Demi Vollering en Ellen van Dijk zien in spekgladde bochten olympische droom verloren gaan
Op en boven de Seine worden de Olympische Spelen van Parijs tot dusver geteisterd door een waterballet. Viel vrijdagavond de openingsceremonie letterlijk in het water, ook de tijdrit bij de vrouwen wordt zwaar beïnvloed door de voortdurende regenval. Waar Ellen van Dijk met haar vrij recent gebroken enkel weet dat een valpartij funest is en daardoor minder risico’s in de bochten neemt, schiet bij Demi Vollering door het hoofd dat een val misschien wel een streep door de Tour de France Femmes kan betekenen.
Kijkend naar het podium met Grace Brown, Anna Henderson en Chloe Dygert – in deze volgorde op de eerste drie plekken – moeten beide Oranje rensters constateren dat dit geen verrassing is. Het vlakke prachtige traject met de start op het Esplanade des Invalides en de finish op de Pont Alexandre III is op het lijf van deze ‘powerhouses’ geschreven. En alle drie hebben ze ook maandenlang bewust en ideaal naar deze 32,4 kilometer toegeleefd.
Vollering blijft op 19 seconden van het brons op plek vijf steken. “Ik denk dat dit mijn beste tijdrit ooit is”, zegt ze na een korte blik op haar wattages. “Ik wist dat dit niet mijn parcours was, maar in de dagen in de aanloop naar de tijdrit begin je toch te dromen. De Olympische Spelen zijn zo speciaal. Je moet nooit van tevoren denken dat iets niet mogelijk is. Dan heeft het geen zin om te gaan.”
“Het niveau ligt hier echter veel hoger dan op bijvoorbeeld het WK. Dit is het allergrootste sporttoernooi. Hier kun je veel meer mensen inspireren dan alleen de wielerfans. Dat maakt dit evenement zo mooi, maar zorgt er ook voor dat er zoveel beter wordt gepresteerd.”
Het gevoel in de tijdrit is bij Vollering in de eerste kilometers heel goed. Na zo’n tien kilometer voelt ze in een bocht het achterwiel een beetje wegglijden en dat brengt onzekerheid. “In het begin reed ik op de limiet, maar daarna durfde ik niet alles meer te riskeren. Vervolgens ging ik ‘vierkant’ door een aantal bochten heen. Daar heb ik het misschien laten liggen. Al zou ik veel meer hebben gebaald wanneer ik onderuit was gegaan.”
Waar Vollering vrede kan hebben dat ze in deze discipline op dit parcours duidelijk nog wat terrein te kort komt op de specialisten, baalt Van Dijk zichtbaar van haar elfde plaats op 2’43 van winnares Brown. In de ochtenduren maakt haar vriend Benjamin bekend dat Van Dijk bij de val 7,5 week geleden niet alleen haar enkel heeft gebroken, maar ook haar rechtervoet en haar vinger. Ze had een spierhernia in haar bovenbeen en diepe snijwonden in haar benen die met 24 hechtingen aan elkaar moesten worden gezet.
Bijzonder
“Het zou te gek voor woorden zijn geweest wanneer Ellen hier een medaille had gewonnen. Dan had de rest hier ook een beetje voor gek gestaan”, vertelt Vollering die wel al eerder op de hoogte van al deze kwetsuren was. “Ellen moet zich realiseren dat het heel bijzonder is dat ze hier aan de start stond. Dat is ook iets heel moois.”
Zo ziet Van Dijk dat zelf nog niet: “Dat ik in mijn revalidatie nog zo ver ben gekomen, dat ik hier kan starten mag je een wonder noemen. Daardoor begon ik ook voor de tijdrit in wonderen te geloven. Ik haalde op de rechte stukken wattages die me in de buurt van de medailles zouden brengen. Alleen in de bochten heb ik heel veel tijd verloren. Ik was extra bang in de regen. Ik wil die enkel niet nog een keer kapot maken. Ik ben daar nu extra kwetsbaar. Maar, verder was ik ook gewoon niet goed genoeg.”
Natuurlijk is de regen die het parcours extra glad maakt, niet iets waar Van Dijk op zat te wachten: “Ik werd niet vrolijk toen ik de gordijnen vanochtend open deed. Anderzijds heb ik richting deze olympische tijdrit zoveel hobbels moeten nemen dat dit er ook nog wel bij kon.”
Van Dijk windt er geen doekjes om. De teleurstelling overheerst. De elfde plek op de Olympische Spelen, dat is niet het resultaat waarvoor de drievoudig wereldkampioen tijdrijden naar Parijs is gekomen. “Dit is niet de uitslag waar ik al die weken voor gevochten heb. Ik kan mezelf echter niks verwijten”, is ze eerlijk.
Waarna ze haar karakter in de beproeving tegen de klok omschrijft: “Elke trap die ik deed had ik de overtuiging dat ie raak moest zijn. Dat ie harder moest zijn. Dit was het enige moment waarop ik kon vergelden wat ik de afgelopen tijd heb gedaan. Zo zat ik onderweg wel te vechten en alles te geven. Ik weet dat ik straks ga beseffen dat ik trots kan zijn op wat ik de laatste weken heb laten zien. Maar nu kan ik dat gevoel nog niet vinden.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.