Groenewegen gaat voor geel: “Zou een hele eer zijn om die trui te dragen”
Nog drie dagen wachten en dan start eindelijk de Tour de France. In Fontenay-le-Compte begint de Ronde van Frankrijk met een rit voor de pure sprinters, net als in 2014 en 2016. Toen waren het respectievelijk Marcel Kittel en Mark Cavendish die door een zege de allereerste gele trui om hun schouders gehangen kregen. In dat rijtje kan Dylan Groenewegen zich komende zaterdag scharen. “Dat is ook het doel”, vertelt een zelfverzekerde kopman van LottoNL-Jumbo aan WielerFlits.
Als 18-jarige broekie maakt Groenewegen indruk in het shirt van De Rijke, de ploeg die we nu kennen als Delta Cycling Rotterdam. Hij werkt er als belofte drie seizoenen af. Na de door de Amsterdammer gewonnen Ronde van Vlaanderen U23 in 2014 melden de WorldTour-ploegen zich. Lang duurt het niet voordat Groenewegen eruit is. Hij gaat akkoord met een voorstel van het Italiaanse Cannondale en weet dan al dat hij een jaar later ploeggenoot kan zijn van Peter Sagan, op dat moment de kroonprins binnen het peloton.
Het loopt anders. Cannondale fuseert met Garmin-Sharp en weg was de overeenkomst met Groenewegen. De jongeling kiest daarop voor een profdebuut bij het nieuwe Roompot-Oranje Peloton. In het najaar wint hij meteen profkoersen, waarna LottoNL-Jumbo in de daaropvolgende winter toeslaat. Dylan Groenewegen maakt na een goed overleg met de oranjebrigade de overstap naar de WorldTour. De Nederlandse ploeg maakt hem sprinter nummer één en zet een traject in gang dat Groenewegen naar de wereldtop moet brengen.
Project sprinttrein

foto: Sirotti
“In de Tour de France van 2018 moet onze sprinttrein kunnen wedijveren met de wereldtop”, was de strekking van het team na het aantrekken van Groenewegen. Het blijkt een schot in de roos voor LottoNL-Jumbo. Geduldig boekt de trein rondom de jongeling progressie en al snel vallen de eerste puzzelstukjes op hun plaats. Sterker nog: nota bene op de Champs-Elysées schiet Groenewegen een klein jaar geleden al raak in Frankrijk. Op de valreep, maar toch: de sprinttrein werpt al een seizoen eerder dan gepland haar vruchten af.
Twaalf maanden later concludeert Groenewegen dat zijn trein inderdaad tot de besten van de wereld behoort. “We staan er heel goed voor. Ik denk dat het dit jaar allemaal op z’n plek valt. De jongens om me heen zijn goed, ikzelf ben gewoon op topniveau. Dan win je veel.” Toch blijft de Amsterdammer kritisch: “We moeten soms nog beter samenblijven. We werken alleen met nieuwe jongens. Het was mooi dat het er in Dubai meteen uitkwam. Je wint gelijk, waardoor je vertrouwen tankt. Nu zijn we helemaal op elkaar ingespeeld.”
Ik denk dat dit jaar alles op z’n plek valt. Dan win je veel.
De sprinter pakt de voorbereiding op de Tour anders aan dan vorig jaar. Hij gaat samen met zijn trein op hoogtestage. “We hebben een nog hechtere band gekregen. Sinds april ben ik bijna niet meer thuis geweest. Ik heb de jongens in de sprinttrein vaker gezien dan mijn eigen vriendin. Dan bouw je nu eenmaal een bepaalde band op en ontstaat er een echte vriendschap. Dat brengt je misschien nog wel dichter bij elkaar. Daardoor durf je nog meer zaken tegen elkaar te zeggen, om onszelf nog meer te verbeteren. En dat merk je in alles.”
“We hebben drie jonge gasten in de trein”, legt Groenewegen de rolverdeling uit. “Amund Grøndahl Jansen, Timo Roosen en ik. Paul Martens is de ervaren man. Hij neemt van nature veel het woord. Maar ook Timo laat zich horen en Amund durft zich eveneens uit te spreken. We corrigeren elkaar op vlakken waar het beter kan. Of dat niet te weinig ondersteuning is? Dat gaan we achteraf zien. Ik rijd zelf al heel het jaar met dezelfde jongens om me heen. Dat is in de Tour niet anders, dus ik zou niet weten waarom het daar niet goed zou gaan.”
Operation Maillot Jaune

foto: Marcel Koch
Ondanks het hoofddoel van het jaar, oogt Groenewegen precies een week voor het moment suprème uiterst ontspannen. “Daar zitten we dan, gezellig”, opent hij bijvoorbeeld het gesprek. In de Tour ligt hij op de kamer met Timo Roosen. De vorige twee edities was Robert Wagner zijn kamergenoot. “Timo moet alleen leren dat hij zijn laptopje ’s avonds netjes dichtdoet en weglegt. Hij valt vaak in slaap met de laptop aan. Waggie zet hem altijd weg, Timo moet dat nog een beetje leren. Wordt-ie wakker met dat ding op zijn schoot, of ligt hij ergens op de grond. Maar dat komt wel goed. Dat is het enige”, lacht de sprinter.
