Graeme Brown heeft de knoop doorgehakt en stopt met wielrennen. De Australiër liet na afloop van de Tour of Hainan weten dat zijn zestienjarige profcarrière ten einde is gekomen.

In een interview met CyclingTips blikt Brown terug op zijn wielercarrière. Zonder twijfel noemt hij zijn olympische baantitels op de Spelen in Athene 2004 (ploegenachtervolging en madison) en de wereldtitel op de ploegenachtervolging op het WK baan in Kopenhagen 2003 als zijn hoogtepunten.

Brown vergaarde in Nederland vooral bekendheid als vaste waarde in de Rabobank-ploeg. De 37-jarige renner reed tussen 2006 en 2014 maar liefst negen seizoenen in Nederlandse dienst, met name als luitenant in de sprints voor Oscar Freire en later Theo Bos. Sinds vorig jaar droeg hij het shirt van Drapac.

Op zijn palmares prijken achttien profoverwinningen, waaronder WorldTour-ritzeges in de Ronde van Polen en de Tour Down Under.

Het grootste gemis in zijn wielerloopbaan is de Tour de France. “Ik had de Tour de France graag een keer gereden”, bekent hij. “Omdat het de grootste wedstrijd van de wereld is. En wanneer mensen vragen wat ik doe, en ik zeg hun dat ik wielrenner ben, het eerste wat ze vragen is of ik de Tour heb gereden. Ik moet dan ‘nee’ zeggen. Ik heb alle andere grote wedstrijden meegedaan, maar niet die ene race.” Brown startte acht keer in de Giro d’Italia en eenmaal in de Vuelta a Espana.