Eindejaarslijstjes: De revelatie van 2016
De wielerwereld is in gedachte al bij het nieuwe wedstrijdseizoen. WielerFlits blikt heel de maand december terug op het wielerjaar 2016. Iedere werkdag een nieuwe terugblik en poll. Vandaag: de revelatie van 2016.
Er zijn revelaties op meerdere niveaus. De renners die zich definitief nestelen bij de wereldtop, de jonkies die zich brutaal en onverwachts er tussen gooien, of juist de trouwe knechten die voor één keer boven zichzelf uitstijgen. Hieronder worden er vijf aangehaald, maar er zijn er nog meer geweest. Stem onderaan op jouw favoriet.
Esteban Chaves
De naam van Esteban Chaves zong al enkele jaren rond. Een groot talent dat in 2015 al op het hoogste niveau van zich liet horen. Dit jaar bevestigde de Colombiaan van Orica-GreenEDGE (en later Orica-BikeExchange) zijn status en wist hij zelfs nog stappen te maken.
Hij begon zijn seizoen met focus op de Giro d’Italia. De ambitie vanuit de ploeg was top-3. In de voorbereiding wilde het nog niet vlotten, maar dat werd rechtgezet in de Giro zelf. Met de dagen schoof Chavito op richting het podium. Hij won de etappe naar Corvara en was de dichtste belager van Steven Kruijswijk, maar na diens valpartij kwam hij in het roze terecht en mocht hij dromen van de eindzege. In de voorlaatste etappe werd het ploegenspel van Astana hem teveel en moest hij Vincenzo Nibali voorbij laten in het klassement. Hij sloot de Giro af als tweede: “Dit is nog maar het begin!”
Zijn eerste koerskilometers na de Giro maakte Chaves in Rio de Janeiro. In de olympische wegrit miste hij de slag en kwam hij als 21e over de finish. Veel voorbereidingstijd op zijn volgende doel, de Vuelta, kende Chaves niet, maar al vanaf de eerste dag was hij bij de pinken. Op dag drie reed hij zich in de top-10, om daar niet meer uit te verdwijnen. Tot een ritzege kwam het niet, maar achter de twee kemphanen Nairo Quintana en Chris Froome was de immer goedlachse Chaves ijzersterk. Even leek hij zijn podiumplek te verliezen ten opzichte van Alberto Contador, maar een geniale coupe, samen met zijn gehele ploeg, in de voorlaatste rit bracht Chaves terug naar het podium.
Twee keer op het eindpodium en dan ook nog eens een heuse klassieker winnen. Eind september liet Chaves in de Giro dell’Emilia al doorschemeren in uitstekende vorm te steken en dat betaalde zich een week later uit in een historische overwinning in de Ronde van Lombardije. Hij is de eerste Colombiaan die de Koers van de Vallende Bladeren wist te winnen. Een revelatie? Zeker. Dé revelatie van 2016? Dat is aan jullie.
Jarlinson Pantano
Voor het zoveelste jaar op rij kleurden de Colombianen de koers. Jarlinson Pantano was één van de smaakmakers. Een echte klimmer is hij niet, een echte klassiekerman is hij niet, maar met aanvallen en plezier kun je ver komen bewees de uit Cali afkomstige coureur van IAM Cycling.
In zijn tweede seizoen bij de Zwitserse ploeg brak hij definitief door, mede door die aanvalsdrift. Dat kwam voor het eerst tot uiting in de Ronde van Zwitserland, waarin hij zich in de laatste drie etappes bijna op het eindpodium reed. Wel was zijn ritzege in de slotetappe een voorbode voor een sterke Tour de France.
Pantano wist dat hij geen rol van betekenis zou spelen in het klassement en wachtte op zijn kans uit een aanval. Meerdere keren ging hij op avontuur en had hij ploegmaat Stef Clement met zich mee. Het hoogtepunt kwam op 17 juli, toen Durbitan veerkracht toonde in een direct duel met Majka. Bergop gaf hij iets toe, in de afdaling maakte hij dat eenvoudig weer goed. In de sprint-à-deux die volgde was hij sneller. Het sprookje was compleet.
