19-jarige Robbe Dhondt verrast in eerste rittenkoers bij de profs: “Lang afgeremd door knieblessure”
Interview In zijn allereerste rittenkoers op profniveau met de hoofdmacht van dsm-firmenich PostNL, heeft de 19-jarige Robbe Dhondt meteen zijn visitekaartje afgegeven. Het jonge talent eindigde als twaalfde in de lastige, tweede etappe. Dat verdient een kennismaking!
“Dit was toch een kleine verrassing, omdat het totaal niet het doel was”, legt Dhondt uit aan onze microfoon. “We wilden eigenlijk enkel met Romain Bardet vooraan finishen. Ik heb de lead-out gedaan, maar daarna zat ik nog goed vooraan. Zo kwam ik als twaalfde over de streep. Ik vond het al heel mooi dat ik mijn werk voor de ploeg kon doen. Zelfs iets meer dan mijn werk, want we hadden allemaal niet verwacht dat ik aan het einde nog in de eerste groep ging zitten.”
Knieblessure
Hoe spannend is zo’n eerste rittenkoers voor Dhondt? “Toen ik hoorde dat ik mocht meegaan was ik blij, maar je twijfelt toch altijd een beetje. Je moet weten dat ik vorig jaar geen enkele rittenkoers heb gereden. Niet op dit niveau, maar zelfs niet bij de U23-renners. Ik ben amper vier keer in actie gekomen door een knieblessure, die me ruim anderhalf jaar van mijn carrière heeft gekost. Als tweedejaarsjunior ben ik aangereden op training, en van daaruit is al het gesukkel begonnen.”
“Daarom had ik toch een beetje schrik voor dit niveau. Op voorhand denk je: ben ik wel goed genoeg? Zeker als je ziet welke renners hier aan de start staan, alleen al in mijn eigen ploeg met Romain Bardet. Voorlopig zijn die twijfels niet nodig. Het gaat gewoon goed en ik kijk uit naar de rest. Intussen probeer ik zo veel mogelijk te genieten. Iemand als Bardet, daar keek ik jaren geleden naar op, maar nog steeds. Dan is het mooi om plots met hem aan tafel te zitten en samen te koersen. Die jongens ook zijn heel lief. Ze nemen soms het vaderfiguur over, door zich te ontfermen over ons.”
Bij de junioren gold Dhondt als een van de Belgische talenten, maar door zijn blessure verdween hij wat van de radar. “Ik ben het type dat altijd kleine stapjes blijft maken. Als junior heb ik een mooie prestatie geleverd in de Ain Bugey Valromey Tour, een beetje de Tour de France voor junioren. Ik won het jongerenklassement en dan begonnen veel teams me te contacteren. Ik koos voor dsm-firmenich PostNL, omdat ik uit die gesprekken het meeste vertrouwen kreeg. Het is een goede keuze geweest, want ze hebben mij goed opgevolgd tijdens mijn blessure.”
“Het was nochtans lang geen evidentie dat ik coureur zou worden”, legt Dhondt uit. “In ons familie was er niemand sporter. Mijn broer en ik zijn begonnen met atletiek. Daaruit bleek al dat ik over een grote motor beschik en dat ik iets van talent had. Ik ben zelfs Belgisch kampioen in het hardlopen geweest. Daar werd mij, door een enkelblessure, aangeraden om minder te lopen. Zo ben ik in het triatlon terechtgekomen en daarin heb ik de eerste aanraking met de fiets gehad. Dat begon ik steeds leuker te vinden en enkele jaren later heb ik de switch gemaakt.”
Prof worden
Heeft Dhondt nu het gevoel dat hij na zijn knappe prestatie in de Alpen eindelijk het hoofdstuk van de knieblessure kan afsluiten? “Ja, maar dat kon ik eigenlijk bij mijn eerste wedstrijden van het jaar al, omdat ik merkte dat er een enorm verschil was ten opzichte van vorig jaar. De last aan mijn knie was weg, al moet ik af en nog een beetje opletten. Maar het is voor het grootste deel opgelost.”
“Voor de rest van het jaar wil ik mezelf nu zo veel mogelijk bewijzen. Iedereen heeft het doel om prof te worden, en daar zijn we dus rustig naar toe aan het werken. We moeten zien hoe de prestaties zijn en hoe alles loopt in de ploeg. Ik heb nog geen contract en ik heb wel die ambitie. Voor mij wordt het belangrijk om een constant seizoen te rijden. Dat is al lang geleden ondertussen. Ups zijn moois, maar wil de downs er nu van tussen halen.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.