Het WK veldrijden was niet altijd slechts een feestje van de Lage Landen
Het WK veldrijden voor mannelijke profs is de laatste jaren – uitzonderingen nagelaten – vooral een Belgisch-Nederlandse bedoeling, maar het verleden leert ons dat dit niet altijd het geval is. De mondiale titelstrijd heeft wel degelijk een rijke en internationale historie, en WielerFlits neemt je daarin mee.
Het WK veldrijden zag het levenslicht in 1950, vijf jaar na de Tweede Wereldoorlog. Parijs was het decor voor de eerste titelstrijd om de regenboogtruien in de cyclocross. Het eerste podium was volledig Frans, maar kreeg meteen wel een ‘grote’ winnaar – alhoewel zijn gestalte dat niet was: Jean Robic. De kleine Fransman was een pionier op de fiets. Zo gebruikte hij drinkbussen met lood om sneller te kunnen dalen als klein menneke. Ook kwam hij steevast naar de koers met een zelfgemaakte valhelm, omdat Robic bang was om hoofdletsel op te lopen. Maar boven alles won hij in 1947 bij zijn eerste deelname de Tour de France. En zo kreeg de UCI een grote winnaar.
De eerste negen edities bleven grotendeels een Frans feestje. Roger Rondeaux was na Robic drie keer ’s werelds beste, maar André Dufraisse deed er daarna een schepje bovenop. De Fransman won liefst vijf keer op rij en staat daarmee nog altijd op een gedeelde tweede plaats wat betreft het aantal zeges. In 1959 gaf hij het stokje door aan de Italiaan Renato Longo, die ook vijf keer zou winnen. Dat destijds in felle strijd met de Duitser Rolf Wolfshohl (drie zeges) en de gebroeders Eric en Roger De Vlaeminck. Eerstgenoemde werd in 1966 de eerste Belgische WK-winnaar in het veldrijden. Sterker: Eric won zeven keer op acht edities, nog altijd het absolute record.
Ook Roger mocht één keer de euforie van de wereldtitel proeven. Dat was in 1975 in het Zwitserse Melchnau. Toeval of niet, de jaren nadien namen crossers uit het Alpenland het commando over. Peter Frischknecht was er daar een van. De vader van latere wereldkampioen mountainbiken Thomas Frischknecht won, ondanks twee keer brons en drie keer zilver, nooit de regenboogtrui. Dat was voorbehouden aan Albert Zweifel, die vier keer op rij won van ’76 tot ’79 en er in 1986 nog een vijfde wereldtitel bij deed. Daartussen noteren we vier wereldtitels voor Roland Liboton, misschien wel de beste ooit.
Gedenkwaardige edities
Tussen de vier zeges van de Belg in, zagen we in 1981 ook de eerste Nederlander op het hoogste schavotje: Hennie Stamsnijder, vader van oud-renner Tom. In die jaren kwam ook Adrie van der Poel piepen. Nadat hij de wereldtitel verspeelde aan Klaus-Peter Thaler in München (1985), werd hij tussen 1988 en 1991 vier keer op rij tweede. Uiteindelijk lukte het hem in de nadagen van zijn carrière alsnog om de wereldtitel te grijpen. In het Franse Montreuil verschalkte hij in 1996 de Italianen Daniele Pontoni en Luca Bramati. Daarvoor hadden we in 1994 ook het gedenkwaardige WK in het zand van Koksijde gehad. Daar stal Paul Herygers de show.
Na twee wereldtitels voor Mario De Clercq voor de eeuwwisseling, volgt in Sint-Michielsgestel (2000) het meest bekende WK veldrijden ooit. De Clercq is opnieuw een van de favorieten. Topfavoriet was echter groot talent en winnaar van bijna alle grote prijzen dat seizoen, Sven Nys. Hij reed voor Rabobank, net als Adrie van der Poel en thuisrijder Richard Groenendaal. Binnen de ploeg was afgesproken dat er niet achter elkaar gereden werd. Groenendaal vertrok als een speer, waardoor Nys in de tang zat. De Clercq verweet hem dat en public, ondanks dat Groenendaal die dag simpelweg de beste was. Na de cross was België echter te klein en werd Nys weggezet als landverrader. De Kannibaal zag daar het levenslicht.
In 2002 won De Clercq toch zijn derde titel. Het was tekenend voor de heerschappij die België in die jaren had. Erwin Vervecken won drie keer, Bart Wellens en Niels Albert deden dat ieder tweemaal. Net als Nys overigens, die ondanks zijn dominantie door de jaren heen nooit verder kwam dan twee wereldtitels.
Sinds 2015 maken Mathieu van der Poel en Wout van Aert de dienst uit, met respectievelijk vijf en drie titels. In de 25 voorgaande edities was de titel – behoudens 2010, 2011 en 2014 (drie keer Zdeněk Štybar) – naar een Belg of Nederlander gegaan. In 2022 brak het Britse toptalent Tom Pidcock – bij afwezigheid van Van der Poel en Van Aert – de Laaglandse heerschappij.
Laatste tien winnaars WK veldrijden
2023: Mathieu van der Poel
2022: Tom Pidcock
2021: Mathieu van der Poel
2020: Mathieu van der Poel
2019: Mathieu van der Poel
2018: Wout van Aert
2017: Wout van Aert
2016: Wout van Aert
2015: Mathieu van der Poel
2014: Zdeněk Štybar
Het WK veldrijden voor mannen staat in seizoen 2023-2024 gepland op zondag 4 februari 2024.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.