Fietsen in Trentino: Riviera in de bergen
Fietstoerisme Zin in zon? De streek rond het Gardameer leent zich bij uitstek voor een eerste fietsweek in de bergen. Maar pas op: de klimmen zijn er een pittige uitdaging.
In de afdaling van de Brennerpas aan de Italiaanse kant zie je het landschap veranderen. Het ruige van de Alpen maakt stukje bij beetje plaats voor het lieflijke van het dal, dat steeds een beetje breder wordt en daardoor meer zon vangt. Het is voorjaar en het gras groeit alweer en de voorjaarsbloemetjes steken hun kopjes alweer op. Fijn, want daar komen we hiervoor.
Ergens bij Trento slaan we rechtsaf, richting het Gardameer. Dat is toch een zomerbestemming, horen we je denken. Oók een zomerbestemming. In het voorjaar ziet de streek eruit alsof je langs de Riviera rijdt. Pas op, het kan spoken in april, maar meestal is het heerlijk. Gemiddeld kent een plaats als Riva dan zo’n vijf zonuren per dag en dat loopt op tot zeven in mei. De temperatuur doet lekker mee: gemiddeld is het 18 graden in april. Ideaal dus voor een meivakantie, met de kids en de fiets.
Aan de zuidkant van het Gardameer vind je ‘s zomers de toeristen in het aquapark, aan de noordkant, in de regio Trentino/Alto Adige, is het fietsen geblazen. Riva is gekend vanwege het mountainbiken. Elk voorjaar,eind april, is er het Bike Festival en kun je naar hartenlust mountainbiken. Maar ook op de weg is het hier een paradijs. Hier liggen de klimmen. Ook in het voorjaar zijn ze sneeuwvrij en goed te doen. Tenminste, als je de winter niet stil hebt gezeten, want de Italianen leggen de wegen lekker rechttoe rechtaan. Dat betekent dat het vaak steil is.
IJssalons
Om in te fietsen pakken we eerst ons lievelingsrondje. Via Arco en Riva klimmen we naar het Lago di Tenno om vervolgens om het massiefje heen te fietsen en via Ponte Arche en Sarche terug te rijden. Sinds er vanuit Sarche een prachtig fietspad langs de rivier de Dro is gekomen, heb je als fietser geen last meer van auto’s. Nog even langs het Lago di Cavedine en dan is het een eindsprint naar een van de vele ijssalons die Arco rijk is. Gelato Italiano, lo adoro.
Ook prachtig is de klim Montevelo of via Rovereto. Dan klim je eerst vanuit Torbole weg van het Gardameer. Met een beetje mazzel kom je er de lokale prof Daniel Oss (zie kader) tegen. Het is me weleens gebeurd dat hij achterop kwam, samen met een ploeggenoot. Ook zie je weleens Michael Rasmussen langsfietsen. De Deen heeft aan de andere kant van het Gardameer een pension.
Maar goed, we dwalen af. Even moet je de drukke weg volgen, die in de zomer overigens een stuk drukker is dan nu, om in Nago weer het fietspad te kunnen volgen. Even verderop, bij Loppio, klim je de Valle San Felice in. De route van vandaag voert ons op een stuk weg dat uitkijkt op Rovereto in het dal.
Het stadje is trouwens zeer de moeite waard op een rustdag. Los van de typisch Italiaanse sfeer valt er voor de kunstliefhebbers ook wat te rapen. Het MART, Museo di arte moderna e contemporanea di Trento e Rovereto, is een opvallend gebouw dat tot de nok toe is gevuld met moderne, Italiaanse kunst. Een link met het wielrennen is er ook, want de Giro Donne van 2022 ging er van start, net als de tijdrit uit de Giro d’Italia van 2018. Rohan Dennis klopte die dag titelverdediger Tom Dumoulin. Het lijkt wel een eeuw geleden.
