De wielerwereld is in gedachte al bij het nieuwe wedstrijdseizoen. WielerFlits blikt heel de maand december terug op het wielerjaar 2016. Iedere werkdag een nieuwe terugblik en poll. Vandaag: de beste Nederlandse Continental-renner van het jaar.

Het is de bakermat voor alle profwielrenners: het amateurcircuit. De beste coureurs in deze koersen verdienen het stempel ‘amateur’ eigenlijk niet, want zij zijn vaak semi-prof bij een Continental-team. Nederland is zeven ploegen rijk op dat niveau, die vooral verbeten duels uitvechten in de vorig jaar hernieuwde Topcompetitie. Wie mag zich de beste Nederlandse Continental-renner van 2016 noemen?

Jetse Bol

foto: Léon van Bon

Waar Jo Piels in 2015 heer en meester was in het Nederlandse circuit, was die rol het afgelopen seizoen weggelegd voor Join-S|De Rijke. Oud-prof Jetse Bol rechtte in 2016 zijn rug. Vooral op nationaal niveau liet de Noord-Hollander zien dat hij zijn talent nog niet verloren is. De voormalig renner van Rabobank en Belkin won begin mei de Brand Bier Drielandenomloop.

Zijn prestaties in de rest van de Topcompetitie waren dermate constant, dat hij tot en met de slotkoers – de Eurode Omloop – meedeed voor de eindzege in het regelmatigheidsklassement. Op die manier wilde Bol weer als prof aan de slag bij Roompot-Oranje Peloton. Dat kreeg hij niet voor elkaar, maar het Colombiaanse Manzana Postobón rook direct haar kans.

Martijn Budding

foto: WielerFlits

Martijn Budding was niet alleen binnen de landsgrenzen op dreef, maar reed ook in het buitenland een aantal knappe resultaten bijeen. Vooral in Franse rittenkoersen deed hij het erg goed, met als hoogtepunt een ritoverwinning in de Ronde de l’Oise. Tussendoor wist hij ook op overtuigende manier de Ronde van Limburg te winnen. In juni veroverde hij bovendien brons op het NK voor beloften.

Het tweede deel van het seizoen verliep iets minder voor Budding. Een hoogtepunt was de overwinning in de koninginnenrit van Olympia’s Tour. Reden genoeg voor Roompot-Oranje Peloton om de 21-jarige renner van Rabobank een profcontract aan te bieden. Maar is het ook genoeg voor de titel ‘Beste Continental-renner van 2016’?

Oscar Riesebeek

foto: Topcompetitie/Léon van Bon

Een van de sterkste renners in de Topcompetitie was dit jaar ongetwijfeld Oscar Riesebeek. De coureur van Metec-TKH kan op meerdere terreinen uit de voeten. In regenachtig weer wist hij in mei de Simac Omloop der Kempen te winnen. Riesebeek trok die vorm door in de Ronde van Limburg, waarin hij zesde werd.

Het bleek een opmaat voor een sterke periode. Tijdens het NK Tijdrijden eindigde hij knap als negende, waarna hij een week later enorm hard toesloeg in de Klimtijdrit. Hij won daarmee zijn tweede Topcompetitie-wedstrijd. Toen hij in augustus tijdens een sterk bezette Czech Cycling Tour twaalfde werd, was Roompot-Oranje Peloton er als de kippen bij om Riesebeek vast te leggen.

Coen Vermeltfoort

foto: Léon van Bon / Topcompetitie

Coen Vermeltfoort was vanaf de eerste Topcompetitie-koers niet meer uit de top van het klassement te slaan. De 28-jarige Vlijmenaar moest in een ijskoude Ster van Zwolle wel de intrinsiek snellere Jeff Vermeulen voorlaten, maar de renner van Join-S|De Rijke sloeg wel een kloof met de klassieke types. Toen hij vervolgens de Omloop van de Braakman won, zat Vermeltfoort op rozen.

Twee dagen na die zege reed de sprinter ook een verdienstelijke Volta Limburg Classic (elfde) tussen de profs. Het duurde vervolgens tot en met de Ronde van Limburg vooraleer Vermeltfoort zijn oranje leiderstrui kwijtspeelde. De spurter pakte het kleinood nota bene in de Klimtijdrit weer terug en deze zou hij niet meer afstaan, ondanks een hevig gevecht in de Eurode Omloop.

Hartthijs de Vries

foto: Topcompetitie/Leon van Bon

De meest opvallende naam die dit jaar zijn neus aan het venster stak, was Hartthijs de Vries. Het nog altijd maar 20-jarige talent uit Friesland stond al vroeg in het seizoen op scherp. Tijdens Gent-Wevelgem U23 werd hij in maart bijvoorbeeld al dertiende, in een sterk bezet internationaal veld. In de Topcompetitie liet hij zich vooral gelden in de Limburgse heuvels, waarin hij kort eindigde in de Drielandenomloop en de Ronde van Limburg.

De beloning voor De Vries kwam er in de Omloop van Alkmaar, waarin hij Wouter Mol in een sprint-à-deux verschalkte. In de heuvelkoersen die volgden bleef de Rabobank-renner er constant bij, waarin hij de aanval niet schuwde. Ook De Vries deed daardoor tot op de laatste dag mee voor eindwinst in de Topcompetitie, maar moest zich tevreden stellen met winst in het jongerenklassement. Aan het einde van het seizoen werd hij bovendien heel knap derde in de Olympia’s Tour. Volgend jaar komt hij uit voor SEG Racing Academy.

Outsiders

foto: SEG Racing

Deze uitverkiezing is geen gemakkelijke opgave. Naast de vijf reeds genoemde renners, waren er meer jongens die van zich lieten spreken. Jan-Willem van Schip en Taco van der Hoorn (beiden Join-S|De Rijke) boekten winst in UCI-koersen. Ook Fabio Jakobsen (foto) deed dat in de Slag om Norg, nadat hij eerder de Nederlandse titel bij de beloften had gegrepen. En wat te denken van Cees Bol, die op een knappe manier Olympia’s Tour wist te winnen.

Andere sterke coureurs die onder andere in de Topcompetitie hun benen lieten spreken, waren Elmar Reinders, Jeff Vermeulen (beiden Jo Piels), Rick Ottema (Baby-Dump) en Wouter Mol van Join-S|De Rijke. Jeroen Meijers en Lennard Hofstede (Rabobank) reden op hun beurt weer een heel verdienstelijk buitenlands programma, al wist Meijers ook de Eurode Omloop te winnen. Tot slot mogen we ook Johim Ariesen niet vergeten, die vijf UCI-zeges boekte dit seizoen.

[poll id=”378″]