Tibor Del Grosso onder de indruk: “Niet makkelijk om mezelf tussen deze kwaliteit renners te zetten”
foto: Cor Vos
Youri IJnsen
vrijdag 20 december 2024 om 07:15

Tibor Del Grosso onder de indruk: “Niet makkelijk om mezelf tussen deze kwaliteit renners te zetten”

Interview Het einde van het jaar nadert en dat betekent dat het nieuwe wielerseizoen op het punt staat om te beginnen. In een serie met zeven vaste vragen stelt WielerFlits de komende dagen alle zeven jonge Nederlandse talenten voor die op 1 januari 2025 hun profdebuut maken in de WorldTour. Wereldkampioen veldrijden U23 Tibor Del Grosso is de volgende. Via Metec-Solarwatt en de opleidingsploeg van Alpecin-Deceuninck is Del Grosso komend jaar prof bij het WorldTeam van de Belgische ploeg. 

Een must have voor alle wielerfans! Met de Black Friday deal van RIDE Magazine haal je het ideale cadeautje voor de feestdagen in huis. Voor slechts € 13,95 ontvang je de najaars- en de winter-editie in jouw brievenbus. Dat betekent meer dan 300 pagina’s aan schitterende wielerverhalen. Wacht niet te lang, want OP=OP. Bestel nu jouw magazines en verzeker je van uren leesplezier.

Waar ben je opgegroeid en hoe kwam je in aanraking met de wielersport?
“Ik ben opgegroeid in Eelde, een klein dorpje in Noord-Drenthe. Mijn vader heeft altijd een fietsenwinkel gehad. Dus zo ben ik van kinds af aan al aan het fietsen. Eigenlijk al zo lang als ik me kan herinneren. Op den duur ben ik in categorie één of twee al begonnen met het rijden van wedstrijden. Eerst was dat bij de NWVG en later bij De Meteoor. 

Pas bij de junioren heb ik durven dromen om van fietsen mijn beroep te maken. Ik heb natuurlijk ook al jaren gecrosst en vroeger was ik altijd superklein. Desondanks werd ik bij de nieuwelingen al eens Nederlands kampioen op de weg. Toen had ik al het idee dat ik de weg ook wel leuk vond en dat goed kon. Maar pas vanaf de junioren kwam het idee: ‘ik zou graag prof willen zijn’.”

Een piepjonge Del Grosso was vijf jaar terug al ‘geen gewone smurf’ – foto: Cor Vos

Wat voor type renner ben je en wat zijn je sterke punten?
“Toch wel een klassiekerrenner. Intussen ben ik flink gegroeid (lacht) sinds de jeugdcategorieën. Vroeger dachten mensen misschien dat ik zou uitgroeien tot een klimmertje, maar dat is toch wel anders gebleken. De inspanningen van korte hellingen liggen mij het beste. Dat vind ik ook het leukste, ietwat selectiever koersen zonder dat het meteen te zwaar klimmen is. Dan denk ik vooral aan het Vlaamse werk, maar ik moet daar nog achter komen. Misschien dat ik de Ardennen ook nog wel net aankan.

Ik heb een goede punch met een redelijk oké eindschot in een iets kleiner groepje. Ik durf ook wel te zeggen dat ik goed door een peloton kan fietsen. En ik denk dat iedereen op het WK in Zürich dit jaar eveneens heeft kunnen zien dat ik redelijk goed kan dalen. Wat dat betreft zou ik mezelf omschrijven als een handige renner en dat dit me ook ten goede komt in de koers. Zeker in de stressvolle voorjaarsklassiekers.”

Wat zijn je belangrijkste prestaties?
“Dan denk ik vooral aan de overwinningen die ik heb behaald van de junioren tot aan nu. En dan met name het Nederlands kampioenschap op de weg U23 van afgelopen jaar, de proloog in de Oberösterreich Rundfahrt en ik ben ook trots op de prestaties die ik dit jaar op het EK (zevende, red.) en WK (achtste, red.) heb neergezet. Uiteraard ook mijn zege in de GP New York in mei.

 Dat was best een bijzondere ervaring. Ik ging er vanuit dat het een grote organisator was met veel geld, waar alles goed geregeld was. Dat viel mee. Het was echt Amerikaans, koersen op de grote weg. Op elk kruispunt stond een politieagent, maar toch kwamen er om elke hoek auto’s ons tegemoet. De Europeanen moesten er wel even aan wennen dat je blinde bochten naar links niet de binnenbocht moest nemen, haha.”

Waarom koos je voor je huidige ploeg?
“Toen Alpecin-Deceuninck kwam, was dat voor mij een no-brainer. Die hebben het beste voor elkaar voor de renner die ik ben. Hun opzet hebben ze bewezen, met de cross-en-weg-combinatie. Dat was een makkelijke keuze. Graag zou ik beide disciplines altijd blijven combineren.”

In welke koersen gaan we je zien?
“Toevallig heb ik donderdagochtend mijn programma besproken. Het idee is om een mix te doen van grote koersen zoals Parijs-Nice en kleinere wedstrijden als Le Samyn – waar ik normaal ga beginnen-, de GP de Denain en Volta Limburg Classic. Grote klassiekers zullen er nog niet meteen tussen zitten. Dat is ook niet gek als je naar de kwaliteit in onze rennersgroep kijkt. Het is niet makkelijk om je daar tussen te zetten. Een grote ronde is in ieder geval absoluut niet het idee. Dat zou ik zelf ook nog wat te gek vinden, denk ik.” 

Del Grosso is ook regerend wereldkampioen veldrijden bij de beloften – foto: Cor Vos

Wat zal je rol voornamelijk zijn volgend seizoen?
“Dat hebben we nog niet besproken. Het draait vooral om ontwikkelen op de lange termijn. Daarin valt het te bezien wanneer ik eens mijn eigen kans kan gaan en wanneer ik iets voor de ploeg moet doen. Zo ver zijn we nog niet, ik weet ook niet wat het programma is van de andere jongens. En nee, ik weet dus ook nog niet of ik veel met Mathieu van der Poel op pad ga komend jaar (lacht). Wat wel vaststaat is dat de kwaliteit van onze renners heel hoog ligt. De kans is groot dat er iemand rijdt die beter is dan ik ben.”

Welk leuk feit móeten mensen van jou weten naast het wielrennen?
“Poeh… Ik vind foto- en videografie wel heel tof. Ik upload ook op YouTube. Dus mochten mensen dat leuk vinden, kun je me daar vinden. En ik heb natuurlijk altijd speciale regenboog-crocs aan. Die draag ik nog, maar niet meer zoals voorheen op het podium na wedstrijden. We hebben daar een schoenensponsor voor bij de ploeg, die ik dan ook graag draag.”


RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.