Het volgende Lotto-talent in de rij: De Schuyteneer reed ooit 17 keer na elkaar Muur van Geraardsbergen op
Interview Jaar na jaar levert de opleidingsformatie van de Lotto-ploeg enkele renners af aan de hoofdmacht, en van de generatie renners die dit jaar de stap zetten, zou Steffen De Schuyteneer weleens de renner kunnen zijn met het grootste potentieel. Amper 19 is de sprinter en klassiekerspecialist uit Geraardsbergen, die zelfs al een profzege achter zijn naam heeft.
Dat deed De Schuyteneer aan het einde van vorig seizoen in de Tour of Taihu Lake, een UCI-koers van het 2.Pro-niveau. Enkele maanden voordien had hij ook in de Giro voor beloften mogen juichen. “Sinds die Giro ben ik er helemaal doorgekomen”, blikt De Schuyteneer terug. “In het begin van het jaar finishte ik altijd tweede of derde, maar die ritzege in Italië was het hoogtepunt van mijn laatste beloftejaar.”
De Oost-Vlaming ziet zichzelf vooral als snelle man. “Ten minste, bij de jeugd was ik dat toch altijd. Vooral massasprints waar het heel chaotisch is en je het juiste gat moet kiezen om in te duiken, vind ik leuk. Geef mij maar sprints op hoge snelheid, tegen een 60 à 70 kilometer per uur. Al ben ik me ook in het klassieke werk aan het ontwikkelen. Ik kom zelf ook uit Geraardsbergen, dé streek van de voorjaarskoersen. Een traject zoals Jasper Philipsen aan het uittekenen is, zou een droomscenario zijn. Maar nog heel veraf.”
De Schuyteneer had die kwaliteiten ook nog een jaartje kunnen laten rijpen in de Devo-ploeg, zoals zijn leeftijdsgenoot en toptalent Jarno Widar. “Maar toen Kurt (Van de Wouwer, de sportief manager, red.) mij vroeg of ik het zag zitten om al prof te worden, was mijn reactie: waarom ook niet, hé? Zeker als ik de combinatie nog kan blijven maken met enkele beloftekoersen. Jarno had de kans om hetzelfde te doen, maar hij wilde liever nog een jaar belofte blijven. Dat is een keuze die iedereen voor zichzelf moet maken. Het is nu wel mijn job, dus heb ik het gevoel dat het nog ietsje serieuzer is geworden.”
Al heeft het talent ook geen flauw idee wat hij al waard is op het hoogste niveau. “Dat is moeilijk te zeggen. Er gebeurt zo veel in een sprint. Een Paul Magnier won al koersen bij de profs, maar in de Giro voor beloften werd hij toch ook een paar keer geklopt. We zullen het moeten zien. Wat de klassiekers betreft, wil ik meedoen in enkele 1.1-koersen. De wedstrijden van het genre Nokere Koerse zijn interessant. WorldTour-koersen zijn nog te hoog gegrepen, ik denk dat de enige grote koers voor nu Dwars door Vlaanderen is. Het wordt vooral leren en hier en daar kijken hoe ver ik kom in een vrije rol. Het wordt interessant om te zien waar ik sta.”
Geraardsbergen
Naast Nokere en Dwars door Vlaanderen rijdt De Schuyteneer ook de Ronde van Valencia, Clasica de Almeria, Kuurne-Brussel-Kuurne en Le Samyn, maar géén Omloop Het Nieuwsblad met de Muur van Geraardsbergen. “Die ben ik al genoeg opgereden in mijn leven”, lacht de local. “Ik woon op twee kilometer van de Muur, beneden aan de Denderoordberg. Ik heb de Muur voor het eerst opgereden op mijn negende, schat ik. Toen ik tien jaar was, had ik zelfs het idee om 17 keer na elkaar omhoog te rijden. Dat heb ik toen gedaan, maar dan ben ik toch naar huis gefietst”, lacht hij.
Wel wakkerde het zijn interesse in het wielrennen aan. “De wielersport is mij met de paplepel ingegeven. Als klein manneke ging ik vaak naar de koers. Ik herinner me nog goed de momenten dat we met mijn familie op de Muur stonden en Fabian Cancellara en Tom Boonen zagen passeren. We keken ook vaak naar het wielrennen op televisie, en ik heb dat altijd interessant gevonden.”
Ook nu helpt zijn afkomst De Schuyteneer nog soms. “De streek rond Geraardsbergen is heel interessant om te trainen. Je kunt er alle kanten uit en het is daar voldoende lastig. Ik ben pas met Victor Campenaerts gaan trainen. Het is jammer dat hij de ploeg heeft verlaten, want hij is iemand waar je heel veel van kunt leren. Hopelijk geeft hij nog altijd tips bij Visma | Lease a Bike, maar ik weet niet of dat gaat mogen”, lacht hij.
“Jarno Widar kreeg mij er niet af”
De Schuyteneer was het afgelopen jaar voor het eerst ploegmaat van Jarno Widar, en die kent hij intussen al een tijdje. “Mijn eerste kennismaking met Jarno was in een koers bij de nieuwelingen. In de miniversie van Luik-Bastenaken-Luik zag ik ineens een klein mannetje opdoemen. Ik kende hem niet, maar hij reed wel superhard omhoog. Ik beet me vast in het wiel en we kwamen met twee vooruit.”
“Het was een best lastige koers met La Roche aux Faucons in de finale, en hij deed er alles aan om mij eraf te krijgen. Maar dat lukte niet (lacht). Ik hing in het wiel en won de sprint. Bij de nieuwelingen won ik 18 koersen van de 27, maar met die zege lachen we binnen de ploeg wel eens. Ik laat hem graag weten dat hij mij er toen niet afkreeg, en het is zot dat we nu samen in de ploeg zitten. Een jaar later won hij Nokere Koerse bij de junioren, en sindsdien is de bal voor hem aan het rollen gegaan.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.