Beton
Liefhebbers van wijn komen hier ook aan hun trekken. Hier ben je namelijk in de buurt van Mezzolombardo, het kloppend hart van de Teroldego Rotaliano-appelatie. Dit soort wijn wordt geproduceerd van de gelijknamige druif, die een verre neef is van de Pinot en Syrah. De druif groeit op de Piana Rotaliana, oftewel de Rotaliana vlakte. De 450 hectaren aan wijngaarden heeft door vroegere overstromingen van de Noce rivier een unieke ondergrond, wat de wijn een volle maar elegante smaak geeft.
Klimmen
Beklimmingen zat in Trentino, we zetten een paar bijzondere op een rij.
Monte Bondone
De Monte Bondone was het sluitstuk van de Giro-etappe van 23 mei, die een kruistocht door Trentino omvat. De klim leidt naar een klein skigebied en is een heerlijke klim om te rijden. Tenminste, als je van gelijkmatig houdt. Nergens steiler dan 9 procent overbrug je in 17 kilometer een hoogteverschil van 1.400 meter. Je kunt de klim van een aantal kanten aanvatten, maar die vanuit Montevideo/Trento is de meest gebruikelijke in de koers. In de Giro van dit jaar vatten ze de klim aan in Aldeno.
Kaiserjagerweg
We beklommen ‘m in het hoofdverhaal maar het kan geen kwaad hier nog eens de aandacht op de klim te vestigen. De Kaiserjagerweg is echt een must om te rijden. Niet makkelijk, wel mooi. Je vindt ‘m redelijk eenvoudig aan de zuidkant van Levico Terme, als je de Passo Vezzena volgt.
Scanuppia
Nooit van gehoord? Het is een van de steilste beklimmingen die we kennen, met stukken van 45 procent. Je vindt ‘m in Besenello, waar je de route naar Malga Pallazo moet volgen. Het gemiddelde stijgingspercentage over de 7,5 kilometer lengte is 17,5 procent, maar de piekjes zijn killing. Neem gerust een mountainbike met wegbanden, anders kom je er niet op.
Goed, dat is voor later. Fietsen. De weg die we volgen wordt na de tunnel een weggetje en op een zeker moment wordt het asfalt beton. Een slecht teken, want het wordt steiler en steiler. Zo steil dat we moeten afstappen om de benen rust te geven. Dan weer een paar honderd meter verder en weer stoppen. Het is dat de navigatie aangeeft dat we goed zitten. We kunnen er om lachen als we na twee steilste klimkilometers ooit de kruinen van de bovenste bomen hebben bereikt. Wat een route, wat een uitdaging.
Pareltjes
Aan de andere kant van het dal van de Brenner-snelweg bevinden zich een paar pareltjes waar we de dagen erna onze tanden op kunnen stukbijten. Het Lago di Caldanazzo is daarvoor een perfect vertrekpunt. Wie het afgelopen jaar de Giro heeft gezien, herinnert zich vast het fantastische gevecht om de etappezege tussen Mathieu van der Poel en Gijs Leemreize. De twee Nederlanders legden elkaar het vuur aan de schenen op de Kaiserjagerweg, die naar de hoogvlakte van Lavarone leidt. De weg is gebouwd in 1911 om de infanterie van de Keizer voor de Eerste Wereldoorlog naar de grens van Oostenrijk-Hongarije en Italië te vervoeren. De vergelijking gaat niet op, maar in 2022 werd hier door wielrenners dus al flink gevochten. Helaas voor ons ging een derde hond er met het been vandoor: de Colombiaan Santiago Buitrago legde de beide Nederlanders erop.
Hier fietsen is genieten. Van de pijn in de benen en het fantastische uitzicht. Bijna loodrecht zijn de wanden hier en onder is het Valsugana-dal telkens te zien. Dat hier een weg is gebouwd is trouwens ook een prestatie van formaat.
De dagen erna fietsen we onze rondjes. De echte grote bergen laten we even links of rechts liggen. De typische rotsformaties van de Dolomieten zijn het decor, maar even niet onze speeltuin. Daar zijn de skigebieden en dus zijn de passen niet toegankelijk. Geeft niks, genoeg te doen. Dan komen we in de zomer wel terug voor de Dolomietenpassen.