Wat volgde waren tweede plaatsen op Finhaut-Emosson, achter Ilnur Zakarin en in de voorlaatste rit naar Morzine, achter Ion Izagirre. Dit resulteerde uiteindelijk in een negentiende plaats in het eindklassement voor Pantano, die zich vervolgens mocht melden in verschillende na-Tourcriteriums. Na de Clasica San Sebastian mocht hij zich ook melden in Rio de Janeiro voor de olympische wegrit als vervanger van de zieke Nairo Quintana. Pantano haalde de eindstreep niet en kende een redelijk anoniem najaar. Desondanks bleven zijn prestaties niet onopgemerkt; hij tekende een tweejarig contract bij Trek-Segafredo.
Primož Roglič
Er werd enigszins lacherig gedaan over de transfer van Primož Roglič naar LottoNL-Jumbo. Een skispringer die zomaar prof wordt in de WorldTour? De Sloveen bewees het tegendeel in zijn eerste seizoen als fulltime prof. Na zijn debuut in de Tour Down Under snelde hij in de Volta ao Algarve naar een vijfde plaats, om daarna in de voorbereiding op de Giro d’Italia bijna nog een ritzege mee te pikken in de Ronde van Catalonië.
Waar Roglič aangekondigd werd als sterke klimmer, stak hij zijn neus aan het venster als uitstekende tijdrijder. Dat kwam als eerste tot wasdom in Apeldoorn, waar hij vriend en vijand verraste met een tweede plaats achter Tom Dumoulin. Het verschil tussen de eerste roze trui en de tweede plaats was minder dan één seconde. Het bleek niet het enige succes voor Rogla in de Italiaanse rittenkoers. De tijdrit door de Chianti-streek zette hij op zijn naam, mede omdat hij als vroege starter een compleet droog parcours voor zich had.
“Na ongeveer tien kilometer verloor ik mijn fietscomputer en een bidon. Ik vertelde aan de ploegleider om de computer op te pakken, maar ik weet niet of hij begreep wat ik zei. Ik verloor mijn motivatie en besloot om het rustig aan te doen. Alleen voelde ik mij fantastisch bergop, dus ik bleef doortrappen en trappen omdat ik dat leuk vond” – Primož Roglič na zijn tijdritzege
Later in de Giro moest hij kopman Steven Kruijswijk bijstaan. Na zijn eerste grote ronde nam Roglič een maand rust om op het Sloveens kampioenschap de tijdrittitel te grijpen. In de Ronde van Polen startte hij als kopman, maar in de verregende rittenkoers kwam hij niet uit de verf. In Rio de Janeiro behaalde Roglič een knappe tiende plek op de tijdrit, om in het najaar sterke uitslagen te rijden in Tour du Poitou Charantes (vierde), het EK tijdrijden (zevende) en de Eneco Tour (zesde in tijdrit).
Sam Oomen
Kijkend met een oranje bril valt het jaar van Sam Oomen op. Als groot talent bij de Rabobank opleidingsploeg hengelde Giant-Alpecin hem, samen met ploegleider Arthur van Dongen, binnen. Veel koersdagen reed de rossige renner uit Tilburg niet, het waren er ‘slechts’ vijftig. Het plan van Iwan Spekenbrink en consorten is dan ook om hem rustig te brengen.
Zijn eerste sterke prestatie zette Oomen neer in het Critérium International. De Franse rittenkoers kende met Thibaut Pinot één topper aan de start en die won ook, al had hij de nodige moeite met de kleine Nederlander. Oomen werd zevende in de tijdrit en reed zich op de Col d’Ospedale naar het eindpodium achter Pinot en het Franse klimtalent Pierre Latour. Vanaf hier werkte hij toe naar de Waalse klassiekers. Als eerstejaarsprof hield hij zich staande in de finale van de heroïsche Luik-Bastenaken-Luik. Pas op enkele kilometers van de finish moest hij lossen uit de favorietengroep.
Une excellente mais fatiguante semaine passée sur le Tour de l’Ain! Sam Oomen ne dira pas le contraire ! #cyclisme pic.twitter.com/eP00zqZacd
— Guillaume ⚽️ (@GAvinain) 15 augustus 2016
Na een relatief rustige periode in de middelste maanden van het jaar kende Oomen in de Tour de l’Ain een nieuwe piek. En hoe?! In de bergetappe naar Lelex Mont-Jura bleek hij over de beste benen te beschikken en pakte hij een dubbelslag, die hij op de slotdag met alle krachten die hij had moest verdedigen. Met een redelijk onervaren ploeg aan zijn zijde hield Oomen stand en mocht hij voor het eerst de eindzege van een profkoers op zijn naam schrijven. Als beloning voor zijn sterke jaar ontving Oomen de Gerrie Knetemann Award voor meest talentvolle renner van 2016.
