Materiaalzone 
Fietstoerisme 
Dit zeiden de favorieten in aanloop naar Parijs-Roubaix
Een week na de Ronde van Vlaanderen staat het volgende monument al weer op het programma met Parijs-Roubaix 2024. De meeste ogen zijn gericht op titelverdediger, topfavoriet en wereldkampioen Mathieu van der Poel, maar in de ‘Hel van het Noorden’ zullen veel renners dromen van winst. WielerFlits zet de meest interessante uitspraken op een rij.
Een must have voor alle wielerfans! Met de Black Friday deal van RIDE Magazine haal je het ideale cadeautje voor de feestdagen in huis. Voor slechts € 13,95 ontvang je de najaars- en de winter-editie in jouw brievenbus. Dat betekent meer dan 300 pagina’s aan schitterende wielerverhalen. Wacht niet te lang, want OP=OP. Bestel nu jouw magazines en verzeker je van uren leesplezier.– Niets missen van Parijs-Roubaix? Volg de koers hier in ons WielerFlits Liveblog!
Mathieu van der Poel (Alpecin-Deceuninck): “Voor mij was het al een speciaal jaar in de regenboogtrui. Ik kan tot nu toe alleen maar heel tevreden zijn over mijn prestaties. Het winnen van de Ronde van Vlaanderen was het hoofddoel. Wat er nu nog komt dit jaar is allemaal bonus. Maar natuurlijk zou het heel gaaf zijn om Roubaix weer te winnen.”
“Ik denk dat we moeten proberen een situatie zoals vorig jaar te creëren. Of dat lukt, hangt van veel factoren af. In Roubaix moet je gespaard blijven van pech om daar te geraken. Het is blijven kijken naar elkaar. Niet veel renners willen met Jasper (Philipsen, red.) naar de piste rijden.”
“Er waren vorige week ook veel concurrenten, maar er zijn in Parijs-Roubaix iets minder punten om het verschil te maken. En materiaalpech speelt ook nog iets meer mee dan in de Ronde.” (WielerFlits)
Jasper Philipsen (Alpecin-Deceuninck): “Ik denk dat Parijs-Roubaix deels over geluk hebben gaat, maar ook over positioneren. Als je goed bent, zit je vooraan en dan blijf je meestal uit de problemen. Als je minder goed bent, zit je in het midden van het peloton, waar alle pechgevallen gebeuren. Het is dus wel voor een deel pech, maar het heeft voor mij ook veel te maken met goede positionering.”
“Het is goed dat we ons niet meer hoeven te bewijzen in het voorjaar of dat Roubaix de laatste kans is, want in Roubaix kan door pech je kans opeens verkeken zijn. Die zeges die we al hebben, geven ook juist extra vertrouwen. We zijn hongerig om zondag weer voor de zege te gaan.” (WielerFlits)
Mathieu van der Poel (links) is de grote favoriet – foto: Cor Vos
Mads Pedersen (Lidl-Trek): “Parijs-Roubaix is een monument, een van de belangrijkste wedstrijden van het jaar. We weten allemaal waarom monumenten zo hoog aangeschreven staan, maar Parijs-Roubaix is ook het monument dat mij het beste ligt. Het heeft niet per se een specialere betekenis voor mij dan de andere monumenten, alleen is het wel degene waar ik volgens mij de grootste kans op winst heb.”
“Het gaat nu redelijk goed met mij. De valpartij (in Dwars door Vlaanderen, red.) is ruim een week geleden en mijn lichaam voelt zich klaar voor de volgende opdracht. Ik durf te zeggen dat mijn vorm bijna dezelfde is als eerder (toen Pedersen Gent-Wevelgem won, red.). Mijn lichaam voelt alleszins minder pijnlijk aan, ondanks dat ik hard ben neergegaan. Met de wonden gaat het ook steeds beter.” (WielerFlits)
John Degenkolb (dsm-firmenich PostNL): “Voor mij is Parijs-Roubaix altijd heel opwindend geweest. Al van toen ik opgroeide, keek ik deze wedstrijd samen met mijn vader vanop de zetel. De kasseien van Roubaix definiëren mijn carrière.”
