Giro 2015: Voorbeschouwing – Het Puntenklassement
De meeste aandacht in de Giro d’Italia zal uitgaan naar de strijd om het roze, maar de komende weken zullen de sprinters zich vooral bezig houden om de jacht op de rode trui voor leider in het puntenklassement. Met zeven ritten, die door de organisatie zijn aangemerkt als vlak, mag het voor de snelle mannen geen probleem zijn om in die rangschikking de klimmers voor te blijven. Wie wordt de opvolger van Nacer Bouhanni, die met zijn ploeg Cofidis niet werd uitgenodigd? WielerFlits bekijkt de kanshebbers voor de maglia rossa.
Historie
Het puntenklassement bestaat sinds 1966 en heeft daarmee een veel minder lange traditie dan het bergklassement, dat ruim dertig jaar eerder werd ingevoerd. Gianni Motta was de eerste winnaar, maar werd daarvoor nog niet beloond met een trui. Deze werd pas een jaar later aan het klassement gekoppeld. In 1967 (Dino Zandegu) en 1968 (Eddy Merckx) kleurde de trui rood, tussen 1969 en 2009 was de leider in de puntenstand aan een paars tricot te herkennen. In 2010 (bij de Giro d’Italia die begon in Amsterdam) keerde de rode trui na ruim veertig jaar weer terug.
Op de recordlijstjes staan de namen van Francesco Moser en Giuseppe Saronni bovenaan. Beide Italianen wisten het nevenklassement vier keer te winnen. Saronni stak bovendien in zowel 1979 als 1983 naast de puntentrui ook de eindzege op zak, een evenaring van de prestatie van Eddy Merckx (1968 en 1973). Gianni Motta, Gianni Bugno, Tony Rominger en Gilberto Simoni wisten ieder één keer ‘de dubbel’ te pakken.
Johan van der Velde is de enige Nederlander die het puntenklassement won. Hij deed dat zelfs drie keer (1985, 1987 en 1988).
Opmerkelijk detail is dat in de afgelopen tien jaar maar liefst drie keer de aanvankelijke winnaar achteraf werd teruggefloten. Denis Menchov (2009) en Michele Scarponi (2011) profiteerden van de diskwalificatie van respectievelijk Danilo Di Luca en Alberto Contador. In 2007 werd, na een positieve dopingtest van Alessandro Petacchi, de erelijst blanco gelaten.
Laatste tien winnaars van de puntentrui:
2005: Paolo Bettini
2006: Paolo Bettini
2007: Geen winnaar na dopingschorsing Alessandro Petacchi
2008: Daniele Bennati
2009: Denis Menchov
2010: Cadel Evans
2011: Michele Scarponi
2012: Joaquim Rodriguez
2013: Mark Cavendish
2014: Nacer Bouhanni
Puntentelling
Omdat in het verleden vaak een klassementsrenner met de eer ging strijken, besloot de organisatie vorig jaar de puntentelling drastisch te wijzigen. Waar voorheen geen verschil werd gemaakt tussen vlakke ritten en bergetappes gebeurt dat sinds 2014 wel. Zo levert het winnen van een massasprint vijftig punten op, terwijl de renner die een bergrit op zijn naam schrijft met vijftien puntjes genoegen moet nemen. Bovendien krijgen in een vlakke rit de eerste twintig renners punten, in een bergetappe zijn er alleen punten voor de top tien. Ook bij de tussensprints zijn er op een vlak parcours meer punten te rapen. Een aparte categorie vormen de heuvelachtige etappes, die worden met maximaal 25 punten beloond.
– Vlakke etappes – eindstreep: 50, 40, 34, 28, 25, 22, 20, 18, 16, 14, 12, 10, 8, 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1
– Vlakke etappes – tussensprint: 20, 16, 12, 9, 7, 6, 4, 3, 2, 1
– Heuvelachtige etappes – eindstreep: 25, 22,20, 18, 16, 14, 12, 10, 8, 6, 5, 4, 3, 2, 1
– Heuvelachtige etappes – tussensprint: 10, 6, 3, 2, 1
– Hooggebergte en individuele tijdrit – eindstreep: 15, 12, 9, 7, 6, 5, 4, 3, 2, 1
– Hooggebergte – tussensprint: 8, 4, 1
Dit jaar zijn in zeven ritten het maximale aantal punten te verdienen:
Etappe 2: Albenga – Genua (177 km)
Info
Etappe 6: Montecatini Terme – Castiglione della Pescaia (183 km)
Info
Etappe 7: Grosseto – Fiuggi (264 km)
Info
Etappe 10: Civitanova Marche – Forli (200 km)
Info
Etappe 13: Montecchio Maggiore – Jesolo (147 km)
Info
Etappe 17: Tirano – Lugano (134 km)
Info
Etappe 21: Turijn – Milaan (185 km)
Info
Nacer Bouhanni kroonde zich vorig jaar, vooral dankzij zijn drie ritzeges, tot winnaar, met een ruime voorsprong op Giacomo Nizzolo en Roberto Ferrari. Dat de nieuwe puntentelling direct zijn vruchten afwierp, bleek bovendien uit het feit dat Cadel Evans op een bescheiden negende plaats de beste klassementsrenner was in het puntenklassement.
