• dinsdag 31 december 2024 om 10:24

Strandracen vraagt om een uniek soort band: “Vroeger gingen we dat zelf knutselen”

Er is in Nederland een fanatieke gemeenschap die vooral ’s winters regelmatig met de tweewieler over het strand scheurt. Strandfietsen vraagt niet alleen om specifieke kwaliteiten van de coureur, maar ook om uniek materiaal. Vooral de ballonvormige band is markant te noemen. In de RIDE Magazine Wintergids van 2023 kwam het bijzondere stukje rubber uitgebreid aan bod.

Mijn eerste kennismaking met strandfietsen zal ik nooit vergeten. Na een rondje over het mountainbikeparcours van Schoorl zette ik op de mountainbike koers terug naar mijn vakantiehuisje, over het strand. Ik keek er naar uit om over de uitgestrekte vlakte van het strand te rijden, met de wind in de rug. Al gauw kreeg ik het deksel op de neus, want met een veel te grof profiel op mijn banden en te hoge bandenspanning bleek het geen racen maar ploeteren te zijn. Die dag leerde ik dat strandfietsen niet alleen gaat om het kiezen van de juiste lijnen om door mulle strandopgangen te ploegen, maar dat het juiste materiaal misschien nog wel meer van belang is.

foto: Schwalbe

De band is daarbij met afstand het allerbelangrijkste stukje materiaal. De unieke ondergrond die het overwegend stevig aangestampte zand vormt, vraagt een geheel eigen aanpak wat betreft de bandenkeuze. “Het belangrijkste aan een strandband is dat je een groot volume nodig hebt én geen profiel op de band wil”, legt Bas Leibrand ons uit. Als sponsormanager van Schwalbe staat hij constant in contact met de vele atleten die door het Duitse bandenmerk worden ondersteund. Hij weet als geen ander wat nodig is voor elk type ondergrond en elk type rit. “Een groot volume van de band zorgt allereerst voor drijvend vermogen, waardoor je niet in het zand zakt maar er goed overheen kan rollen. Ook zorgt het ervoor dat je met een lagere bandendruk kan gaan rijden, wat er ook weer toe leidt dat je minder rolweerstand van het zand ervaart. Daarnaast wil je dus een band zonder profiel, want noppen graven zich in, waardoor je rolweerstand veel hoger wordt.”

Dat is de strandband in een notendop. Natuurlijk spelen er nog veel meer factoren mee bij de ontwikkeling van een goede strandband. “Het karkas, het profiel en de rubbercompound bepalen uiteindelijk de eigenschappen van de band”, vult salesmanager Maiko Bakker aan. “Maar daarin de juiste keuzes maken is iets wat een hoop tijd en energie vergt. Onze huidige strandband, de G-One Speed, is de derde generatie en er ligt nog altijd ruimte voor verbetering. Binnen Schwalbe richten we ons enkel op fietsbanden. Dat geeft ons de ruimte om verschillende soorten compounds en karkassen speciaal voor fietsbanden te ontwikkelen. Zo konden we voor de G-One Speed eigenlijk uit een heel breed assortiment aan karkassen en compounds shoppen, om zo tot de optimale band te komen.”

foto: Schwalbe

Omdat het altijd beter kan werkt Schwalbe samen met strandracers zoals Ivar Slik, Jasper Ockeloen en Niki Terpstra, die voor de bandenfabrikant een belangrijke bron van informatie vormen. “Door hun feedback weten we heel goed wat anders moet aan banden of wat we eventueel aan ons assortiment moeten toevoegen. We zijn ooit bijvoorbeeld ook met strandbanden begonnen omdat we merkten dat daar veel vraag naar was. De ontwikkeling van zo’n zelf is natuurlijk vrij technisch als je kijkt naar de samenstelling van een rubbercompound, maar om te bepalen wat we willen bereiken is de ervaring en input van atleten heel belangrijk”, stelt Maiko.

Zelf knutselen
Dat de band op het strand zo belangrijk is, kan voormalig Nederlands kampioen strandrace Jasper Ockeloen beamen. “Ik denk zelfs dat de band het belangrijkste is aan je materiaal op het strand, ik heb het gevoel dat rolweerstand er nog veel belangrijk is dan op de weg. Met wind mee ga je zó hard dat je soms even snel gaat als de wind. Dan is de luchtweerstand relatief gezien heel laag, terwijl de rolweerstand lineair toeneemt met de snelheid. Dan is de band dus al heel belangrijk voor lage rolweerstand en dan speelt ook nog mee dat de soepelheid belangrijk is om met lage bandenspanning goed over het zand te kunnen rollen”, legt Ockeloen uit. “Dat luistert heel nauw. Zelfs met 0,05 bar verschil kan je band al te hard zijn en dan kun je in een wedstrijd soms je tegenstander al niet meer volgen. Ik ben in een wedstrijd weleens gestopt om mijn bandenspanning wat te verlagen omdat die te hoog was, dat was inclusief het tijdverlies van de stop sneller dan doorrijden.”

foto: Schwalbe

Strandfietsen behoort tot de kleinere disciplines van de wielersport, maar toch kun je zeggen dat de discipline de afgelopen jaren een vlucht heeft genomen. Dat geldt dat ook voor de kwaliteit van de banden. Ockeloen: “Toen ik begon met strandracen waren er geen specifieke strandbanden. Om lage rolweerstand te behalen wilde je een gladde band met een soepel karkas, dus dan gingen we dat zelfs knutselen. Dan kocht je de snelste mountainbikeband, daar knipte je alle noppen af en dan probeerde je hem zo glad mogelijk te maken. Daar moest je echt flink tijd in stoppen en je moest secuur te werk gaan.”

Die tijd is voorbij, maar toch ziet Ockeloen nog steeds ruimte voor verbetering. “Als racer wil je een zo snel mogelijke band, dus ik heb gevraagd of het karkas nog soepeler kan. Dat is moeilijk want dat gaat gepaard met verminderde lekbestendigheid, maar je wilt natuurlijk altijd sneller. Hoe dan ook blijft het heel gaaf dat ik mijn ervaringen met bepaalde banden, bandbreedtes en bandenspanningen deel met Schwalbe en ze met die feedback aan de slag gaan om nieuwe banden te ontwikkelen.”

Dat die feedback ook daadwerkelijk wordt gebruikt, bevestigde Maiko al. “Op de achtergrond zijn we altijd bezig met het ontwikkelen van onze producten. We horen regelmatig van wedstrijdrijders dat ze graag een band zouden zien die nog soepeler is, dus een ander karkas is zeker één van de opties die we momenteel testen.”

foto: Schwalbe