Chris Froome: “Koersen is een voorrecht, ik denk nog lang niet aan mijn pensioen”
Chris Froome maakte de afgelopen winter de overstap van INEOS Grenadiers naar Israel Start-Up Nation. De beste prestatie van de 36-jarige Brit dit jaar is een 23ste plaats in het eindklassement van de Ronde van Slowakije. Na een horrorblessure is Froomey geen schim meer van de viervoudig Tour de France-winnaar die hij was. “Stoppen? Nee, dank je”, zegt hij tegen La Repubblica.
“Ik heb na mijn val nog in het ziekenhuis van Saint-Étienne nagedacht of ik niet moest stoppen”, vertelt Froome. “Ik zette op een rij met wat ik wilde in mijn leven, of ik wilde blijven koersen of iets anders wilde gaan doen. Toen ontdekte ik dat ik echt houd van koersen, strijden, reizen, fietsen in de buitenlucht. Ik houd van de levensstijl van een profwielrenner. Zelfs als ik niet terugkeer op mijn niveau van weleer, is het voor mij van onschatbare waarde om te blijven fietsen. Ik heb nog een contract voor twee jaar bij Israel Start-Up Nation en ik wil doorgaan. Dit is een heel mooie baan”, aldus de Brit, die in bezit is van een lucratief contract.
Froome gaf zichzelf veel kans om die Tour van 2019 te winnen. Hij zou bij winst de geschiedenis ingaan met Eddy Merckx, Bernard Hinault, Jacques Anquetil en Miguel Indurain. Na het strippen van Lance Armstrongs zeven eindzeges, zijn zij met vijf overwinningen weer recordhouder. Maar toen sloeg bij Froome het noodlot toe. “Ik droom nog steeds van die vijfde Tour-zege. Bij het zien van Alejandro Valverde en Vincenzo Nibali, geeft me dat enorm veel motivatie om te blijven trainen. Zij zijn respectievelijk vijf en een jaar ouder dan ik ben. Maar ze wonnen afgelopen maand ook nog wedstrijden. Dat geeft mij moed.”
Respect voor Pogačar, Van der Poel en Evenepoel
Een vijfde Tour-zege lijkt echter een bijna onhaalbare kaart, met de opkomst van supertalenten als Tadej Pogačar. “Ik ben vooral onder de indruk van zijn mentale conditie, van het gemak waarmee hij koersen tegemoet gaat. Hij heeft altijd veel druk op zijn schouders en de manier waarop hij ermee omgaat is ongelooflijk. Ik heb hem nog nooit iets verkeerds zien doen in koers. Als hij aanvalt, wint hij. En zegeviert hij niet, dan heeft hij de controle in handen. Als niets hem tegenhoudt, kan hij elk record breken. En als hij wil, kan hij de eerste zijn na Marco Pantani die in hetzelfde jaar de Giro d’Italia en Tour op zijn naam weet te zetten.”
Froome zelf probeerde dat in 2018. Hij werd toen derde in de Tour, maar won daarvoor op grootse wijze de Giro – “Het mooiste moment in mijn carrière” – ten koste van Tom Dumoulin. Hij viel toen ver voor de finish aan, iets wat we nu steeds vaker terug zien. “Die roekeloze aanval heeft misschien wel de ogen geopend van anderen. Neem Julian Alaphilippe, Remco Evenepoel of Mathieu van der Poel: ze zijn nooit bang om van ver aan te vallen of om meerdere keren een demarrage te plaatsen. We hebben de afgelopen drie jaar veel prachtige wedstrijden gezien. Meer dan we in de voorgaande tien hadden gezien”, beaamt Froome.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.