Video Voor Fabio Jakobsen telt maar één ding deze Tour de France: een etappe winnen. De kopman van dsm-firmenich PostNL heeft na een tegenvallend voorjaar en een teleurstellende Giro d’Italia zijn trainingen aangepast. In gesprek met WielerFlits reageert hij ook op de kritiek die hij de afgelopen periode kreeg. “Die kritiek weet ik zelf twee seconden na de finish al”, aldus Jakobsen.

De nieuwe Tourspecial van RIDE Magazine is een must-have voor echte wielerfans! Onze nieuwe 236 pagina’s dikke zomer-editie is de meest complete Tourgids van deze zomer en staat vol met schitterende wielerverhalen over o.a. Tadej Pogacar, Remco Evenepoel, Fabio Jakobsen, Gio Lippens, Christian Prudhomme en Charlotte Kool. Verzeker je van een heerlijke sportzomer en bestel hem nu online voor slechts € 9,95. Wil je RIDE extra voordelig ontvangen? Neem dan nu een abonnement en ontvang 20% korting!

Ten opzichte van de start van de Ronde van Italië, die Jakobsen na een valpartij al na elf etappes verliet, is er veel veranderd voor de sprinter. “Ik heb er weer zin in, maar ik ben iets lichter. Ik heb meer getraind op het van A-naar-B fietsen, maar ben uiteraard niet gestopt met sprinten. We hebben wat accenten veranderd, al is dat vooral praten voor de camera”, realiseert hij zich met een lach. “We gaan zien of het wat gedaan heeft. Vier, vijf weken is veel, maar ook weer niet. We zijn hier met een sterke ploeg, maar het blijft de Tour.”

Meer twijfels heeft Jakobsen niet, vergeleken met begin mei. “Ik sta hier wel met meer vertrouwen dan toen voor de start van de Giro”, aldus de sprinter van dsm-firmenich PostNL. “Zeker na het voorjaar had ik wel wat vragen, maar qua gevoel zaten we er niet ver vanaf. […] Ik sta hier nu in de beste vorm van het hele jaar. Ik ben goed getraind en fris, hier moet het gebeuren.”

Kritiek
Toch hebben de teleurstellende resultaten van de sprintkopman uit Heukelum ook voor kritiek gezorgd. Hij is niet immuun voor die kritiek, geeft hij toe, maar is ook niet verrast erdoor. “De kritiek die anderen na weken of maanden leveren, die weet ik al twee seconden na de finish. Dat heeft mij al geraakt en houdt mij al bezig voordat het in de comments op WielerFlits staat”, lacht Jakobsen.

foto: Cor Vos

Maandag krijgen de sprinters waarschijnlijk hun eerste sprintkans. Met John Degenkolb, Nils Eekhoff en Bram Welten heeft Jakobsen dan een eigen sprinttrein. Hoeveel last valt er van zijn schouders als hij die etappe wint? “Dan krijg je wel bevestiging dat we een stap hebben gezet in de goede richting, dat het in grote lijnen staat. Dat is maandag te zien. Je moet vooral het grote geheel in de gaten houden. Ik mis hier en daar nog een procent of 2, maar als je het bij elkaar optelt is het soms 10 procent. Dan is het gat tussen winst en verlies opeens groter.”

Nice
Jakobsen is, ondanks de zware slotweek zonder veel sprintkansen, wel van plan om alle 21 etappes uit te rijden. “Veel mensen zouden willen ruilen om die laatste vier etappes te doen”, zegt hij. “Ik ga daar niet afstappen omdat we geen zin hebben, we gaan gewoon door tot Nice. Het zal wel meer voelen als training, we gaan tijdslimiet berekenen, maar ik wil de Tour wel uitrijden.”