Materiaalzone 
Fietstoerisme 
Emiel Verstrynge mikt op Ardennenklassiekers tijdens debuutjaar op WorldTour-niveau
Interview In een serie met zeven vaste vragen stelt WielerFlits de komende dagen alle vijf Belgische talenten voor die op 1 januari 2025 hun profdebuut hebben gemaakt in de WorldTour. Vandaag is het aan Emiel Verstrynge, die we natuurlijk al kennen als profcrosser, maar vanaf dit seizoen maakt hij ook deel uit van de WorldTour-ploeg van Alpecin-Deceuninck.
Waar ben je opgegroeid en hoe kwam je in aanraking met de wielersport?
“Ik ben opgegroeid in het plaatsje waar ik nu nog altijd woon, en dat is Adegem, een deelgemeente van Maldegem. Daar vind je heel vlakke wegen, eigenlijk niet ideaal om te trainen. Maar mijn aanraking met de fiets is er eigenlijk gekomen omdat ik het voetbal een beetje beu was. Ik was niet van plan om dan nog een nieuwe sport te gaan doen. Maar dan was er bij ons in de buurt een woensdagmiddagtraining. Zo ben ik daar een beetje ingerold.”
“Maar mijn carrière heeft zich wel stap voor stap ontwikkeld. In de eerste jaren had ik het echt moeilijk om zelfs maar een koers uit te rijden. Vaak ging ik al blij naar huis, als ik de finish had gehaald. Ik kon niet eens voor resultaten gaan. De eerste twee jaar heb ik enkel op de weg gefietst. Maar toen er eind september in Eeklo werd gecrost, vlak bij Maldegem, dacht ik eens voor het plezier mee te doen. Daar werd ik meteen tiende, dat triggerde me en dan heb ik me een aantal jaar alleen op de cross gefocust. Maar de laatste jaren bij deze ploeg heb ik de kans gekregen om ook op de weg op een hoog niveau te beginnen fietsen. Daar heb ik aangetoond dat het misschien kansen biedt.”
Wat voor type renner ben je en wat zijn je sterke punten?
“Dat is voor mijzelf nog een beetje aftasten. Bij de beloften krijg je wel een indruk, maar ik heb de indruk dat het weer een serieuze stap gaat zijn dit seizoen. Ik moet volgens mij mikken op de iets meer lastige koersen, waar je een vijf tot tien minuten-inspanningen moet kunnen leveren. Dat ligt me beter dan het écht explosieve werk.”
“Het hooggebergte wordt dan net te lastig. Ik ben niet heel klein, en dan neem je automatisch dat extra gewicht mee, waardoor ik daar altijd te kort zou komen. De meeste topklimmers wegen 65 of minder en ik blijf steken op 70 kilogram. Dat is gewoon net te veel als je echt een klimmer wil worden. Dus moet ik me vooral focussen op wat mij het beste ligt.”
Verstrynge tijdens de Antwerp Port Epic – foto: Cor Vos
Wat zijn je belangrijkste prestaties?
“Mijn eerste grote resultaat op de weg heb ik pas neergezet in 2022. Dat kwam toen als een verrassing dat ik de Giro della Regione Friuli Venezia Giulia (van de categorie UCI 2.2, red.) won. Maar afgelopen seizoen bij de beloften heb ik mezelf keer op keer verbaasd, ik werd iets constanter in mijn prestaties en kon resultaat rijden in de klassiekers. Overal waar ik een resultaat wilde rijden, heb ik dat kunnen doen. Het was een heel belangrijk jaar, ten opzichte van de jaren voordien. En op het WK kon ik het nog fantastisch afsluiten tegen bijna allemaal WorldTour-renners op de vijftiende plaats.”
Waarom koos je voor je huidige ploeg?
“Dat voelde voor mij heel logisch. Ik heb altijd gezegd toen ik bij Tormans wegging, dat ik naar de Roodhoofts wilde komen om het veld met de weg te combineren. Ik denk dat er mij niemand op dit moment ongelijk kan geven. Ik heb nooit aan een andere ploeg gedacht. Ik heb het gevoel dat ik hier goed op mijn plaats zit en alles werkt goed, dat is voor mij het belangrijkste voor de komende twee jaar. Er zijn niet zo veel ploegen die zo’n uitgebreide kennis hebben in beide disciplines. Ze weten wat nodig is om in veld én weg te scoren.”
In welke koersen gaan we je zien?
“Dat zit er al redelijk snel aan te komen. In maart zal ik hervatten in de Strade Bianche, waarbij er eerst twee rittenkoersen aankomen vooraleer ik ga toewerken naar de Ardennenklassiekers. Dat is een unieke kans, maar het wordt vooral veel leren dit jaar. Het belangrijkste is om te zien wat er mogelijk is en hoe dat allemaal zal verlopen. Ik wil er niet héél veel van verwachten.”
Wat zal je rol voornamelijk zijn volgend seizoen?
“Het is volgens mij niet nodig om al eigen ambities te hebben. Het is nog af te wachten hoe het eerste deel van het seizoen zal verlopen, en dan zien we wel hoe het tweede deel van het jaar verloopt. Ik zal vooral in dienst van de ploeg rijden, omdat het gewoon allemaal nieuw is. Het is helemaal iets anders dan wat ik gewend ben. Je kan dat niet weten totdat je in het peloton zit. Ik ben wel benieuwd.”
Welk leuk feit móeten mensen van jou weten naast het wielrennen?
“Vroeger ging ik dikwijls op de boerderij van de familie te helpen. Dat was een middag ontspanning op mezelf, waar ik de rust in vond. Daar heb ik intussen nog weinig tijd voor, omdat ik zo veel met de fiets bezig ben en moet zijn om dit niveau te halen. Maar daarnaast ben ik vooral een echte familiemens. Ik heb er veel aan om thuis met mijn naasten te zijn.”
Lees ook het eerste deel van deze serie:
Een must have voor alle wielerfans! Met de Black Friday deal van RIDE Magazine haal je het ideale cadeautje voor de feestdagen in huis. Voor slechts € 13,95 ontvang je de najaars- en de winter-editie in jouw brievenbus. Dat betekent meer dan 300 pagina’s aan schitterende wielerverhalen. Wacht niet te lang, want OP=OP. Bestel nu jouw magazines en verzeker je van uren leesplezier.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.