Favorieten
Niet alleen Bouhanni ontbreekt zaterdag aan de start in San Lorenzo del Mare, ook Mark Cavendish (in totaal 17 ritzeges in de Giro) en Marcel Kittel (vorig jaar winnaar van twee etappes) zijn er niet bij. Daardoor zullen ongetwijfeld meer renners een kans ruiken op een etappezege en daaraan gekoppeld een goede klassering in het puntenklassement.
Grootste kanshebber op het rood is misschien wel Michael Matthews. De rappe Australiër van Orica-GreenEDGE werd door zijn landgenoot Robbie McEwen al naar voren geschoven als een van de favorieten voor de groene trui in de Tour de France, maar mag het de komende drie weken eerst in de Giro laten zien. Vorig jaar deed hij het hier al uitstekend door bijna een week lang in het roze te rijden en bovendien in de leiderstrui een etappe te winnen. Een rugblessure, na een val, maakte toen na tien etappes een einde aan zijn avontuur.
Met een derde plaats in zowel Milaan- San Remo als de Amstel Gold Race liet Matthews zien dit jaar opnieuw een stap gemaakt te hebben. Bovendien pakte de 24-jarige renner de puntentrui in Parijs-Nice, waarin hij ook een etappe won. Bij de biljartvlakke aankomsten moet hij mogelijk zijn meerdere erkennen in een paar pure sprinters, maar dat valt te compenseren door punten te pakken in de ritten met een heuvelachtige finale. Peter Sagan liet in de Tour de France al meermaals zien dat die tactiek lonend kan zijn. Een doel op zich is het puntentricot overigens niet voor de voormalig Rabobank-renner. “Ik focus me vooral op ritzeges. Als ik daardoor veel punten scoor, kan de trui in een later stadium alsnog een doel gaan worden”, liet hij in aanloop naar de Giro weten.
De op papier belangrijkste uitdager van Matthews is André Greipel. De 32-jarige Duitser weet al jarenlang in elke grote ronde waarin hij start minimaal één etappe te winnen. Door de afwezigheid van Mark Cavendish en Marcel Kittel is het de vraag hoeveel renners de pure snelheid in huis hebben om De Gorilla in een vlakke aankomst te vloeren. Greipel tankte vorige week alvast vertrouwen met een ritzege in de Ronde van Turkije, om de dag daarna in het vliegtuig naar huis te stappen. “In de komende dagen zal ik nog enkele duurtrainingen afwerken, maar het is vooral belangrijk om fris aan de start te verschijnen”, zo waarschuwde de renner van Lotto-Soudal alvast zijn concurrenten.
Greipel reed twee keer eerder de Giro (2008 en 2010) en won beide keren een rit. Alleen bij zijn eerste deelname reed hij de ronde uit. Om de puntentrui te winnen, moet hij natuurlijk Milaan halen en dat zou nog wel eens het grootste struikelblok kunnen zijn. De Duitser heeft namelijk ook zijn zinnen gezet op de Tour de France en zal waarschijnlijk geen trek hebben om zich in de laatste week over de kop te rijden. Datzelfde kan trouwens gelden voor Matthews, die deze zomer zijn debuut zal maken in de Tour.
De renner die een ritzege in de Giro nog het verst in het geheugen heeft is Luka Mezgec. De renner van Giant-Alpecin won vorig jaar de slotetappe naar Triëst door onder anderen Giacomo Nizzolo en Nacer Bouhanni voor te blijven. Door de afwezigheid van Marcel Kittel en John Degenkolb mag de Sloveen nu volledig voor eigen kansen gaan. Met renners als Nikias Arndt en Bert de Backer beschikt hij bovendien over knechten die weten hoe je een sprint aan moet trekken. Mezgec, die zich vorige week voorbereidde in de Ronde van Romandië, heeft zijn seizoen volledig op de Giro toegespitst.
Ook de Italianen hebben een contingent renners in huis die voor eigen publiek hun snelle benen willen tonen. Een van hen is Giacomo Nizzolo. De 26-jarige renner van Trek Factory Racing wist bij zijn eerdere drie deelnames nog geen etappe te winnen, maar werd vorig jaar wel keurig tweede in het puntenklassement. Hoe goed zijn vorm momenteel is, valt moeilijk te voorspellen. Na een goede seizoensstart met winst in de GP Nobili, kwam Nizzolo een week later in Dwars door Vlaanderen zwaar ten val, waarna opmerkelijke resultaten uitbleven. Wat in zijn voordeel spreekt, is dat Trek zonder echte kopman naar de Giro komt. Daardoor kan hij op voldoende steun rekenen, onder anderen van Boy van Poppel.
