Tour 2024: Richard Carapaz beloond voor aanvalslust in spectaculaire vluchtersrit, Evenepoel doet goede zaken
Richard Carapaz heeft de zeventiende etappe in de Tour de France op zijn naam geschreven. De Ecuadoriaanse kopman van EF Education-EasyPost was in Superdévoluy de beste van een ruime vluchtersgroep. In het slot gingen ook de favorieten voor het algemeen klassement elkaar nog onder druk zetten, Remco Evenepoel deed daarbij een klein zaakje en ook Tadej Pogacar deed nog wat voorsprong bij zijn al aanzienlijke kloof op Jonas Vingegaard.
Na de start Saint-Paul-Trois-Châteaux, kende de zeventiende etappe van de Tour een zeer lange aanloop, waarbij de weg binnen 130 kilometer de renners geleidelijk zo’n 800 meter liet stijgen. Het betekende het begin van een slotweek waarin er nog weinig vlakke meters te vinden zullen zijn. In de finale wachtte de renners een drietrapsraket, die in veertig kilometer moest worden afgewerkt. Het ging om de Col Bayard (6,8 km aan 7,3%), Col du Noyer (7,5 km aan 8,4%) en Côte de Superdévoluy (3,9 km aan 5,9%).
Een gevolg van die lastige slotweek – zonder de traditionele slotrit naar Parijs – is dat de sprinters daarin geen kansen meer vinden. ‘Heeft het dan nog veel zin om door te zetten?’, is een vraag die veel snelle mannen zich daarom zullen stellen. Duitser Phil Bauhaus (Bahrain Victorious), nog tweede na Jasper Philipsen in de laatste sprintkans, stapte er voor het vertrek al uit. En onderweg volgden Fernando Gaviria (Movistar) – die zich op de Olympische Spelen focust – en Sam Bennett (Decathlon AG2R) zijn voorbeeld.
Het interessante van deze etappe was dat veel renners die licht oplopende aanloop aankonden, en dus ook veel ploegen interesse hadden in een plekje in de vroege vlucht van de dag. Ook de klassementsploegen waren nerveus, omdat er vooraf sprake was van een beetje zijwind bij de start. De verenigde troepen van Visma | Lease a Bike en Soudal Quick-Step (met kopmannen Jonas Vingegaard en Remco Evenepoel) en ook geletruidrager Tadej Pogacar waren attent. Alleen had die laatste geen ploegmaats in de buurt. Het peloton brak in enkele stukken, maar aangezien alle grote namen mee waren, keerde de rust snel terug.
Alleen Alexey Lutsenko (Astana Qazaqstan) zou nooit meer in de spits van de koers geraken, hij stapte even later met kniepijn – en bovendien in tranen – uit de wedstrijd. Voorin was het op dat moment nog altijd wachten op de eerste aanval van de dag. Die kwam van Sébastien Grignard (Lotto Dstny) en Geraint Thomas (INEOS Grenadiers), maar pas toen Wout van Aert (Visma | Lease a Bike) zich kwam moeien ontstond er een eerste kloof.
Van Aert mocht samen met drie anderen immers een paar kilometers vooruitrijden, maar ook zij kenden geen geluk. Ook pogingen van Ben Healy (EF Education-EasyPost), Kevin Vauquelin (Arkéa-B&B Hotels) en nog een aantal keer Van Aert kenden geen succes. De eerste zestig kilometers kregen we een waar spervuur aan demarrages, maar juist omdat zo veel ploegen interesse hadden in de vroege vlucht, neutraliseerden alle gegadigden elkaar. Van solopogingen tot groepjes van een twintigtal renners: we kregen ze allemaal te zien.
Maar het was wachten op een aanzet van Tiesj Benoot (Visma | Lease a Bike) vooraleer er een groepje een échte vrijgeleide kreeg. We waren op dat moment al zestig kilometer in de rit ver. Benoot kreeg Bob Jungels (Red Bull-BORA-hansgrohe), Romain Grégoire (Groupama-FDJ) en Magnus Cort (Uno-X Mobility) met zich mee. De vier werkten goed samen en reden al snel een twintigtal seconden bij elkaar. Alleen volgde daarachter niet meteen de zegen van het peloton. Verschillende renners wisten met hun aanvalsdrift geen blijf, waardoor er een achtervolgende groep ontstond van een dertigtal renners.
Alsof die situatie nog niet gek genoeg was, hadden Tadej Pogacar, Jonas Vingegaard en Remco Evenepoel – de top 3 van het algemeen klassement – een plekje in die vlucht weten te bemachtigen. Niet dat ze aanvallend aan het koersen waren, maar door attent voorin te rijden, zaten ze tegen wil en dank mee voorin. Net zoals de meeste renners die nog een rol in het klassement spelen trouwens, op Adam Yates (UAE Emirates) na. Alleen was EF Education-EasyPost – dat met Ben Healy en Richard Carapaz twee grote favorieten voor de dagzege in haar rangen had – het daar niet mee eens. Zij gingen rijden in het peloton en zorgden ervoor dat de achtervolgers tot de orde werden geroepen.
Benoot en co bleven intussen lustig doorrijden, waardoor ze inmiddels een minuut bij elkaar hadden gereden. De grootste voorsprong in deze etappe tot dan toe, maar ook deze keer viel het niet écht stil in het peloton. Plots dook de tussensprint immers op, waar Biniam Girmay en Jasper Philipsen punten konden sprokkelen voor het puntenklassement. Leider Biniam Girmay toonde zich in een duel voor de vijfde plaats echter sneller dan Philipsen en staat zo weer wat steviger in het groen.
