Antonio Morgado heeft zijn eerste profjaar achter de rug. De nog steeds erg jonge Portugees blikt terug op een jaar met een aantal mooie resultaten, maar zelf is hij best hard voor zichzelf. “Als ik blijf verbeteren en goede benen heb, kan het op een dag misschien toch lukken”, vertelt Morgado aan Sporza.

Een must have voor alle wielerfans! Met de Black Friday deal van RIDE Magazine haal je het ideale cadeautje voor de feestdagen in huis. Voor slechts € 13,95 ontvang je de najaars- en de winter-editie in jouw brievenbus. Dat betekent meer dan 300 pagina’s aan schitterende wielerverhalen. Wacht niet te lang, want OP=OP. Bestel nu jouw magazines en verzeker je van uren leesplezier.

De eerste keer dat Morgado echt zijn neus aan het venster stak, was in de Waalse eendagskoers Le Samyn. Morgado werd er nipt tweede achter Laurenz Rex. Wat vooral opvallend was, was zijn uitspraak na de koers. Morgado gaf namelijk toe dat hij eigenlijk helemaal niet houdt van ‘dit soort Belgische wedstrijden’. Inmiddels komt hij wat terug op die woorden. “Ondertussen hou ik al wat meer van de Belgische klassiekers.”

“Ik heb vorig jaar ontdekt dat ik toch wel een voorkeur heb voor grote en lange wedstrijden zoals Gent-Wevelgem en de Ronde van Vlaanderen. Parijs-Roubaix ligt me ook. Maar dit jaar had ik in de Hel wat problemen met mijn fiets, vandaar dat ik 86ste ben geworden.”

Grote ronde?
Na zijn tweede plek in Le Samyn viel Morgado vooral op door vijfde te worden in de Ronde van Vlaanderen. Hij heeft dus meteen stappen gezet, al blijft hij zelfkritisch. “Kostte ik vorig jaar 3 miljoen in de Sporza Wielermanager (een spel van Sporza, red.)? Wel, dan ben ik nog altijd 3 miljoen waard. Ik heb vorig seizoen maar twee goede resultaten gereden in België. Om 4 of 5 miljoen te kosten, moet ik meer in de top-10 eindigen.”

Tot slot had Morgado het nog even over grote rondes. Hij reed er geen in 2024, maar droomt stiekem wel nog van een carrière als klassementsrenner.  “Ik weet dat ik door mijn lichaamsbouw normaal gezien geen grote ronde kan winnen. Maar ik zal tijdens mijn carrière wel altijd proberen om een betere klimmer te worden. Als ik blijf verbeteren en goede benen heb, kan het op een dag misschien toch lukken.”