Edward Theuns had het uitstekend naar zijn zin bij Trek-Segafredo. De 26-jarige Belg kon bij de Amerikaanse formatie van Luca Guercilena rekenen op contractverlenging, maar hij besloot over te stappen naar Sunweb. Bij de Duitse ploeg hoopt hij zich de komende twee jaren te profileren als kopman in de Vlaamse klassiekers. “Lukt het niet, dan kan ik altijd nog over twee jaar zeggen dat ik meer in een dienende rol ga koersen”, vertelt hij in gesprek met WielerFlits tijdens de Ronde van Turkije.

Gevolgen van gebroken ruggenwervel
We schrijven 16 juli 2016, een individuele tijdrit in de Tour de France. Theuns maakte zijn debuut en was voortvarend aan de ronde begonnen met enkele dagen de witte trui en een paar top 10-noteringen. Hij werd gegrepen door een windvlaag en liep daarbij een instabiele breuk in een ruggenwervel op. Door dit feit moest hij vrij vlot onder het mes, want er konden neurologische complicaties optreden. Hij moest onmiddellijk een punt achter zijn seizoen zetten. Een maandenlange revalidatie wachtte.

“Het gaat nu wel goed”, constateert de Vlaming. “Maar ik ga niet zeggen dat het is zoals het voor mijn val was. Dat gaat waarschijnlijk nooit meer het geval zijn. Er is geen pijn, maar ik ondervind er altijd wel een klein beetje last van. Ik moet regelmatig naar de kinesist en eigenlijk dubbel zo veel core stability doen dan voorheen. Dat is echt heel belangrijk. Ik moet er constant aan werken. De bewegelijkheid is iets minder dan dat het vroeger was. Ik heb nu iets meer spiervermoeidheid in mijn onderrug, die het probleem moet compenseren. Maar als je voor mijn revalidatie gezegd had dat het nog zo goed ging worden, dan had ik echt direct getekend.”

Als je voor mijn revalidatie gezegd had dat het nog zo goed ging worden, dan had ik echt direct getekend

Theuns, die zijn opleiding Revalidatiewetenschappen en kinesitherapie aan de Universiteit Gent afrondde, kon vrij snel zijn oude niveau weer halen. “Met mijn rug gaat het dus goed. Ik hoop dat het zo blijft, maar ik zal er altijd aan moeten blijven werken. Dat neem ik erbij. Mentaal was het ook een beproeving, de periode van revalideren naar het terugkeren op het hoogste niveau. Of ik sterker ben of minder sterk ben, dat zullen we nooit weten. Maar mentaal ben ik er zeker sterker van geworden. Wel heeft het mijn vooruitgang als renner iets vertraagd, denk ik.”

Hoewel zijn rug dus nooit meer hetzelfde zal zijn als voor juli 2016, kan Theuns daarmee leven. “Soms zijn er wel momenten dat ik er echt weleens last van heb. Maar als ik dan bedenk waar ik vandaan kom, dan vind ik het allemaal wel goed. Voor de operatie (na afloop van de Amstel Gold Race eind april, red.) waar de staven en bouten zijn weggehaald, had ik echt heel veel meer last dan nu. Sinds die operatie is het echt veel beter. De kleine last die ik nog heb, die neem ik erbij. Het beperkt me niet in het dagelijks leven en ook in de koers gaat het allemaal heel goed.”

Tijd bij Trek-Segafredo
De laatste twee seizoenen koerste de Belg voor Trek-Segafredo, na twee succesvolle jaren bij Topsport Vlaanderen-Baloise. “Ik ben heel tevreden met de keuze die ik toen gemaakt heb. Wat voor mij heel belangrijk was, is de omkadering van de klassiekers. Trek-Segafredo is een van de ploegen ter wereld die daar het best in is. Denk aan parcourskennis, aan volk op de baan zeg maar, om bidons of wielen aan te geven. Dat is in de klassiekers heel belangrijk. Als je terug moet naar de auto voor een bidon of iets dergelijks, dan verspeel je kostbare krachten. Daar is Trek-Segafredo echt heel goed in.”

De Gentenaar legt uit wat voor hem daarin het verschil maakt. “Bij ons in de ploeg is er een groep mensen die een beetje samen geroepen is door een van de ploegleiders, Luc Meersman. Zij noemen zich ook de bidon guys. In de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix staan er om de vijf kilometer een paar van deze vrijwilligers. Bidons stuiteren regelmatig uit de houder. Als je dan snel weer langs de kant van de weg een bidon kan aannemen, dan is dat heel erg prettig. Dat zijn kleine details, maar die kunnen wel het verschil maken. Het is bovendien heel leuk als je op die vrijwilligers kunt rekenen.”