Groenewegen wil in Frankrijk verder bouwen op zijn vorige twee deelnames. “Die ervaring is belangrijk en dat had ik nooit gedacht. Ik dacht altijd dat ervaring bullshit was. Maar nu ben ik erachter gekomen dat het wel degelijk een verschil maakt. Cavendish weet bijvoorbeeld precies hoe hij zijn sprint moet aanpakken, welke richting hij moet kiezen. Ik blijf nu ook rustiger. Neem nu die rit in Slovenië. Daar zat ik natuurlijk veel te ver, maar daar kun je dan niets meer aan doen. Je erom druk maken heeft geen zin. Maar vooral de manier waarop ik daar won, is tekenend. Ik had echt overschot. Dat geeft heel veel vertrouwen.”
De concurrentie in de Tour is echter moordend. Behoudens zegekoning Elia Viviani en Caleb Ewan zijn vrijwel alle spurtbommen aanwezig. “Ik heb het er veel over met Merijn Zeeman. Hij blijft erop hameren dat ik mannen als Cavendish, Kittel en ook André Greipel niet mag uitvlakken. Fernando Gaviria staat er natuurlijk heel goed voor. Mijn vorm is van wereldniveau. En zo zijn er vast nog een aantal die ik nu vergeet, maar die zullen er ook staan. Ik heb tot op heden alleen nog maar naar de eerste week gekeken. Daar liggen zeker drie, misschien wel vier kansen. Maar eerst richten we ons op de eerste etappe.”
Ik ga vooraf niet zeggen met hoeveel ritzeges ik tevreden ben. Ik wil altijd winnen.
“Daar zijn we met z’n allen snoeihard voor aan het trainen geweest”, gaat hij verder. “We willen er meteen in de eerste rit staan. Die ga ik proberen te winnen en dan zien we wel verder. Ik ga er vooraf ook geen nummer op plakken, met hoeveel ritzeges mijn Tour geslaagd is. Ik wil altijd winnen. Ik doe altijd mijn best en probeer het uiterste uit iedere situatie te halen. Dat is in wedstrijden zo, maar ook tijdens trainingen. En in de Tour is dat niet anders. Het doel is geel pakken. En om die trui te dragen, zou ik een hele eer vinden.”
Nederland mag na 29 jaar (!) weer eens hopen op een landgenoot in de leiderstrui van de belangrijkste wielerkoers ter wereld. Erik Breukink was na de proloog in 1989 de laatste. Hoewel de coureur van LottoNL-Jumbo op dit moment tot de snelste mannen ter wereld behoort, staan alleen de allergrootsten op tijdens hun moment de gloire. De trein staat goed op de rails. De weg naar het groen ligt open. Het geel lonkt. Dylan Groenewegen staat op het punt om zijn naam definitief te vestigen bij de absolute wereldtop. Nu de bevestiging nog.
Of Sagan moet weer genaaid worden.
In het laatste deel vd 1e 9 etappes zit een bonisprint met 3,2 en 1 seconden boni als ik het goed begrijp.
Zijn er ook bonis aan de meet? (10,6,4 of 6,4,2?).
Zo ja, dan maakt die bonisprint niet heel veel uit. Zo nee, dan is de winnaar vd bonisprint normaal gesproken gele trui drager en niet de 1e etappe winnaar.
De gele trui op dag 1 zou natuurlijk slagroom op de taart zijn.
Groenewegen zelf wel, lijkt, al werd ie op het NK weggeblazen door een veldrijder nog voor de finish. ;-)
Timo Roosen van de trein vind ik overigens wel geweldig! Zou iemand van TLJ, bijv Roosen, een vrije rol krijgen in de kasseienrit?
Zullen we voorlopig gewoon heeeeel blij zijn met 1 ritzege?
Zoals eerder aangegeven: minimaal 3 ritten!
Dit heeft niet zozeer te maken met die renners maar meer met de grote vd trein.
4 man is gwn te weinig, je hebt gwn 6 man nodig, denk aan hardrijders als Boom en Leezer.
Probleem is alleen dat ze met Primoz en Steven ook klassement willen rijden, vandaar dat daar ook 2 knechten voor mee moeten (Robert en Antwan).
Zou voor Dylan zelf beter zijn als ze volgend jaar 6 man in totaal meenemen voor de sprints (inclusief Dylan) en dan Robert en Primoz een vrije rol geven in de Tour (voor etappes en bolletjestrui)
Kan Primoz in de Vuelta voor klassement gaan, Vuelta zal hem beter liggen door de steile korte klimmetjes en de steilere langere beklimmingen
Zegt namelijk genoeg dat hij in de Tirreno en Baskenland altijd goed is.
Laten we hopen dattie hem win, is gelijk de druk van de ketel.