“Winnen is natuurlijk altijd lastig, maar het is mijn grootste droom om terug de finale te rijden. Ik heb mezelf zo goed mogelijk voorbereid. En we kunnen er niet omheen dat Parijs-Roubaix me beter ligt dan alle andere wedstrijden.” (WielerFlits)
Tim Merlier (Soudal Quick-Step): “Uit mijn vorige Parijs-Roubaix neem ik mee dat het niet alleen een kwestie van goed zijn is, maar ook om het geluk aan je zijde te hebben. Maar het blijft een heel mooie koers en ik droom ervan om een resultaat te rijden. Dat kan ik niet ontkennen.”
“Ik denk niet dat ik behoudend moet koersen. Als ik mee ben in een ontsnapping, dan zit de ploeg in een zetel. En mocht een ploegmaat dat doen, is dat hetzelfde verhaal voor mij. Ik spreek niet over winnen, maar denk vooral aan een mooi resultaat.”
Luca Mozzato (Arkéa-B&B Hotels): “Of Parijs-Roubaix me beter ligt dan de Ronde van Vlaanderen? Dat weet ik niet, dat zullen we zondag zien. Ik zal alles geven, maar het is moeilijk om beter te doen dan in de Ronde.” (WielerFlits)
Laurenz Rex (Intermarché-Wanty): “Ik denk dat het de mix is tussen de kasseien, de snelheid en techniek die de koers zo speciaal maakt. De pijn, het parcours en het volk. Het is een mythische koers, voor mij veel meer dan de Ronde, omdat ik weet dat die koers me ligt.”
“Pech is in Roubaix sowieso schering en inslag. Ik weet dat, als ik mijn vorm in de voorbije koersen zie, het mogelijk moet zijn om beter te doen dan vorig jaar. Maar ik zal wat geluk nodig hebben. Niet alleen qua valpartijen en lekke banden, maar ook op tactisch vlak.” (WielerFlits)
Wat mogen we verwachten van Tom Pidcock? – foto: Cor Vos
Oier Lazkano (Movistar): “Ook al start Mathieu hier, ik wil als eerste over de streep komen. Dat wil ik overal waar ik aan de start verschijn. Ik rijd dus zeker niet gewoon voor de tweede plek. Ik heb al een goede klassieke periode achter de rug. Parijs-Roubaix is gewoon een mythische wedstrijd. Wie een fan is van de wielersport, is een fan van Roubaix.” (organisatie)
Nils Politt (UAE Emirates): “Parijs-Roubaix is altijd speciaal voor mij. We willen net zoals vorig weekend agressief koersen en dan zullen we wel zien of we Mathieu van der Poel kunnen kloppen. Ik ga opnieuw voor een podiumplaats, maar het belangrijkste is dat we niet vallen. Het wordt in elk geval heel zwaar.” (organisatie)
Christophe Laporte (Visma | Lease a Bike): “Ik heb de afgelopen weken niet veel getraind, dus je mag geen mirakels verwachten. Ik voel me wel fris en wil natuurlijk zo goed mogelijk presteren, dus je weet maar nooit. We zullen zien wat de benen zondag zeggen.” (organisatie)
Arthur van Dongen (ploegleider Visma | Lease a Bike): “Dylan (van Baarle, red.) zat heel goed op schema en voelde zich ook super. Dylan kan altijd heel goed aangeven wanneer hij écht in orde is. Ik ben ervan overtuigd dat hij zondag een voorname rol gaat vertolken binnen onze ploeg, maar ook binnen de koers. Ondanks dat het tegen heeft gezeten, hebben we daar alle vertrouwen in.”
“Het mooie van Parijs-Roubaix is dat daar altijd mannen komen bovendrijven, ofwel uit de vroege vlucht, ofwel jongens die weinig tegenkomen en goede benen hebben. Wat dat betreft is dit een heel andere wedstrijd en kunnen we dus plots andere namen aan het front krijgen, die we de afgelopen koersen in Vlaanderen minder van voren zagen.” (WielerFlits)
Tim Wellens (UAE Emirates): “Er zijn niet veel renners kandidaat om Parijs-Roubaix te rijden. Dat zie je aan het feit dat we niet met zeven renners zullen starten. Ik was zelf ook wel geïnteresseerd, dus ik kijk er zeker wel naar uit. Mijn benen in de Ronde waren al heel goed, die kunnen een week later niet weg zijn.”
