In het spoor van de Tour door kanton Vaud: van Aigle naar de Alpes Vaudoises
Voor het eerst in 8 jaar trekt de Tour weer naar Zwitsers grondgebied, tijdens etappe 8 en 9. Het merendeel van de Zwitserse passage vindt plaats in het kanton Vaud. WielerFlits trok naar de Jura en Alpes Vaudoise voor een verkenning. Na de Jura en de Olympische hoofdstad gaat de tocht verder naar Aigle, de wijngaarden van de Lavaux en de Alpes Vaudoises.
Na etappe 8 met finish in Lausanne, vertrekt het peloton een dag later vanuit Aigle voor de eerste echte bergetappe. Het is nog niet het Alpengeweld wat gaat volgen, maar de coureurs krijgen al serieuze hoogtemeters voorgeschoteld.
De etappe start in Aigle, in de wielrennerij vooral bekend als de standplaats van de UCI. Het hoofdkantoor van de internationale wielerunie is echter niet alleen de plek waar beleid wordt gevormd en uitgevoerd, het is ook een centrum waar getalenteerde atleten worden opgeleid én waar je als wielertoerist een kopje koffie kan drinken.
Het klinkt misschien gek, maar het hoofdkantoor van de UCI is deels open voor publiek. In het cafetaria kan je even opladen voor het vervolg van je rit. Daarnaast kan je in het aangrenzende velodroom van het World Cycle Center een tijdelijke expositie over de geschiedenis van de Tour de France bekijken. Met enig geluk vang je zelfs een blik op van baanatleten zoals wereldrecordhouder Nicholas Paul tijdens hun training.
Van wijngaarden naar het hooggebergte
Vanuit Aigle zet het peloton eerst koers terug richting Lausanne, al draait het net voor de Olympische hoofdstad terug richting het oosten voor een bijzonder mooie passage door de wijngaarden van de Lavaux. Over de Côte de Bellevue, een onder locals erg populaire beklimming, klimt het peloton door wijngaardterrassen die op het UNESCO werelderfgoedlijst staan. Met uitzicht over Lac Leman en de Alpen in de achtergrond tref je hier prachtige vergezichten
Over glooiende wegen gaat de route verder, waarna het Alpenbal van de Tour definitief wordt geopend op de Col des Mosses. Met 13.3 kilometer aan 4,1% is het nog geen heel lastig obstakel, maar twee vlakke onderbrekingen vertekenen dat gemiddelde enigszins. Toch zal het peloton hier waarschijnlijk op het buitenblad omhoog knallen.
De klim start in open weilanden, die goed zicht bieden aan de omringende bergtoppen, maar al gauw loopt de weg door een smalle kloof. Deze passage door de Gorges du Pissot is wellicht kort maar daardoor niet minder mooi. Aan weerszijden verdwijnt de weg tussen bergen en zijn massieve rotswanden zichtbaar. Door een bos loopt de route verder omhoog, waarna de omgeving zich weer steeds meer opent en de top weer door Alpenweiden wordt omringd.
Door de Alpes Vaudoises
Een snelle afdaling en enkele relatief vlakke kilometers volgen, waarna de Col de la Croix volgt. Vanuit Les Diablerets loopt de weg 8 kilometer aan 7,5% omhoog. An sich is het natuurlijk geen unicum dat dit een ongelooflijke geleidelijke beklimming is, maar voor deze streek is dat zeker wel opvallend.
Het merendeel van de klim voert door een dik naaldbos, maar de laatste kilometers is het uitzicht wederom prachtig. Niks verraadt dat je op slechts 1769 meter boven komt. Imposante rotswanden, plukjes sneeuw en hoge bergtoppen sieren de omgeving.
De afdaling die volgt is een lust voor de snelheidsduivel. De wegen krullen lichtjes door het bergtoneel, maar kennen (zeker in het begin) weinig technische passages of lastige bochten. Veel slechte stukken asfalt zijn vernieuwd, waardoor je de snelheid flink kan laten oplopen. Vanaf bergdorp Villars-sur-Ollon volgen negen haarspeldbochten, maar ook hier zal het peloton op hoge snelheid de diepte in suizen.
Terug naar Frankrijk
De rit passeert vervolgens voor de tweede keer die dag Aigle, wat tijdens een etappe in lijn niet vaak gebeurt. Deze keer zet het peloton koers in zuid-westelijke richting, om terug te keren naar Frankrijk. Over de Pas de Morgins rijdt de Tourkaravaan terug Frankrijk in, om te finishen in Châtel, beter bekend als wintersportoord Les Portes du Soleil.
Afgaande op het routeboek volgt het échte berggeweld van de Tour de France pas later, maar de passages door Zwitserland en specifiek het kanton Vaud hebben alles in zich om een heerlijk voorgerecht op de hoofdmoot te worden. De parcoursen lenen zich goed voor een open koers en de fotogenieke en bovenal diverse omgeving gaat zonder twijfel beelden opleveren om van te smullen. Dubbel genieten dus.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.