Youri IJnsen

• zondag 29 september 2024 om 11:53

Interview Het WK wielrennen in Zürich telt zondag twee absolute topfavorieten met Tadej Pogačar en Remco Evenepoel, met Mathieu van der Poel daar een trede (of twee) onder. Wellicht dat die laatste twee de laatste dagen samen een masterplan hebben uitgetekend. Nederland en België zaten namelijk in hetzelfde hotel en dat had een duidelijk reden. Beide bonden leggen uit bij WielerFlits.

Van der Poel, Evenepoel en co verblijven dit WK in het Swiss Star Hotel. Dat is niet in Zürich, maar ruim twintig kilometer oostelijker in Wetzikon. Ooit – in 2005 – vond hier eenmalig een Wereldbeker veldrijden plaats. Nu zijn de Nederlandse en Belgische WK-delegaties er dus ondergebracht. Het hotel bestaat uit twee gebouwen en in totaal uit 105 kamers en vijf suites. Zeer functioneel met charmante inrichting. “We hebben alleen lichte, moderne kamers en suites met comfortabele bedden van hoge kwaliteit”, schrijft het hotel op haar website. Alle kamers zijn voorzien van digitale tv, telefoons, een minibar en supersnelle Wi-Fi. Kortom: van alle gemakken voorzien.

De prijzen per nacht lopen uiteen van 152 euro voor een normale Superior tweepersoonskamer tot 441 euro voor suite. Dat is overigens buiten het WK-weekend gerekend, want toen zat het weekend vol. Naast beide landen was er in ieder geval op vrijdag ook een delegatie voor een luxueuze trouwerij aanwezig. Zij sliepen in de suites, waardoor we er dus vanuit mogen gaan dat deze niet aan Van der Poel of Evenepoel besteed waren. Dat beide landen er huizen dit WK is toeval, maar toch ook weer niet. België kwam in december voor het eerst kijken, Nederland volgde in februari. “Na de verkenning van de coaches hebben we in mei definitief beslist.”

Checklist en doorslaggevende factor
Aan het woord is Massimo Van Lancker, Directeur Sport bij de Belgische bond. “Wij kijken vooral naar praktische zaken voor onze staf en medewerkers bij het uitzoeken van het hotel. Dan moet je denken aan: is er genoeg parking? Is er een bike room voor de mechaniekers? Is er een meeting room voor de tactische besprekingen en persconferenties? Is er water voorzien en een ruimte om de fietsen te kuisen? En uiteraard ook: is er voldoende comfort voor onze renners? Zij zitten allemaal bij World- en ProTeams en kennen bepaalde standaarden. Als federatie proberen wij uiteraard diezelfde standaarden na te streven. Dat zijn zoal de zaken op onze checklist.”

Maar net als bij Nederland was er een ander groot pluspunt wat de doorslag heeft gegeven. “Je zoekt altijd de optimale locatie tussen de aanrijroute naar de start- en finishplaats en waar je goed kunt trainen”, legt Wilbert Broekhuizen uit. Hij is technisch directeur bij de KNWU. “Hier in Wetzikon zitten we aan de rand van het dorp, waarbij we zo de natuur en een rustig gebied in fietsen. We zitten daarnaast bijna aan het WK-parcours en ook de startplaatsen zijn dichterbij voor ons dan wanneer we in Zürich hadden gezeten. Dat maakt het de ideale situatie voor ons, weg uit de drukte en bij het verkeer van de stad, zodat de sporters zich in alle rust kunnen voorbereiden.”

Voor herhaling vatbaar
Maar wie denkt dat Van der Poel en Evenepoel zondagochtend nog havermout en espresso hebben gedronken aan de ontbijttafel, hebben het mis. “We zoeken ook hotels uit waar we gescheiden kunnen eten van de andere gasten. Maar alle Nederlanders en Belgen krijgen wel dezelfde voeding aangeboden. Dat is wel mooi, want dan strijden we met gelijke middelen om de zeges”, lacht Broekhuizen. “Het is ook praktisch om gescheiden te eten”, legt Van Lancker uit over de schuifmuur die beide delegaties scheidt. “Stel dat er iemand in ons kamp ziek geraakt, dan willen we de Nederlanders niet besmetten. Andersom werkt dat natuurlijk gelijk zo.”

Maar verder is het qua staf onderling wel een geslaagde exercitie. “Bij mijn weten is het een van de eerste keren dat we samen op zaal liggen”, denkt Van Lancker. “Neem nu de bike room. Dat is één grote ruimte waar een tafel staat en heel veel onderdelen. Aan de ene kant werkt Nederland, aan de andere kant wij. Nee, er zijn nog geen boutjes ontvreemd, haha! We komen goed overeen. Koffie en biertjes wisselen we uit, dat is superleuk. Het is misschien wel voor herhaling vatbaar.” Die mening deelt Broekhuizen. “Het is fijn dat iedereen hier is voor een topsportprestatie en goed om in elkaars keuken te kijken, daar leer je alleen maar van. De samenwerking gaat supergoed.”