Stijn Devolder kan niet terugkijken op een geslaagd voorjaar. In zowat alle kasseikoersen kwam de Belgische kampioen vooral in beeld wanneer hij ver uit de achtergrond probeerde terug te keren. Ook zondag in Parijs-Roubaix, de laatste kans van ‘zijn’ koersen, mocht het niet zijn. “Ik was kwaad op mezelf”, kijkt de medekopman van Vacansoleil-DCM terug bij Het Nieuwsblad.

“Ik was gevallen in het Bos van Wallers, maar kon terugkeren. De hele dag wrong ik goed mee voorin, maar ik was vergeten te eten en te drinken. Plots stond ik volledig geparkeerd, ik haalde geen 20 kilometer per uur meer. Ik raakte amper over de hongerklop heen”, aldus Devolder. “Ik reed daarna op de tast naar de Vélodrome. Het was serieus donker voor mijn ogen. Ik zag alleen het achterwiel van mijn voorganger.”

“Ik was kwaad op mezelf. Als je droomt van een zege in de twee mooiste koersen en je strijdt niet eens mee, dan ben je niet om aan te spreken. De mooiste klassiekers zijn opnieuw weg voor een jaar. Conditioneel voel ik me nochtans goed. Ik was enkel overal op het verkeerde moment op de verkeerde plaats. Wie weet rolt er nog ergens een appel uit de kast…”

Devolder, die uiteindelijk 55e werd in De Ronde en 105e in De Hel, kijkt dus al vooruit naar de rest van het jaar. “Na Luik-Bastenken-Luik bekijk ik hoe het verder moet. Als Belgisch kampioen en uittredende winnaar start ik in de Ronde van België. En ik wil ook nog naar de Tour. Maar hoe de weg naar daar loopt, weet ik nog niet.”

Lees ook:
Devolder had last van hongerklop