainingen dan pak ‘em beet twee maanden geleden. Maar ik denk dat het straks mogelijk is om in een groot deel van al die wedstrijden echt goed te zijn, ja. Wanneer ik tevreden ben over het komende seizoen? Als ik de rest van het jaar goed ben, ik kan meedoen in finales en het liefst zo veel mogelijk wedstrijden met het team en ook mezelf winnend kan afsluiten.”
Na dit jaar richt ze haar focus voorzichtig op de Olympische Spelen. Niet op het klimparcours van Tokio volgend seizoen, maar op de Spelen over drie en een half jaar in Parijs. “We hebben een plan gemaakt waarbij ik kan toewerken naar de Olympische Spelen van 2024”, legt ze uit. “Dat is mijn hoofddoel van de komende jaren. Althans, dat verwacht ik. Het is eventjes afwachten wat voor een parcours ze daar gaan neerleggen. Maar in de omgeving van Parijs verwacht ik geen bergachtige omloop, al weet je nooit waar ze soms opeens een berg vandaan kunnen toveren”, lacht ze. “De Spelen is het lange termijn-doel. Daarom heb ik ook getekend tot het einde van 2024, zodat ik er met Sunweb gericht naartoe kan werken.”
Nog een opvallend feit dat we leren uit dit interview: Wiebes doet aan kickboksen. “Daar beleef ik ook veel plezier aan”, vertelt ze enthousiast. “In de winter doe ik dat erbij. Dit jaar wilde ik het juist het gehele seizoen blijven combineren met wielrennen, maar dat ging niet door de coronacrisis. Eigenlijk heb ik het gedaan tot de sportscholen dicht moesten. Het belangrijkste voor mij is dat ik het leuk vind. Maar ik merk ook dat het goed is voor mijn core stability, mijn reactievermogen en vooral mijn conditie. Je kan echt flink naar de kloten zijn na zo’n training. Ik vind het belangrijk om naast het wielrennen nog een sport te doen. Zo train je ook je armspieren een beetje bij.” Maar geen zorgen: kickboksen is niet olympisch.
Lange rompslomp
Deze transfer is mogelijk omdat de UCI-regels erin voorzien dat rensters in de periode van 1 juni tot en met 15 juli gedurende het seizoen mogen wisselen van ploeg. Dat geldt voor een overstap van het ene Women’s WorldTour-team naar het andere, of – zoals in het geval van Wiebes – van een UCI Continental-team naar de hoogste divisie en vice versa. De Nederlands kampioene wist al een tijdje dat deze overstap eraan zat te komen. Ook haar ploeggenootjes waren op de hoogte. “Ze zullen professioneel genoeg zijn om daar positief mee om te gaan. Ik denk dat al die meiden dezelfde stap zouden maken, als ze dat ook zouden kunnen doen.”
Begin november kwam voor het eerst naar buiten dat Wiebes graag andere oorden wilde opzoeken. De jonge Utrechtse had in 2019 liefst vijftien seizoenzeges geboekt (waarvan acht op WorldTour-niveau), wat haar dus de eerste plek op de UCI Ranking opleverde. Diverse WorldTour-teams toonden daarna interesse in de winnares van onder andere de Europese Spelen, maar in 2018 had Wiebes nog haar contract bij Parkhotel Valkenburg verlengd tot en met 2021. Toch ging ze niet mee op het eerste trainingskamp en daarna liet ze meerdere malen weten te willen vertrekken bij het team van hoofdsponsor Jos van de Mortel.
Tijdens het Wielergala werd Wiebes uitgeroepen tot Talent van het Jaar en daar liet ze voor onze camera weten dat er wat haar betreft snel een einde aan de onzekerheid kwam. Kort na de jaarwisseling spande Parkhotel Valkenburg een kort geding aan tegen de renster. Een dag later was die alweer van de baan, omdat Wiebes’ manager André Boskamp tot een akkoord was gekomen met Van de Mortel. Haar contract werd opengebroken met daarin een nieuwe vaststellingsovereenkomst. Die liep tot 31 mei 2020, waardoor Wiebes nu kan overstappen naar het Nederlandse Team Sunweb. Zodoende voegt de nummer één van de individuele UCI Ranking zich bij de nummer één van de UCI Ranking voor merkenteams.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.