Jakob Fuglsang zet ook in 2019 in op het eindpodium in de Tour de France. Dat vertelt de Deense kopman van Astana tegen TV2 Sport. “Ik hoop de Tour te rijden en mijn doel zal hetzelfde zijn als dit jaar. Ik streef het podium na”, aldus Fuglsang.

Afgelopen seizoen ging Fuglsang met hoge verwachtingen naar de Franse ronde. Een maand eerder was hij tweede geworden in de Ronde van Zwitserland, wat hem het nodige vertrouwen had gegeven. Toch kon hij het niet waarmaken in Frankrijk, waar hij twaalfde werd. Het leverde kritiek op van oud-renner Chris Anker Sørensen, die aangaf dat zijn landgenoot de klassementsambities moest laten varen en moest gaan voor kleinere rondes en etappezeges.

‘De lat ligt hoog’
“Natuurlijk kan het winnen van etappes leuk zijn”, reageert Fuglsang. “Ik wil eerst zien waar het team aan denkt. Ik denk nog steeds dat ik ingezet kan worden voor het klassement. Als ik naast de grote rondes kijk, zou ik vol gaan voor het klassement in kleinere rondes. Ik ben me er goed van bewust dat het niet makkelijk zal zijn om een goed klassement in een grote ronde te rijden. De lat ligt hoog, maar ik ben al zevende geworden en ik zal proberen om nog hoger na te streven. Ik heb ook de Dauphiné gewonnen en ben goed in Zwitserland geweest.”

Het is nog maar de vraag of Fuglsang wel aan de start staat van de Tour. De wedstrijdprogramma’s zijn nog niet gemaakt en afgelopen seizoen stak Miguel Ángel López zijn neus aan het venster met podiumplekken in de Giro en de Vuelta. “Ik weet niet wat Astana van plan is, noch wat er met de nieuwe renners bij het team gaat gebeuren. Ik vind het lastig om daar iets over te zeggen”, aldus Fuglsang. Onder meer de broers Izagirre rijden volgend jaar voor Astana.