Zijn landgenoot Elia Viviani heeft die luxe niet. Bij Sky draait alles om de eindzege van Richie Porte en een ritzege voor de 26-jarige Italiaan zal waarschijnlijk vooral als extraatje worden gezien. Viviani kan alleen rekenen op Salvatore Puccio en de ervaren Bernhard Eisel. Verder is hij, voor een goede uitgangspositie in de sprints, vooral op zichzelf aangewezen. Zijn grootste successen boekte Viviani tot nu toe op de baan, maar in de Ronde van Dubai liet hij eerder dit jaar in een rechtstreeks duel met Mark Cavendish zien ook op de weg op een goede dag van iedereen te kunnen winnen.
Bij Lampre-Merida hebben ze met Sacha Modolo en Roberto Ferrari twee goede Italiaanse sprinters in de gelederen. Modolo grossiert al jaren in ereplaatsen, maar een zege in een grote ronde ontbreekt nog op zijn erelijst. Met een ritzege in de Ronde van Turkije liet hij alvast zien dat het met de vorm wel goed zit. Ferrari smaakte in 2011 wel het zoet van een ritzege in de Giro, maar met zijn 32 jaar lijkt de sleet er wel een beetje op te zitten. Hetzelfde geldt voor de Argentijnse Lampre-sprinter Ariel Maximiliano Richeze.
De Italiaanse sprinter met de grootste reputatie (die daarom minimaal een eervolle vermelding verdient) is ongetwijfeld Alessandro Petacchi. Het 41-jarige fenomeen zal in zijn laatste Giro hopen op nog één uitschieter, maar tegen het sprintgeweld van de nieuwe generatie is de renner van Southeast waarschijnlijk niet meer opgewassen. Hetzelfde geldt eigenlijk voor Tom Boonen, die in een ver verleden ooit het groen won in de Tour, maar zich de laatste jaren amper meer toont in massasprints. De Belg maakt zijn debuut in de Giro, maar zal daarin vooral voor kopman Rigoberto Uran moeten werken.
Een renner die wel een gooi kan doen naar de puntentrui is Juan José Lobato. De voor Movistar rijdende Spanjaard is net als Matthews op zijn best als het in een sprint licht bergop gaat. Dit seizoen boekte hij al een ritzege in de Tour Down Under en twee in de Ruta del Sol en ook in deze Giro lijkt een aantal etappes met een heuvelachtige finale op zijn lijf te zijn geschreven.
De Nederlandse hoop voor het puntenklassement is volledig gericht op Moreno Hofland, die op het juiste moment in vorm lijkt. Afgelopen weekend won de 23-jarige renner in een sprint de tweede etappe in de Tour de Yorkshire en poetste daarmee en passant de hatelijke nul voor zijn ploeg LottoNL-Jumbo weg. “Ik ga mijn uiterste best doen om de positieve lijn door te trekken”, keek hij direct vooruit naar de Giro. “Op papier moet ik niet veel renners vrezen in de sprints.” Hofland maakte vorig jaar in de Vuelta zijn debuut in een grote ronde en sprintte toen zelfs een keer naar een knappe derde plaats, om snel daarna ziek de koers te verlaten. Hofland zat ook dit seizoen al regelmatig aan de antibiotica en zag daarom zijn voorjaar grotendeels in duigen vallen.
Bij Androni Giocattoli was de hoop aanvankelijk gevestigd op Francesco Chicchi , maar de renner werd verrassenderwijs op eigen verzoek buiten de selectie gelaten wegens een gebrek aan vorm. Daardoor moet zijn ploeggenoot Davide Appollonio nu de kastanjes uit het vuur halen. Bij IAM Cycling is Matteo Pelucchi, die zaterdag in Yorkshire als tweede eindigde achter Hofland, de aangewezen man. Heinrich Haussler mag zijn kans gaan in de wat zwaardere sprints.
Zoals gebruikelijk heeft bijna elke ploeg wel een snelle man geselecteerd, die lijf en leden wil riskeren voor een ereplaats of een verrassende uitschieter. Zo rekent de Italiaanse ProContinental-ploeg Bardiani-CSF op Nicola Ruffoni. Bij Nippo-Vini Fantini zijn Daniele Colli en Eduard Grosu de sprinters van dienst, Southeast heeft naast Petacchi nog Francesco Gavazzi en Manuel Belletti aan boord.
Grega Bole, de snelle man van CCC Sprandi Polkowice, kende in aanloop naar de Giro een leuke opsteker door een chaotische massasprint in de Ronde van Kroatië te winnen. Bij Katusha zal Alexander Porsev uitgespeeld worden in de sprints, een rol die Kevin Reza kan vervullen bij FDJ.
