Gleb Syritsa blijft De Kleijn en Weemaes voor in Langkawi, eindzege voor Simon Carr
De Rus Gleb Syritsa is winnaar van de slotetappe in de Ronde van Langkawi. De man van Astana Qazaqstan sprintte sneller dan de Tsjech Daniel Babor, maar ook Arvid de Kleijn en Sacha Weemaes kwamen erg dichtbij. De Brit Simon Carr kwam niet meer in de problemen en kroont zich tot eindwinnaar van de achtdaagse.
De Ronde van Langkawi heeft al spannendere slotakkoorden gekregen dan dit jaar. Vaak wacht er een spectaculair slotcriterium met talloze bochten en lastige klimmetjes. Maar Petronas – sinds 2020 de hoofdgeldschieter van deze ronde – wil natuurlijk waar voor haar geld, en dus reden we naar hoofdstad Kuala Lumpur, waar de aankomst na 156 vlakke kilometers werd getrokken pal voor de poorten van de Petronas Twin Towers: een 452 meter hoge wolkenkrabber en twintig jaar geleden nog het hoogste gebouw ter wereld.
De strijd voor de eindzege lag al sinds de aankomst bergop in etappe vijf naar Genting Highlands in een beslissende plooi – waarbij Simon Carr een geruststellende kloof sloeg. En dus was het in deze slotrit vooral uitkijken naar de sprinters, die nog een laatste kans op ritsucces kregen.
Desondanks werd het een zeer ongecontroleerde slotetappe, waarbij het in de beginfase wel onmogelijk leek om een kloofje te slaan. Onder andere de Mongoliër Jambaljamts Sainbayar (Terengganu Polygon) en Mikel Bizkarra (Euskaltel-Euskadi) roerden zich, maar het zou uiteindelijk meer dan een uur duren voor we een wel zeer opvallende kopgroep kregen.
Zijlaad probeert peloton te verrassen
Liefst dertien renners zonderden zich namelijk af. Daarbij opvallend genoeg sprinter Gleb Syritsa, maar ook Nederlander Mikel Zijlaard en bergtruidrager Simon Pellaud (Tudor). Zijlaard vond die dertien renners bij elkaar toch wat te veel, en deed de kopgroep met zo’n zestig kilometer te gaan uiteenspatten. Davide Gabburo (Green Project-Bardiani CSF-Faizanè) en Luke Mudgway (Bolton Equities Black Spoke) toonden zich ditmaal attent, net als ploegmaat Pellaud.
Met z’n vieren bouwden ze het initiële verschil van één minuut al snel uit tot twee minuten, waardoor het scenario waarbij ze de sprintersploegen zouden verrassen steeds realistischer werd. Bij het ingaan van de laatste tien kilometer gooiden de twee Tudor-jongens hun twee vluchtmakkers los, in een ultieme poging om voorop te blijven. Maar met vier kilometer te gaan werd duidelijk dat we toch zouden gaan sprinten.
En daarin werd het een nek-aan-nekrace, waarbij het op de finish niet duidelijk was of Gleb Syritsa – eerder in de rit dus in de aanval – dan wel Daniel Babor (Caja Rural-Seguros RGA) of Arvid de Kleijn (Tudor) had gewonnen. De Rus kreeg uiteindelijk nipt het voordeel.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.