Local legend Daniel Oss
Daniel Oss woont aan het Gardameer, in het plaatsje Torbole. We spreken om negen uur ‘s ochtends af in een café in Riva del Garda. Hij is in een goed humeur. We drinken snel een kop koffie en gaan dan meteen op pad voor een mooie rit richting Toblino en het meer van Cavedine, eerst over fietspaden en daarna over rustige, goed geasfalteerde wegen.
Daniel, vind je het leuk om hier te wonen?
“Hier aan het Gardameer komen wonen was een belangrijke beslissing voor mij.” Daniel komt oorspronkelijk uit een ander deel van Trentino dat ook beschikt over prachtige landschappen en meren: de Valsugana. “Fietser zijn betekent dat ik altijd de hele wereld over reis. Er is een constante druk tijdens het racen en het is een echte emotionele achtbaan. Ik doe mee aan wedstrijden van drie weken, zoals de Tour de France en de Giro d’Italia, dus ik ontmoet veel mensen en de gevoelens kunnen hoog oplopen. Het kan erg veeleisend zijn. Als ik thuiskom om te trainen of uit te rusten, heb ik een plek nodig waar ik omringd ben door het natuurlijke landschap en de mensen van wie ik hou. Mijn thuis is hier, in Trentino”, zegt hij terwijl hij zijn hand van het stuur haalt en naar de wereld om hem heen gebaart.
Ben je vaak onderweg met mensen die je niet kent?
“Door in de buurt van het Gardameer te wonen, heb ik alle soorten terrein bij de hand: grote beklimmingen, valleibodems, heuvels en zelfs de grote passen in de Dolomieten zijn niet zo ver weg. Heel veel fietsers komen hier op vakantie, zowel professionals als amateurs. We ontmoeten elkaar in de ochtend en vertrekken in een groep. Naast mijn gebruikelijke stel vrienden, zal er af en toe een vreemd nieuw gezicht zijn. De eerste kilometers rijden we samen en daarna heeft iedereen zijn eigen plannen of routes. Ik heb mijn trainingsschema’s, dus ik ga vaak alleen op pad, in mijn eigen tempo. Als iedereen klaar is met trainen, ontmoeten we elkaar weer onderweg en sluiten we de sessie samen af. Fietsen in Trentino is meer dan sporten: het is een levensstijl. Kijk eens hoeveel geweldige fietspaden en fietsers er zijn!”
Wat vind je het leukst aan fietsen?
“Ik vind het leuk om nieuwe plekken te ontdekken en mensen te ontmoeten. Dat is het mooie aan fietsen. Het is ook een geweldige sport vanwege de variabele aard van sportprestaties: iedereen kan zichzelf en zijn eigen grenzen op de proef stellen, op een zeer persoonlijke, persoonlijke manier. In sommige opzichten ervaar ik dezelfde sensaties als iemand die maar af en toe fietst, misschien als hij op vakantie is. Is dat niet geweldig? Dat gebeurt niet zo vaak in andere sporten. Dan zijn er de wegen: amateurs kunnen op dezelfde wegen rijden als professionals in races. Denk maar aan de mooie beklimmingen in de Dolomieten, de Monte Bondone en ook de beklimming van de Monte Velo. Je kunt daarheen gaan en de prestaties van legendes in de sport herbeleven. Als alternatief kun je in een rustig tempo meetrappen en net zo veel plezier hebben.”
Welk advies zou je geven aan mensen die in Trentino komen fietsen?
“Ontdekken. Vergeet alles over watts, hartslagmeters en cijfers. Ik zou ze aanraden om een basisroute op een kaart uit te stippelen, dan hun instinct te volgen en naar hartenlust te rijden. Fietsen is tenslotte een reis. Soms wil je alleen rijden en soms wil je met je vrienden zijn. Soms wil je jezelf pushen en hard werken, soms wil je gewoon een beetje ontspannen. In Trentino kun je al deze dingen hebben en kiezen wat je wilt. Gewoon rijden! Op de fiets stappen en gaan: dat is mijn filosofie.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.