EK 2024: Huub Artz sprint na ware afvalrace naar titel bij de beloften
foto: Cor Vos
vrijdag 13 september 2024 om 17:07

EK 2024: Huub Artz sprint na ware afvalrace naar titel bij de beloften

Huub Artz mag zich Europees kampioen noemen bij de beloften mannen. De Nederlander moest het na een ware afvalrace in de sprint opnemen tegen Niklas Behrens en verwees de sterke Duitser naar plaats twee. De Fransman Léandre Lozouet was goed voor brons.

Met 162 kilometer (bijna 170 kilometer, inclusief neutralisatie) was dit de langste EK-wegrit voor beloften in tien jaar tijd. Met de Kolmontberg, Zammelenberg en de kasseienstroken op het rondje tussen Borgloon en Tongeren lagen er wel wat mogelijkheden om er een interessante koers van te maken. Na de twee zogenoemde Limburg-rondjes trok het peloton weer richting Hasselt, om daar nog anderhalve keer het vlakke Hasselt-circuit af te werken.

Bij de profs is het meest gangbare scenario voor de wegwedstrijd dat het waarschijnlijk uitmondt in een veredelde massasprint. Normaal is de wedstrijd voor beloften een goede graadmeter. Maar dit keer niet. Er stonden namelijk amper pure sprinttalenten aan het vertrek en dus konden we – traditiegetrouw – een attractieve koers verwachten. Voor de start was het uitkijken naar onder meer Tim Torn Teutenberg, kersvers tijdritkampioen Alec Segaert, Fabio Christen, Tibor del Grosso en titelverdediger Henrik Pedersen.

De eerste vlucht bleek geen lang leven beschoren – foto: Cor Vos

Kopgroep van zeven
Na een gezapig begin besloten zeven renners de wedstrijd van wat peper en zout te voorzien. De Deen Stian Rosenlund, Zwitser Roman Holzer, Noor Halvor Utengen Sandstad, Duitser Julian Borresch, Zweed Carl Kagevi, de Luxemburger Mats Wenzel en de Pool Mateusz Gajdulewicz sloegen de handen ineen en vormden een sterke vlucht. Het verschil met het peloton bleef daarom zeer beperkt. België en Nederland waren niet van plan om deze kopgroep te veel speelruimte te geven.

De zeven koplopers werden zo al snel weer bij de lurven gegrepen, maar de Nederlandse en (met name) Belgische ploeg werden zo wel al een eerste keer op de proef gesteld. En de renners kregen geen tijd om even op adem te komen, want op de kasseien van Manshoven – op goed negentig kilometer van de finish – werd er nogmaals doorgetrokken. Tibor del Grosso – toch een van de favorieten voor de titel – wilde er een harde koers van maken, versnelde op de kasseien en bleek hiermee de aanstichter van een elitegroep van veertien coureurs.

Nieuwe vlucht, met grote namen
Nederland was bijzonder goed vertegenwoordigd met – naast Del Grosso – ook Huub Artz en Jesse Kramer in de spits van de koers. Ook de Fransen (Matys Grisel, Léandre Lozouet en Pierre Gautherat) en Belgen (Sente Sentjens en Steffen De Schuyteneer) zaten met meerdere renners van voren. Verder waren er nog heel wat eenlingen present, met Rasmus Søjberg Pedersen (Denemarken), Alessandro Borgo (Italië), Niklas Behrens (Duitsland), Fabian Weiss (Zwitserland), Matyáš Kopecký (Tsjechië) en Alexandre Kess (Luxemburg).

Tibor del Grosso liet zich onderweg opmerken – foto: Cor Vos

In het peloton bleek er aanvankelijk niemand geneigd om de handschoen op te pakken, in de hoop de scheve situatie recht te zetten, aangezien de grote wielerlanden mee waren. Spanje had dan weer de slag gemist en probeerde nog iets recht te zetten, maar dit bleek geen sinecure. In de kopgroep was er namelijk sprake van een goede verstandhouding. De veertien koplopers hadden een gezamenlijk belang: uit de greep blijven van het peloton. Er werd dan ook goed rondgedraaid en zo liep de voorsprong op tot een minuut.

Tegenaanvallers komen er niet bij
Negen renners roken het gevaar en hoopten met een tegenaanval nog de oversteek te maken. Vluchter van het eerste uur Stian Rosenlund, Morten Aalling Nørtoft en Adam Holm Jørgensen (Denemarken), Halvor Dolven (Noorwegen), Pierre Henry Basset (Frankrijk), Iker Bonillo (Spanje), Nicolo Arrighetti (Italië), Aivaras Mikutis (Litouwen) en Roman Holzer (Zwitserland) kwamen tot op een halve minuut van de kopgroep, maar slaagden er niet in om het laatste gaatje te dichten en werden dan weer opgeslokt door het peloton.

In de kopgroep was het inmiddels hommeles. Artz voelde zich duidelijk in zijn sas op het parcours in en rond Hasselt en gooide de knuppel in het hoenderhok. Visma | Lease a Bike-aanwinst Niklas Behrens en Léandre Lozouet haakte hun wagonnetje aan, terwijl de andere koplopers niet bereid waren om voor elkaar de kastanjes uit het vuur te halen. Artz, Behrens en Lozouet reden zo steeds verder weg. Met nog goed veertig kilometer te gaan, was de voorsprong al opgelopen richting de dertig seconden.

Huub Artz doet een gooi naar de titel – foto: Cor Vos

Wie van de drie
De achtervolgers waren echter nog niet uitgeschakeld en leken na de Zammelenberg zelfs weer aan te sluiten. Een hergroepering leek in de maak, maar net op dat moment viel het toch weer stil in de achtergrond. Hierdoor konden de drie aanvallers toch weer iets uitlopen, al waren de verschillen nog speelbaar. Voor de achtervolgers, welteverstaan, want het peloton was in geen velden of wegen meer te bekennen. Fabian Weiss en Mats Wenzel gaven zich echter nog niet gewonnen en knabbelden – als eerste achtervolgers – steeds meer aan hun achterstand.

Op veertien kilometer van de streep, bij de eerste passage aan de finish in Hasselt, was het verschil tussen de drie koplopers en de twee achtervolgers nog maar goed twintig seconden. Kregen we dan toch nog een samensmelting en een kopgroep van vijf? Nee, want Weiss en Wenzel bleken niet niet sterk genoeg om ook daadwerkelijk de oversteek te maken. Artz, Behrens of Lozouet: een van deze renners zou met de Europese titel aan de haal gaan.

Artz verslaat Behrens na pittige tweestrijd 
Behrens was de eerste renner die voor de aanval koos, maar een sterke Artz wist weer naar het achterwiel van de Duitser te rijden. Dit was voor Artz zelf het sein om door te trekken en deze demarrage werd weer beantwoord door Behrens. De twee bleken ontzettend aan elkaar gewaagd, maar voor Lozouet was het de versnelling te veel. De Fransman moest passen en zich tevreden stellen met de bronzen medaille. Artz en Behrens konden zich dan weer opmaken voor een sprint om goud.

Het was Artz die in deze sprint-à-deux aan het langste eind wist te trekken, al verliep dit niet zonder slag om stoot. Een balende Behrens moest zo genoegen nemen met zilver. Artz zorgde zo voor alweer de vierde gouden Nederlandse medaille, na de eerdere successen bij de junioren mannen (Michiel Mouris), Mixed Team Relay en beloften vrouwen (Sofie van Rooijen).

Huub Artz schreeuwt het uit, Behrens buigt het hoofd – foto: Cor Vos

EENDAG

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.