Grischa Niermann: “Jumbo-Visma zal in de Tour minder dominant zijn”
Interview Op de Alpenberg die Michael Boogerd in 2002 oranje kleurde, zette Jumbo-Visma een streep door de ambities in het klassement van het Critérium du Dauphiné. Sepp Kuss toonde zich op La Plagne een van de betere mannen bergop, maar liep tegen een ongekend sterke Mark Padun aan. Terwijl Steven Kruijswijk ietwat te vroeg moest lossen in de elitegroep, maar uiteindelijk niet echt veel tijd verspeelde. Met een respectievelijke dertiende en vijftiende plek in de rangschikking kan de Nederlandse WorldTour-formatie in de slotrit alleen nog voor de ritzege koersen.
Het contrast met de twee laatste voorbereidingswedstrijden op de Tour van vorig jaar is behoorlijk groot. In de Tour de l’Ain won Primoz Roglic destijds twee ritten en het eindklassement. In de Dauphiné wisten vervolgens Wout van Aert, Sepp Kuss en Primoz Roglic ritten te winnen, maar was de balans op het einde toch enigszins negatief omdat in die ronde Steven Kruijswijk wegviel met een breukje in zijn schouder en Primoz Roglic ook een zware blessure aan zijn rug en heup opliep.
De dominantie van Jumbo-Visma van 2020 hebben we dit seizoen tot dusver nog nergens gezien. Natuurlijk werden er schitterende koersen gewonnen en reed de ploeg in de breedte vooral in de Ronde van het Baskenland heel sterk. Ook in deze Dauphiné kleurt de kop van het eerste peloton zelden geel-zwart.
In de eerste zware bergrit van deze mini-Tour de France ging Sepp Kuss op kilometer van de finish in de aanval met Richie Porte, Mark Padun en Enric Mas. Steven Kruijswijk vroeg zich achteraf af of het niet beter was geweest als de Amerikaanse klimmer van Jumbo-Visma ietwat langer had gewacht. Ploegleider Grischa Niermann vond het echter wel het juiste moment: “Sepp staat na de tijdrit zo ver achter in het klassement dat hij vooral voor de ritzege moest koersen. Het bleek het juiste moment om voor het dagsucces te gaan, dat heeft Padun bewezen. Maar Padun was vandaag een klasse apart en een heel stuk sterker.”
Strak tempo
Niermann had gehoopt dat Kruijswijk op de 2072 meter hoge Alpencol wat hoger in de uitslag kon eindigen dan zijn achttiende plek. “We weten dat ‘Stevie’ het liefst in een strak tempo bergop rijdt. Door de tempoversnellingen van o.a. Alejandro Valverde moest hij er inderdaad al redelijk vroeg af. Daarna heeft hij zich nog knap kunnen terug knokken, maar vervolgens moest hij weer wat terrein prijsgeven. Hier moeten we het voor dit moment mee doen.”
Dat de ploeg in de aanloop naar de Tour de France geenszins eenzelfde indruk maakt als vorig jaar komt volgens Niermann grotendeels doordat de twee kopmannen Primoz Roglic en Wout van Aert nu op de deelnemerslijsten ontbreken. “Kruijswijk komt eraan. Kuss was vorig jaar misschien iets sterker, maar hoorde vandaag ook bij de beste klimmers. En Gesink zit op zijn niveau. Nee, ik ben er zeker niet bang voor dat we in de Tour niet ons mannetje kunnen staan.”
Toch is het verschil hoe er vorig jaar in de Tour de l’Ain en de Dauphiné werd gekoerst in vergelijking met het huidige niveau nogal groot.
Niermann: “Dat klopt. Toen kwamen we als ploeg nog een stuk sterker voor de dag. Wanneer je Primoz Roglic in de ploeg hebt die de ene na de andere rit weet te winnen, dan krijg je een heel ander beeld van de totale ploeg. Ik denk dat we daardoor nu ook een beetje een vertekend beeld hebben.”
Van Primoz Roglic weten we dat hij bewust geen wedstrijden meer tot de Tour rijdt. Wout van Aert lijkt me een groter vraagteken na zijn operatie aan de blindedarm. Op welke niveau hij in de Tour gaat starten blijft vooralsnog een vraagteken.
“De voorbereiding van Wout naar de Tour is zeker niet ideaal. Ik ben er desondanks van overtuigd dat hij op niveau gaat zijn in de Tour.”
Leeft het binnen de ploeg dat het iets minder is in de aanloop naar de Tour dan vorig jaar?
“Nee, dat denk ik niet. We zitten nu in de Dauphiné ook iets verder van de Tour verwijderd dan vorig jaar. We hebben nu nog een extra week. Wij weten hoe onze voorbereiding loopt en daar geloven we nog altijd volledig in. We hebben echter geen invloed hoe goed we straks in de Tour zullen zijn tegenover de concurrentie. Als we in Brest aan de start van de Tour staan gaan wij ervan uit dat iedereen in optimale conditie is. Daar werken we nu naar toe. De Dauphiné is een slechts een onderdeel in die voorbereiding. Het kan zijn dat we vorig jaar door de coronacrisis beter door de eerste lockdown zijn gekomen dan andere ploegen. Misschien waren we daardoor destijds sterker. Als de verhoudingen dit jaar anders zijn, dan is dat zo.”
Als we kijken hoe sterk INEOS–Grenadiers en Movistar nu rijden en er vanuit gaan dat UAE Emirates een veel betere ploeg dan in 2020 kan opstellen, dan lijkt het me sowieso moeilijk voor Jumbo-Visma om eenzelfde overwicht als in de vorig Tour de France te creëren.
“We zullen dit jaar in de Tour waarschijnlijk een stuk minder dominant zijn dan vorig jaar. De verhoudingen tegenover andere ploegen, zoals zeker INEOS, zullen anders zijn. Dat ligt er vooral aan dat die ploegen het afgelopen jaar een stuk minder waren. En niet zo zeer dat wij nu een stuk minder zijn dan in 2020. Anderzijds moet wij ons afvragen of we nog wel zo dominant zouden moeten koersen. Misschien moeten we een heel andere tactiek hanteren…”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.