Bondscoach Filip Meirhaeghe: “Laat Eli Iserbyt het mountainbiken rustig ontdekken”
Interview De mountainbike-plannen van Eli Iserbyt (24) gaan deze week vlot over de tongen in veldritland. Iserbyt wil de discipline dit voorjaar ontdekken, maar hoe kijkt bondscoach Filip Meirhaeghe naar de olympische droom van de nummer 1 van de wereld in de cross? “Wat Pidcock en Van der Poel doen, is niet vanzelfsprekend en vraagt tijd. Na een half jaar zal je zien: hier liggen mogelijkheden of niet”, aldus de voormalige wereldkampioen.
Voor bondscoach Meirhaeghe komt het nieuws uiteraard niet uit de lucht vallen. “Eli heeft even geleden contact gezocht met Frederik Broché, technisch directeur van de Belgische wielerbond, om zijn mountainbike-plannen te bespreken. Via Frederik ben ik vervolgens met Eli in contact gekomen. Online hebben we een aantal gesprekken gehad, waarin ik zei: ‘oké, dat je wil mountainbiken is één ding, maar wat heb je ervoor over? Wat wil je ervoor doen?’”
In die gesprekken raakte Meirhaeghe snel overtuigd van de plannen van de 24-jarige crosser. “Mij viel op: zijn keuze om te gaan mountainbiken is heel overwogen. Hij is een verstandige gast. Dit is geen bevlieging, waarbij hij opeens zegt: ‘ik ga eens een paar koersjes meerijden, en staat het mij niet aan, dan doe ik wel iets anders.’ Nee, hij weet dat hij alles op alles zal moeten zetten om te slagen. Dat er veel werkpunten zullen zijn. Die overtuiging moest er wel zijn, anders moet je er niet eens aan beginnen. Maar bij Eli valt juist de motivatie op.”
Werken aan techniek
De werkpunten zijn voor een groot deel duidelijk. Iserbyt gaf het in een gesprek met Sporza zelf al aan: in de technische afdalingen is hij een leek, en dat kan voor problemen zorgen. “Ik ben blij dat hij dat beseft. Veldrijden kent nu eenmaal een ander soort techniek dan het mountainbiken, in de afdalingen kan je serieus onder druk worden gezet en zo veel tijd verliezen.”
“Dat zag je in het begin ook bij Mathieu van der Poel”, herinnert Meirhaeghe. “Zelfs Mathieu had veel moeite om bergaf gelijke tred te houden met de beteren. Daar heeft hij op ingespeeld door specifieke trainingen op die afdalingen in te plannen. Hij is naar bikeparken gereden, waar hij telkens met de lift naar boven ging om de ene na de andere afdaling te doen. Als je er die moeite in wil steken, dan kan je al ver geraken. Want wedstrijden rijden op zich is onvoldoende. Dan gaat de progressie te traag.”
De techniek nog onder de knie krijgen op latere leeftijd lijkt geen sinecure, maar volgens Meirhaeghe zijn er ook voldoende zaken die in het voordeel van Iserbyt pleiten. “Het is niet dat hij vanaf nul begint. Mocht dat wel het geval zijn, dan was het inderdaad onbegonnen werk. Maar hij begint toch met een goede basis, dankzij zijn crosservaring. Ook over zijn lichaamsbouw, gewicht en grote motor maak ik me absoluut geen zorgen. Hij is gemaakt om bergop te rijden, een klimmer pur sang. En hij beschikt over voldoende inhoud. Dat zijn de troeven van Eli.”
Nog niet denken aan de Spelen
Terwijl Iserbyt in Het Nieuwsblad voorzichtig droomt van de Olympische Spelen van 2024 en spreekt over de wereldbekers in Albstadt, Nove Mesto en Leogang, vraagt Meirhaeghe: “Laat Eli de sport stap voor stap verkennen. Zonder stress en druk. En ook zonder specifieke doelen. Er is niemand die zegt dat het goed zal gaan, maar ook niemand die zegt dat het niet zal lukken. Het is een zodanig andere sport als veldrijden, dat je nog niet kan zeggen: hij moet voor een wereldbeker of de Olympische Spelen gaan. Pidcock kan dat, Van der Poel kan dat. Maar dat is niet vanzelfsprekend en het vraagt tijd. Na een half jaar zal je zien: hier liggen mogelijkheden of niet.”
Volgens ex-wereldkampioen Meirhaeghe is het daarom belangrijk dat Iserbyt kiest voor een rustige opbouw, te beginnen met de Justiniano Hotel MTB Cup en Alanya MTB Cup op 26 en 27 februari. “In Turkije vindt Eli twee typische voorjaarswedstrijden, op omlopen die slechts matig technisch zijn. Ideale koersjes om kennis te maken met de sport. Daarna volgt een C1 in Frankrijk. En dan kunnen we zien of we verder gaan naar wereldbekers.”
“Zelfs de uitslagen zijn nog niet relevant. In de eerste wedstrijden zal Iserbyt nog geen UCI-punten hebben en dus op de laatste startrij moeten beginnen, op een parcours dat veel single tracks bevat. Maar dat is ook niet erg. Het gaat louter om ervaring opdoen en de mogelijkheden voor de toekomst aftasten. We willen hem de sport rustig laten ontdekken”, aldus de viervoudige Belgische kampioen.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.