Als je met goesting gaat werken, dan gaat het zo veel beter en makkelijker dan wanneer dat niet het geval is

Dat Theuns het naar zijn zin had bij de ploeg van Bauke Mollema, Boy van Poppel en Koen de Kort, bleek wel in de Vuelta a España. Daar was een zingende Theuns een van de gangmakers binnen de ploeg. Iets wat hij graag doet. “Ik sta op met een lach op mijn gezicht en daarmee ga ik ook weer terug naar bed. Ik maak graag plezier. Het komt van twee kanten. Ik kan een lolbroek zijn in de ploeg. Maar als je geen respons krijgt, dan is het ook niet leuk. We hebben gewoon een heel leuke groep, net als de omkadering. Als je het dan op de fiets leuker kunt maken en de sfeer daardoor goed is, dan maakt het alles dubbel zo makkelijk.”

Toch mogen we daar van Theuns niet te zwaar aan tillen. “Wielrennen is mijn werk. Als je met goesting gaat werken, dan gaat het zo veel beter en makkelijker dan wanneer dat niet het geval is. Soms is het moeilijk om de sfeer erin te brengen, als de prestaties en de uitslagen tegenvallen. Maar de kracht van een team is als je daar op een goede manier mee om kunt gaan. Als je daar met een positief groepsgevoel uit kan komen, dan maakt je dat als ploeg heel veel sterker. Als je goed overeenkomt, ga je ook net iets dieper om maximaal voor elkaar te gaan. Dat is een heel belangrijk aspect. Bij Topsport Vlaanderen hadden we hetzelfde. Dus ik heb het wel getroffen met de ploegen waarin ik terechtkwam”, lacht hij.

Specialiseren onder de vleugels van Sunweb

Theuns vecht zich een weg omhoog op de Muur van Geraardsbergen – foto: Sirotti

Ondanks zijn fijne tijd bij Trek-Segafredo, rijdt de ambitieuze Theuns komend seizoen in het shirt van Sunweb. De Belg vertelt dat hij maar enkele jaren heeft als wielrenner. Daarom kiest hij voor zichzelf. “Ik heb me de laatste jaren meer ontwikkeld dan ikzelf had gedacht, vooral in de grote klassiekers. Die achtste plaats in Parijs-Roubaix heeft mijn ogen geopend. Er zit misschien nog wel meer in dan ik ooit had durven dromen. Ik zit nu in de klassiekers met de situatie dat Jasper Stuyven en John Degenkolb – als ik eerlijk ben – nog net een stapje hoger staan dan ik sta. Bij Trek-Segafredo zat er voor mij weinig in om in de klassiekers zelf voor een mooi resultaat te gaan.”

Bij Sunweb, dat hem twee jaar geleden ook al wilde inlijven, krijgt Theuns die mogelijkheid wel. “Ik denk dat ik op een punt in mijn carrière zit dat ik die kans moet grijpen en het moet proberen als kopman. Lukt het niet, dan kan ik altijd nog over twee jaar zeggen dat ik meer in een dienende rol ga koersen. Los daarvan denk ik dat Sunweb heel goed omgaat met haar renners. Ze zijn wetenschappelijk heel goed begeleid. Ze brengen hun renners naar een hoger niveau. Nikias Arndt was tot een jaar of twee geleden een renner die vergelijkbaar was met mezelf. Ik denk dat Sunweb hem echt naar een hoger niveau heeft gebracht. Voor mij is dat ook heel belangrijk, dus ik hoop ook dat ze uit mij het maximale kunnen halen.”

Nikias Arndt was tot een jaar of twee geleden een renner die vergelijkbaar was met mezelf. Ik denk dat Sunweb hem echt naar een hoger niveau heeft gebracht

“Ze hebben niet expliciet gezegd dat ik de kopman ben voor de klassiekers”, legt de Belg uit. “Maar als je de ploeg bekijkt, zie je wel dat er ruimte is voor de klassiekers. Sunweb zit met een aantal sterke renners, zoals Søren Kragh Andersen – die echt een opmars aan het maken is. Bij Trek-Segafredo heb ik ook met sterke renners gereden. En ik denk dat ook iedereen wel gezien heeft dat als ik voel dat iemand anders echt wel heel veel beter is dan ik ben, dat ik me probeer op te offeren. Daar heb ik geen probleem mee. In de Vuelta heb ik bijvoorbeeld nog kansen voor mezelf laten gaan om Alberto Contador te helpen.”