“Met Mikkel Bjerg, Nils Politt, Antonio Morgado en ik moeten we in ieder geval ver kunnen geraken. We hebben geen afspraken gemaakt, maar op zich is dat ook niet nodig.” (Het Nieuwsblad)
Tom Pidcock (INEOS Grenadiers): “Ik ben snel hersteld van mijn val in Baskenland. Ik had wel nog wat pijn, maar dat is niet zo’n groot probleem. Ik heb quasi al mijn trainingen kunnen doen, dus dat is goed. Parijs-Roubaix is misschien wel mijn favoriete koers. Ik heb ze nog nooit gedaan bij de profs (in 2019 won hij bij de beloften, red.), dus ik ben benieuwd.” (persbericht)
Alberto Bettiol (EF Education-EasyPost): “Ik heb Parijs-Roubaix nog niet eerder gereden. Dit is dus mijn eerste keer en ik kijk er erg naar uit. Dit is voor mij de laatste wedstrijd van het voorjaar. Ik zal dus nog één keer alles geven en proberen te genieten van de ‘Hel van het Noorden’. Ik voel me goed, al ben ik door een probleem eerder deze week niet 100%. Maar ik ben wel zeer gemotiveerd en kan ook rekenen op een sterke ploeg.” (organisatie)
Laurence Pithie (Groupama-FDJ): “Ik lieg als ik zou zeggen dat ik niet nerveus ben. Ik heb er niet van genoten tijdens de verkenning, maar ik zal tijdens de wedstrijd ongetwijfeld genieten van het rijden over kasseien. Ik keek als kind al naar Parijs-Roubaix en ik hoop deze wedstrijd in de toekomst eens te winnen.”
“We hebben met Stefan (Küng, red.) iemand in de ploeg die hier al goed heeft gereden. Hij is de kopman, maar het is goed als we met meerdere renners kunnen beginnen aan de finale. Al is Mathieu van der Poel wel moeilijk te kloppen.” (organisatie)
Cees Bol (Astana Qazaqstan): “Dit is voor mij de mooiste koers op de kalender. Ik kijk er erg naar uit. Ik ben misschien de kopman van de ploeg, maar we hebben geen favoriet in huis. Ik hoop dat we kunnen verrassen. In Roubaix kan een kopgroep ook altijd ver komen. In een perfect scenario zitten we met meerdere renners in de vlucht.” (organisatie)
Parijs-Roubaix is de droomkoers van Yves Lampaert – foto: Cor Vos
Kasper Asgreen (Soudal Quick-Step): “Ik hoop een goed resultaat te behalen. De laatste weken verliepen niet naar wens. We zijn zeker niet de te kloppen ploeg. Een podiumplaats of top 10-notering zou al mooi zijn. Ik heb eigenlijk nog nooit echt goed gereden in Roubaix. Het is dus allereerst zaak om in een goede positie aan de finale te beginnen.” (organisatie)
Yves Lampaert (Soudal Quick-Step): “We hopen in ieder geval op zo weinig mogelijk pech en dat Mathieu van der Poel geen superdag zoals vorige week heeft. We gaan proberen om hem zo snel mogelijk te isoleren, maar dat zal niet simpel zijn. Het zal zaak zijn om met renners als Stefan Küng en Nils Politt een ontsnapping op touw te zetten.” (Het Nieuwsblad)
Oliver Naesen (Decathlon AG2R La Mondiale): “Ik weet dat vandaag alles kan gebeuren. Dat geeft wel een beetje stress, omdat je niet meester bent over je eigen lot. Maar ik kijk er wel echt naar uit, want ik ben in vorm. Top vijf is realistisch, daar zal ik dan ook vol voor gaan, maar het is een dag waarop alles tien keer kan gebeuren. In het beste geval pak ik de overwinning.” (Het Nieuwsblad)
Alec Segaert (Lotto Dstny): “Ik voel gezonde spanning, want ik heb wel uitgekeken naar deze dag. Ik hoop in ieder geval op een harde koers en het zal zaak zijn om bij de les te zijn. In het begin mag je niet liggen slapen, want het kan snel scheuren. Ik wil gewoon de koers niet verliezen door een slechte positionering en als alles meezit, kan ik wel ver geraken. Mijn doel is vooral aan de finish te komen met het idee om terug te komen en om voor het allerhoogste te gaan.” (Het Nieuwsblad)
Om te reageren moet je ingelogd zijn.