Julian Alaphilippe: “Ik wil trouw blijven aan mijn aanvallende manier van koersen”
Interview “Conditioneel ben ik misschien nog niet helemaal op mijn best, maar ik ben blij met het gevoel dat ik nu heb. Ik verlang naar een eerste seizoenszege in de regenboogtrui.” Julian Alaphilippe straalt vertrouwen uit, maar noemt toch Mathieu van der Poel en Wout van Aert als topfavorieten voor de Strade Bianche.
De liefde tussen Alaphilippe en de Italiaanse klassieker is groot, vertelt de wereldkampioen in een Zoom-meeting vanuit Italië. Hij herinnert zich zijn zege van 2019 nog als gisteren. “Ik was dat seizoen goed gestart in San Juan en Colombia. Die goede vorm kon ik toen in Italië verzilveren met winst in zowel Strade als Milaan-San Remo. Tussendoor pakte ik nog twee ritzeges in Tirreno-Adriatico.”
“Zo goed als toen ben ik vandaag nog niet”, weet de wereldkampioen. “Ik was in 2019 al honderd procent. Zaterdag zijn Van der Poel en Van Aert grotere favorieten. Als je ziet wat Van der Poel uit zijn mouw schudde de voorbije dagen. En dit parcours is hem op het lijf geschreven. Van Aert begint aan zijn seizoen na een hoogtestage. Maar dat deed hij vorig jaar ook en hij won. We gaan het slim moeten aanpakken met de ploeg.”
Trouw blijven
Dat doet ons terugdenken aan vorige zaterdag. In de Omloop trok Alaphilippe wel heel vroeg in de aanval, maar aan de voet van de Muur van Geraardsbergen werd hij teruggepakt. Hij heeft er naar eigen zeggen niet wakker van gelegen. “Ach, ik werd vooraf tot favoriet gebombardeerd, terwijl ik zeker nog niet over mijn beste benen beschikte. Zelfs al had ik gewacht tot op de Muur om aan te vallen, ik zou het toch niet gered hebben tot aan de finish. Daarvoor blies de wind teveel in het nadeel.”
“Trouwens, ik wil die regenboogtrui alle eer aandoen”, gaat de Fransman voort. “En dat wil ik doen door trouw te blijven aan mijn manier van koersen: aanvallend. Dat is mijn grote doel. Zo ben ik ook wereldkampioen geworden… Ik besef ook wel dat ik af en toe iets meer zal moeten rekenen, maar toch, ik wil mijn natuur niet verloochenen.”
Dat hij vanaf nu hoopt elke koers een paar procentjes beter te worden om snel zijn topvorm te bereiken. Die wil hij aanhouden tot en met Luik-Bastenaken-Luik. Meer dan anderhalve maand. “Dat is lang, ja. En niet gemakkelijk. Maar als ik naar mijn lichaam luister, niet ziek word en elke koers goed recupereer, dan moet dat lukken. Het is een mooie blok wedstrijden.”
Regen geen probleem
Alaphilippe betuigde nog zijn lof voor de Strade Bianche. “Het is een koers waar ik als kleine jongen al geboeid naar zat te kijken voor mijn tv. Wat was ik enthousiast toen ik er zelf voor het eerst aan de start stond en dan ook nog kon winnen. Het is geen monument, maar voor mij doet deze klassieker niet onder voor de andere topkoersen. Noem hem gerust het zesde monument”, lacht hij. “Dat het zaterdag gaat regenen? Geen probleem. Dan ontdek ik deze prachtige wegen eens in andere omstandigheden.”
Tot slot kwam de kopman van Deceuninck-Quick-Step nog eens terug op zijn polsblessure. “Ik heb nog wat pijn, ja. Vooral op kasseien is het gevoelig. Dat is normaal, zeggen de dokters. Ik weet al langer dat het lange tijd zou vergen. Maar ik rijd er niet trager door. En een dubbel stuurlint maakt het ook wat comfortabeler.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.