Fabio Jakobsen kroont zich tot Europees kampioen, Tim Merlier derde
Fabio Jakobsen is de nieuwe kampioen van Europa. De 208 kilometer lange wedstrijd in München mondde uit in een massasprint, waarin de Nederlander zich de snelste toonde. Arnaud Démare werd tweede, Tim Merlier derde. Jakobsen is de opvolger van Sonny Colbrelli, die vorig jaar het EK won in Italië.
Het EK wielrennen voor elite mannen was dit keer langer dan de afgelopen jaren, namelijk 208 kilometer. In de eerste kilometers daarvan moest behoorlijk wat geklommen worden. Zeventien kilometer na de start in Murnau am Staffelsee, ten zuidwesten van München, doemde de Kesselberg (5,1 km aan 4,9%) op. Het tweede serieuze klimmetje van de dag volgde na ruim 90 kilometer koers: de de Eurasburg-klim (1 km aan 10,4%).
Vervolgens was het nog veertig kilometer, waarvan meer dan de helft licht glooiend, tot het dertien kilometer lange lokale circuit in het centrum van München. Deze moest vijf keer afgelegd worden. Het circuit kon – met zeker 18 (meer dan) haakse bochten en enkele verraderlijke passages – omschreven worden als behoorlijk technisch.
Dillier en Pöstlberger
Maar eerst de aanloop daar naartoe dus. De eerste aanval van de dag, door Lukas Pöstlberger (Oostenrijk) en Silvan Dillier (Zwitserland), was direct raak. Het peloton liet begaan. Olsian Velia (Albanië) wilde de sprong echter nog wel maken. Hij kreeg even later steun, want Blerton Nuha (Kosovo) en Mantas Januškevičius (Litouwen) sloten bij hem aan. Niettemin kwamen de drie in de welbekende chasse patat terecht en zakten ze vervolgens één voor één terug in het peloton. Daar reed Nederland – met Boy van Poppel en Jan Maas – aanvankelijk op kop samen met Spanje. Later staken ook Duitsland, Frankrijk en België een handje toe.
Pöstlberger en Silvan Dillier kregen door het werk van de genoemde landen niet meer dan drie minuten. Vervolgens begon het verschil wat te schommelen. Op een gegeven moment was het anderhalve minuut, later opnieuw drie, dan weer tweeënhalf. Ondertussen waren er weinig andere ontwikkelingen, behalve een valpartij zonder al teveel erg. Rudy Barbier, ploeggenoot van Arnaud Démare vandaag, leek het grootste slachtoffer, maar de Fransman kon zijn weg vervolgen.
Versnelling Italië
Op de Eurasburg-klim, net voor half koers, kwam er dan toch wat echte actie. De Italianen – met Matteo Trentin voorop – trokken op deze helling door om de pure sprinters pijn te doen. Onder anderen Fabio Jakobsen kreeg het wat lastig, maar de Nederlander hoefde niet te lossen. Vooraan was er wel afscheiding. Marco Haller (Oostenrijk), Jan Tratnik (Slovenië), Rui Oliveira (Portugal) en Dries De Bondt (België) sloegen een gaatje. Lang duurde hun avontuur niet, want alle vier werden binnen enkele kilometers weer ingerekend.
Betekende dit dat de rust wederkeerde? Niet meteen. We zagen onder anderen Zdenek Stybar en weeral Trentin nog een poging wagen. Maar zij hadden geen succes, want België en Ierland – met respectievelijk Tim Merlier en Sam Bennett in de gelederen – bleven de boel controleren. De acties van de aanvallers zorgden er wel voor dat Pöstlberger en Silvan Dillier wat van hun pluimen verloren. Met nog honderd kilometer te gaan bedroeg hun voorsprong slechts een minuut en twintig seconden.
Opgave Ackermann
Vijftig kilometer later – de renners waren inmiddels op het lokale circuit – was er aan deze situatie weinig veranderd, ondanks wat tussentijdse wijzigingen. Vijf kilometer daarna was er opschudding: thuisrijder Pascal Ackermann, een van de outsiders voor de zege, kwam ten val. De Duitser zat helemaal voorin het peloton toen hij tegen een hek toucheerde, de macht over het stuur verloor en met zijn hoofd tegen het eerder genoemde hek klapte. De sprinter bleek zijn weg niet te kunnen vervolgen.
Het peloton denderde gewoon voort. Met nog een kleine dertig kilometer te gaan, zat het avontuur van Pöstlberger en Silvan Dillier er aldus op. Vervolgens was het in gestrekte draf richting de laatste slotronde en de onvermijdelijke massasprint. In de slotronde nam aanvankelijk Frankrijk het commando, terwijl ook de Nederlanders zich voorin positioneerden. Toch zag Stefan Bissegger nog kans voor een late uitval. De Zwitser sloeg een mooi gaatje, maar de snelheid in het peloton lag dermate hoog, dat hij met nog twee kilometer te gaan weer in de kraag werd gevat.
Van Poppel en Jakobsen
In de sprint die volgde, leek Fabio Jakobsen te ver te zitten. In het wiel van Danny van Poppel sloop de Nederlander echter mee met de trein van de Belgen, die Tim Merlier brachten. Laatstgenoemde ging vroeg aan, maar Jakobsen kwam er met overtuiging overheen. Hij sprintte na voorbereidend werk van Van Poppel naar de zege. Démare strandde op de tweede plek, Merlier werd derde. Van Poppel wist met zijn ijzersterke lead-out zelf nog vierde te worden.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.