Interview Edward Theuns behaalde gisteren zijn beste resultaat ooit in een grote ronde. “Maar ik botste jammer genoeg op Sam Bennett, momenteel de snelste sprinter ter wereld. Toch ben ik blij dat ik hier weer bewijs dat ik een echte sprinter ben. Ik heb het gevoel dat dat af en toe vergeten wordt.”

Een must have voor alle wielerfans! Met de Black Friday deal van RIDE Magazine haal je het ideale cadeautje voor de feestdagen in huis. Voor slechts € 13,95 ontvang je de najaars- en de winter-editie in jouw brievenbus. Dat betekent meer dan 300 pagina’s aan schitterende wielerverhalen. Wacht niet te lang, want OP=OP. Bestel nu jouw magazines en verzeker je van uren leesplezier.

Theuns wist niet goed hoe hij zich moest voelen, gisteren na zijn tweede plaats in Alicante. Na het douchen, kaartte de Gentenaar 28-jarige  Gentenaar nog even na over de sprint. “Natuurlijk is dat dubbel. Ik ben tevreden, maar toch bots ik weer op die dekselse Bennett. Dat was ook al zo in de BinckBank Tour. Eerder in Turkije maakte ik hetzelfde mee. Hij is gewoon de snelste, denk ik.”

“Toch bewijs ik opnieuw dat ik een echte sprinter ben”, wilde Theuns ook nog even aanhalen. “Ik heb het gevoel dat dat af en toe vergeten wordt. Dat ik ook niet zó veel sprint? Nee, omdat ik niet altijd de kans krijg. Hoeveel sprints deed ik dit seizoen al? Acht? En daarvan eindig ik dan zes keer in de top tien. Of zelfs in de top vijf.”

Ambetant
“Bij Sunweb kreeg ik amper een kans. Nu bij Trek-Segafredo de laatste weken wel, en ik bewijs dat ik het kan. Het is toch wat ambetant dat ik dat steeds weer moet tonen. Ik weet, ik ben niet de meest explosieve sprinter, maar sprinten is meer dan explosiviteit. Ik heb de voorbije weken getoond dat ik mooie resultaten kan boeken, al mis ik die ene overwinning. Maar als ik kansen blijf krijgen, komt die vanzelf wel.”

Misschien vandaag al? “Pas tijdens de briefing voor de start wordt beslist wie mag sprinten? John (Degenkolb, red) of ikzelf. Zo is het afgesproken. In Alicante deed John alvast een fantastische job om mij naar voor te brengen. Hopelijk kunnen we dat in El Puig nog eens overdoen.”