Meteen na de tussensprint volgde een soort breekpunt in het peloton. Richard Carapaz werd gelanceerd door enkele pionnen van EF Education-EasyPost en plots mocht zowat iedereen die interesse had vooruit gaan rijden. Op die manier kwam er een achtervolgende groep van liefst 48 (!) renners tot stand. Daarbij waren Groupama-FDJ (met 5 pionnen), Jayco Alula en Lidl-Trek (met 4 renners) en dsm-firmenich PostNL (met z’n drieën) het best vertegenwoordigd. Wout van Aert en Christophe Laporte enerzijds en Marc Soler en Pavel Sivakov anderzijds waren de renners voorin van de grote blokken van Visma | Lease a Bike en UAE Emirates.
Verder ook een tal van interessante avonturiers. Denk aan Simon Yates (Jayco AlUla), Laurens De Plus en Geraint Thomas (INEOS Grenadiers), Richard Carapaz (EF Education-EasyPost), Julien Bernard (Lidl-Trek), Kévin Vauquelin (Arkéa-B&B Hotels), David Gaudu (Groupama-FDJ), Enric Mas (Movistar) en het stevige drietal van dsm-firmenich PostNL Warren Barguil-Romain Bardet-Oscar Onley. Van Belgische zijde waren ook Steff Cras (TotalEnergies), Harm Vanhoucke (Lotto Dsty) en Jasper Stuyven present. In het peloton ging het blok er éindelijk volledig op, waardoor deze groep aan de ritzege mocht beginnen denken.
Ze moesten dan wel eerst nog naar de vier leiders toerijden, en dat bleek nog geen sinecure. Pas toen de weg wat steviger begon op te lopen, kon er aan de achterstand van zo’n anderhalve minuut op Benoot, Jungels, Cort en Grégoire geknabbeld worden. In eerste instantie gebruikten Guillaume Martin (Cofidis) en Valentin Madouas (Groupama-FDJ) de Col Bayard als springplank om de sprong naar voren te maken. Verder spatte de achtervolgende groep in die eerste echte klimkilometers van de dag vollédig uit elkaar, maar de sterkste klimmers in de groep hielden zich nog even kalm.
Dat was wel anders op de Col du Noyer, de langste en lastigste beklimming van de dag waar iedereen de beslissing verwachtte. Het was ook daar dat Simon Yates al van aan de voet op de pedalen ging staan. De Brit verraste zijn concurrenten daar een beetje mee en maakte in geen tijd de sprong naar de zes leiders. Vanaf Yates de aansluiting had gemaakt, gooide hij hen ook meteen los. Al was het dan nog altijd wel een zevental kilometer tot het einde van de beklimming.
Een tiental seconden verder ging olympisch kampioen Richard Carapaz in hoogsteigen persoon op zoek naar een misschien wel overmoedige Yates. Carapaz hield de Brit constant in het vizier, met Stephen Williams (Israel-Premier Tech) in zijn spoor. Opvallend genoeg vroeg de Ecuadoriaan zelfs niet om een overname, om niet veel later Williams toch los te gooien. Het had heel wat voeten in de aarde, maar Carapaz kwam op een drietal kilometer van de top dan toch aansluiten bij de aanvalslustige Brit.
Carapaz nam dan maar zelf de kop en bleef Yates zo onder druk zetten. De voormalige Vueltawinnaar klampte aan, maar toen Carapaz op anderhalve kilometer van de top extra hard op de pedalen ging staan, ging het licht bij Yates uit. Op de top was het verschil al zo’n twaalf seconden, en in de afdaling richting de slotklim Côte de Superdévoluy deed de olympische kampioen er alleen maar voorsprong bij. Het was duidelijk dat de Ecuadoriaan de sterkste vluchter van de dag was, waarmee hij eindelijk een bekroning kreeg voor zijn aanvalslust in deze Tour.
Zo’n acht minuten later moesten ook de favorieten voor het algemeen klassement dat slotdrieluik nog afwerken. In eerste instantie probeerden de mannen van Giulio Ciccone iedereen te verrassen, maar Joao Almeida stelde al snel orde op zaken voor zijn kopman Tadej Pogacar. De aanval is de beste verdediging, moet die laatste gedacht hebben, want Pogacar ging er op anderhalve kilometer van de top vandoor. Grote concurrent Jonas Vingegaard moest al snel weer gaan zitten, maar Remco Evenepoel probeerde wél te volgen.
Evenepoel moest uiteindelijk ook zijn meerdere erkennen in Pogacar, maar in de daaropvolgende afdaling kon Vingegaard rekenen op een uitmuntende Christophe Laporte, die zich vanuit de vlucht had laten terugzakken. Laporte ging eerst Evenepoel en later ook Pogacar terughalen, waardoor het een maat voor niets leek te worden tussen de klassementsrenners. Alleen dacht Remco Evenepoel daar anders over. Op de slotklim verraste de wittetruidrager zijn concurrenten met een aanval langs achteren uit. Pogacar keek de kat uit de boom, Vingegaard en ploegmaat Van Aert moesten achtervolgen.
In het slot sprong ook de geletruidrager zelf nog weg van achter de rug van Vingegaard, maar de verschillen bleven relatief klein. Evenepoel deed wel een ‘zaakje’ door 10 seconden terug te nemen op de gele trui. Vingegaard volgde twee seconden verder, waardoor hij nog altijd zeer stevig op de tweede plaats in het algemeen klassement staat. Weliswaar na een beresterke Pogacar, die ook in etappe 17 nooit in de problemen kwam.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.