Imanol Erviti
Een Spanjaard op kasseien klinkt als Kuifje verdwaald in de woestijn, maar Imanol Erviti bewees het ongelijk. Al sinds 2005 staat de inmiddels 33-jarige torero uit Pamplona onder contract bij de ploegen van Eusebio Unzue. Twee ritzeges in de Vuelta en de winst in de Vuelta a Ciclista a La Rioja staan op zijn erelijst en sinds zijn debuutjaar reed hij elk jaar grote klassiekers. Tot dit seizoen was zijn beste klassering in een van de monumenten een 40e plek in Parijs-Roubaix van 2009.
Erviti kende één heel hoge piek in 2016, in de week van 3 tot en met 10 april om precies te zijn. Op de derde van april sprong hij mee in de vroege vlucht van de Ronde van Vlaanderen. Als sterkste van de kopgroep was hij de aanvallen van de favorieten voor en in het zog van de grote kleppers nestelde hij zich na ruim 250 kilometer over Vlaamse wegen op een knappe, bijna historische zevende positie. Ongeloof heerste na afloop, maar dit was nog niet alles.
Want in Parijs-Roubaix, precies een week erna stond er een ‘negen’ achter de naam van Imanol Erviti. Weer glipte de Movistar-renner mee in de vroege ontsnapping om het slagveld der favorieten voor te blijven. De uiteindelijk beslissende slag van vijf miste Erviti, maar in de groep erachter was hij wel vertegenwoordigd. Het resulteerde in een negende plaats op de wielerbaan van Roubaix. En dat voor een trouwe knecht. Uit Spanje. Op kasseien.
Outsiders
Tot de outsiders behoren sprinters als Dylan Groenewegen, Fernando Gaviria, Magnus Cort Nielsen, Sondre Holst Enger en Sonny Colbrelli. Daarnaast zijn er ook klimmers, klassementsrenners en heuvelspecialisten die zich als smaakmakers ontpopten in 2016, waarbij Ion Izagirre, Adam Yates, Pierre Latour, Bob Jungels, Gianluca Brambilla, Louis Meintjes, Michael Valgren, Hugh Carthy en George Bennett niet vergeten mogen worden. En wat te denken van de wereldkampioen veldrijden (Wout van Aert) die de latere wereldkampioen tijdrijden (Tony Martin) naar huis rijdt in een tijdrit?
Stem!
[poll id=”383″]
Ze weten bij Lotto-Soudal goed waar ze mee bezig zijn met Vervaeke en die gaat er wel komen in de komende jaren.
Dat is zeker goed mogelijk. Hij heeft in zijn eerste twee seizoenen zijn belofte echter nog lang niet ingelost. Dat maakt hem op dit moment dus zeker nog geen revelatie.
Tijdrijden: Roglic, Campenaerts
Chaves deed wat er van hem verwacht werd, maar dan wel nog een hoop erbij. Niet echt wen revelatie als je het mij vraagt...
Louis Vervaeke is trouwens prof sinds de zomer van 2014 dus geen eerstejaars....
Ik weet ook wel dat Vervaeke aan zijn eerste jaar als volledige prof bij Lotto-Soudal bezig was in 2015.
Het was dit jaar 2016.
Vervaeke heeft geen top resultaten gereden maar hij zich wel in de kijker gereden in het voorjaar en dan is het normaal dat hij een later op het seizoen een terugval krijgt. Kan in een goeie dag ook een goeie proloog rijden.
Prima, maar daarmee is hij dus totaal niet op zijn plek in dit eindejaarlijstje.
Ik trachtte me te beperken tot telkens een niet-Belg en een Belg ;-) maar Bettiol idd zeker niet slecht, alleen schat ik het Canadese tweeluik niet zo hoog in.
Renners die we in 2016 op het hoogste niveau een (nieuwe) kwaliteit hebben zien tonen die niet direct in de lijn der verwachting lag.
Net iets beter dan Chaves en Quintana in de grote rondes.