Special Veldritploeg Deschacht-Hens-Maes werd woensdagavond aan de pers en sponsors voorgesteld in de gloednieuwe service-course van de ploeg in Heist-op-den-Berg. Dat is opvallend, want het was voor de eerste keer sinds haar ontstaan dat de ploeg überhaupt over zo’n professionele accommodatie beschikt. “Vorig seizoen was het gewoon in de garagebox van ploegmanager Guido Verschueren te doen”, lacht kopman Daan Soete. Men pakt ook uit met andere vernieuwingen.

Het veldritproject van Guido en Bart Verschueren begon in 2017 als eenmansploeg rond Vincent Baestaens. Intussen staan er twaalf renners en heel wat personeelsleden op de loonlijst. “Ik vind de groei van de ploeg heel mooi, maar het is nog veel belangrijker dat we authentiek blijven”, waarschuwt General Manager Guido Verschueren ons meteen. “We willen dat familiegevoel behouden. Renners die alleen aan zichzelf denken zijn hier niet welkom. Wij willen alles voor onze renners doen, en het enige wat we terugvragen, is dat ze zich als team volledig geven voor elkaar.”

Kopman Soete
Met Daan Soete – die samen met de naar België uitgeweken Nederlander Corné van Kessel voor de resultaten moet zorgen – heeft Verschueren in dat opzicht de juiste man te pakken. “Ik ben geen natuurlijke leider, maar ik wil graag plezier afstralen op de jonge gasten in de ploeg”, vertelt de 28-jarige Soete. “De sport is de laatste jaren zo veel professioneler geworden. Iedereen werkt al vanop jonge leeftijd samen met voedingsspecialisten en trainers. Ik wil die jongens opdragen dat ze ook niet mogen vergeten te genieten.”

Maar dat wil niet zeggen dat resultaten bij Deschacht-Hens-Maes van ondergeschikt belang zijn. Dat merkte Soete afgelopen jaar nog, toen hij een minder seizoen draaide. “Guido is super emotioneel betrokken bij de renners. Als het even minder gaat, leeft hij volop met ons mee.”

“Hij is dan even teleurgesteld als ikzelf, omdat hij met zijn eigen ogen heeft gezien wat ik er allemaal voor gedaan heb. Juist daarom wil ik hem zelf natuurlijk nooit teleurstellen. Ik heb hem ooit leren kennen op skivakantie, vlak nadat ik mijn beste seizoen ooit had gedraaid, met mijn derde plaats op het BK. Hij heeft me daarna ook na mindere periodes nooit laten vallen, en dat wil ik nu graag terugbetalen door me terug wekelijks in de top 10 te plaatsen.”

Daan Soete had een lastig jaar – foto: Cor Vos

Om die professionalisering kracht bij te zetten, opende de ploeg een indrukwekkende service-course. “Fantastisch. Vorig seizoen was het gewoon nog in de garagebox van Guido te doen”, lacht Soete. “Toen ik hier tekende, had ik nooit gedacht dat de ploeg nog zo zou groeien. Maar dit wordt een grote meerwaarde. We kunnen nu samen op training vertrekken vanaf de service-course, voor- of nadien samen eten met de hele ploeg. Voor de groepssfeer is zoiets enorm belangrijk.”

Wegambities
Een tweede belangrijke verandering, lijkt op het eerste gezicht een administratieve formaliteit, maar wel eentje met grote gevolgen. “Officieel waren we een UCI Cyclocross Team, maar we hebben een upgrade gemaakt naar een UCI Pro Cyclocross Team. Concreet: we kunnen nu op de weg ook als continentale ploeg aan de slag. Ideaal om onze veldrijders wat meer competitieritme op te laten doen. Maar we hebben ook specifieke wegrenners en gravelspecialisten in onze rangen. Op die manier willen we meer visibiliteit krijgen doorheen het jaar, in alle verschillende disciplines”, legt sportief manager Bart Verschueren uit.

De Amerikaan Nicholas Taberes en jonge Belgen Rhune Clynen, Wannes Verschuere en Brent Clé zijn de jongens die vooral op de weg en in de gravelraces actief zullen zijn. Nieuweling Giel Lejeune, junior Mae Cabaca en beloften Robbe Marchand en Isis Offerein vormen dan weer de jeugdploeg in het veld. Daan Soete wordt als leider bij de profrenners geflankeerd door Corné van Kessel én Victor Van de Putte, die vanuit de jeugd van de ploeg doorgroeide en zijn eerste volwaardige profcontract voor twee jaar heeft getekend.