Bij Sunweb krijgt Theuns dus de kans om meer zijn eigen plan te trekken. Zonder uitgesproken leider voor de Vlaamse klassiekers, kan de 26-jarige Belg in die koersen in 2018 zo maar eens met het rugnummer één op zijn koersshirt rijden. “Ik hoop uiteraard kansen te krijgen als kopman. Dat is een van de redenen dat ik daar naartoe ga. Maar ik hoop mijn sprint bijvoorbeeld ook nog verder te ontwikkelen. Ik besef me natuurlijk wel dat er bij Sunweb nog een pak andere rappe mannen rijden. Dus ja, er is altijd concurrentie. En dat is niet per definitie slecht. Zo drijf je elkaar alleen maar naar een hoger niveau.”

Ambities voor de aankomende jaren
De klassiekerspecialist hoopt de positieve ervaringen met Fabian Cancellara en Alberto Contador mee te nemen, in zijn eigen rol als kopman. Want daar wil Theuns naartoe groeien bij Sunweb. “Mijn ambitie is om zo veel mogelijk koersen te winnen. Het is natuurlijk van heel veel renners een droom om de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix te winnen, of een rit in de Tour de France. Lukt dat niet, dan ga ik niet zeggen dat mijn carrière niet geslaagd is. Maar ik hoop toch eens om in het voorjaar een keer een mooie koers te winnen. Ik heb in Dwars door Vlaanderen al twee keer op het podium gestaan. En dan kun je natuurlijk ook winnen. Daarna probeer ik een grote klassieker te pakken. Dat is het doel.”

Zijn hoofddoel is in 2018 in eerste instantie het klassieke voorjaar, met de Hoogmis en de Hel van het Noorden als climax. “Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik beter tot mijn recht kwam in Roubaix dan in Vlaanderen. Roubaix is bovendien een koers waar tactisch rijden belangrijk is. Dat ligt mij wel. Maar ik blijf me ontwikkelen en ik kom ieder jaar sterker voor de dag. Misschien dat ik daarom de komende jaren in Vlaanderen ook voor de winst kan meedoen. Maar – en dit gaan ze me niet in dank afnemen”, lacht Theuns, “ik vind Roubaix nog altijd iets heroïscher. Als je zou vragen: Vlaanderen of Roubaix? Dan antwoord ik toch met Roubaix. Het liefst allebei natuurlijk, dat spreekt voor zich, maar Roubaix is gewoon een mythische koers. Een uitputtingsslag en een heel mooie koers om te volgen ook.”

Ik ben niet degene met het grootste talent, maar ik heb wel genoeg talent om mooie koersen te kunnen winnen.

Theuns is snel en komt goed voor de dag in de klassiekers. Een vergelijking met Tom Boonen gaat al snel op, maar daar wil hij niets van weten. “Ik denk dat Boonen hetzelfde type renner is als ik ben, of andersom. Maar Tom heeft in zijn eerste jaren als prof al bewezen dat hij een superklasbak was. Toegegeven: dat is niet gewoon. Ik kom wel in hetzelfde type koersen tot mijn recht, maar de vergelijking met Tom is niet aan de orde. Ik ben niet degene met het grootste talent, maar ik heb wel genoeg talent om mooie koersen te kunnen winnen. Dat is voor mij belangrijk. Ik werk keihard om zo goed mogelijk te trainen, te koersen en mezelf te verzorgen. Meer dan dat kan ik niet doen.”

Met de inmiddels gestopte Boonen, Philippe Gilbert die komend jaar zijn 36^ste verjaardag viert en Greg Van Avermaet die ook al 32 is, hunkert België naar een volgende volksheld. “Ze zijn altijd op zoek naar iemand. Maar ik denk dat we met een heel goede, brede lichting zitten. Oliver Naesen, Jasper Stuyven en zo zijn er nog heel aantal. Kijk maar eens hoeveel renners er naar het WK toe zouden kunnen gaan. De bondscoach heeft een heel moeilijke opdracht om daarvoor negen namen aan te wijzen. Het niveau in België ligt zeer hoog. Ik denk dat we niet per se één renner moeten zoeken om dé naam van het Belgische wielrennen te zijn. Maar ik denk wel dat ik me tussen die toppers kan plaatsen. En dan hoor je internationaal ook al snel bij de top.”

Theuns’ eerste overwinning in de WorldTour – foto: Sirotti