Het is een klein wonder dat Kris Boeckmans nog leeft en überhaupt op een racefiets zit. De sprinter van Lotto Soudal kwam in de achtste etappe van de voorbije Vuelta a España zwaar ten val, maar was er een stuk slechter aan toe dan gedacht werd. “Zes keer was ik bijna dood”, vertelt hij in Het Nieuwsblad.

Geluk gehad
Boeckmans is op dit moment met zijn ploeg op trainingsstage naar Mallorca. Een kleine drie maanden geleden was dat totaal niet aan de orde. “Ik weet vandaag hoeveel geluk ik heb gehad. Het was tien keer erger dan ooit in de pers is verschenen. Zes keer ben ik bijna dood geweest. Een eerste keer bij de val zelf, vervolgens toen ik mijn tong inslikte en een bloeding in mijn longen had, nog een keer toen ze beslisten mij niet naar twee lokale ziekenhuizen te brengen, maar wel rechtstreeks naar een universitair ziekenhuis, een volgende keer toen ik in zuurstofnood kwam en daar precies het toestel was dat ik nodig had – er waren er maar negen van in heel Spanje – en nog een keer toen ze dat toestel bijna toevallig precies op tijd weer uitschakelden. Nog een halve dag langer en ik had bloedklonters in mijn aders gehad. Dat doet je wel nadenken.”