Tot slot zijn er renners als Philippe Gilbert (BMC), Simon Gerrans (Orica-GreenEDGE), Gianni Meersman (Etixx-Quick-Step) en Fabio Felline (Trek Factory Racing) die in de heuvelachtige etappes aardig wat punten bijeen kunnen sprokkelen. In de massasprints lopen zij echter teveel punten mis om echt mee te kunnen spelen om het rood.
Favorieten volgens WielerFlits:
**** Michael Matthews
*** André Greipel, Luka Mezgec
** Elia Viviani, Sacha Modolo, Juan José Lobato
* Moreno Hofland, Giacomo Nizzolo, Matteo Pelucchi, Davide Appollonio
[poll id=”33″]
Ook Greipel zie ik niet uitrijden hoewel hij waarschijnlijk wat langer in koers blijft.
Viviani mist steun vanuit zijn ploeg, hetzelfde geldt voor Lobato maar die kan nog een heuveltje over.
In plaats van Appollonio zou ik eerder een Colli noemen, van Appollonio nog weinig gezien dit jaar. Colli deed het wel aardig in Turkije.
Ik zou zelf gaan voor de volgende verdeling:
**** Mezgec
*** Lobato, Nizzolo
** Viviani, Matthews, Greipel, Modolo
* Hofland, Pelucchi, Colli, Bole
Greipel en Matthews gaan niet uitrijden, Hofland heeft ook nog wel een klein kansje samen met Modolo.
Nizzolo was in Romandië in de sprints onzichtbaar, maar was wel 1 van de sterkste Trek renners in de ploegentijdrit in Romandië.
Dus zijn vorm is redelijk imo.
Dan is voor mij Lobato of Mezgec de gegadigde om te winnen. Alleen al die rit 7 zullen mannen als Greipe waarschijnlijk gelost worden (hoewel ie in Turkije redelijk klom?). Nizzolo is voor mij een vraagteken, Mezgec was veel meer op de afspraak in Romandië dan hij. Vorig jaar reed die een top giro, maar toen had ie al meer gepresteerd in het voorjaar.
*****
Matthews (indien uitrijden)
****
Mezgec
***
Lobato
**
Greipel - Nizzolo
*
Viviani - Modolo - Hofland (die acht ik eigenlijk allemaal al helemaal kansloos)
Die heeft in een grote ronde nog nooit goed meegedaan, en voor zover ik weet komt Ettix alleen voor Uran.
Edit : Even opgezocht en heeft in de Vuelta al wel redelijke uitslagen gereden, maar niet genoeg voor het puntenklassement.
Maar ik blijf me afvragen of ie wel veel gaat sprinten, omdat alles op Uran gezet wordt.
Viviani en Lobato vallen me wel positief op dit jaar, dus die dicht ik ook veel kansen toe. Mede omdat ik ook verwacht dat Greipel en Matthews niet uitrijden.
Ook de naam van Battaglin zou ik nog even willen noemen. Ik zie hem niet de rode trui winnen, maar denk wel dat hij hoog in het klassement eindigt. Is rap, kan zeker de heuvels aan en gaat daarnaast ook nog mee in de nodige ontsnappingen waarin hij punten scoort.
**** Matthews
*** Greipel & Lobato
** Viviani, Mezgec & Nizzolo
*Pelucchi, Hofland, Modolo & Porsev
Met mogelijk niet uitrijden meegenomen
**** Lobato
*** Mezgec & Nizzolo
** Greipel, Viviani & Modolo
* Hofland, Pelluchi, Porsev & Felline
Van Greipel denk ik dat hij ook gaat afstappen. Bij Matthews ben ik daarvan overtuigt.
**** Matthews
*** Nizzolo & Viviani
** Mezgec, Lobato & Modolo
* Battaglin, Pelucchi, Felline & Bole
Wat vindt men hiervan?
Ik verwacht dat Bling niet uitrijdt en zie eigenlijk maar 3 potentiële winnaars:
**** Greipel
*** Nizzolo
** Modolo
Wat iedereen in Lobato ziet, ik weet het niet. Mezgec zie ik het niet doen, Viviani ook niet. dan zijn er natuurlijk wat verrassingen, maar je zult toch een rit of 3 echt moeten winnen om die rode Trui boven je schoorsteenmantel te mogen hangen, die drie zijn de enige die dat kunnen denk ik.
Greipel zal toch ook wel weten dat ie te kort komt in de tour om het groen te winnen (Matthews, Sagan) en met Kittel, Demare, Bouhanni en Cav, max. 1 ritje kan pakken.
Terwijl het rood in Milaan op hem ligt te wachten.
Hij zal die zelfkennis toch wel hebben?