Interview Weening: “Ik geniet van de Aussie mentaliteit”
vrijdag 3 mei 2013 om 09:00

Interview Weening: “Ik geniet van de Aussie mentaliteit”

Pieter Weening

foto: Sirotti

Zijn demarrage op de Eyserbosweg was indrukwekkend. Het was in de Amstel Gold Race, waar hij in de top 10 (8e) eindigde en de beste Nederlander werd, niet de eerste keer dit seizoen dat Pieter Weening (32) liet zien over goede benen te beschikken. Een overwinning bleef tot dusver uit voor de Fries in Australische dienst, maar sinds zijn seizoensstart in de Ronde van San Luis in januari boekte hij wel al een aantal fraaie ereplaatsen. Zo werd hij tweede in het eindklassement van de Ronde van Langkawi en was hij behalve in ‘de Amstel’ ook in de Ronde van het Baskenland (6e) en in Luik-Bastenaken-Luik (33e) de best geklasseerde landgenoot. Zaterdag keert de renner van Orica-GreenEdge terug in de ronde, waar hij in 2011 een van zijn grootste successen vierde. Wielerflits sprak met hem in de aanloop naar de Giro d’Italia. Weening: “Na de eerste rustdag gaat het voor mij pas echt beginnen.”

Hoogtestage in Nederland
De voormalig Rabo-coureur, momenteel bezig aan zijn tweede jaar bij Orica-GreenEdge, heeft zich op een bijzondere manier voorbereid op de drieweekse ronde, die zaterdag in de Italiaanse havenplaats Napels van start gaat. Na het Ardense drieluik trok hij zich terug voor een negendaagse hoogtestage, maar niet zoals de meeste van zijn collega’s ver weg in de Sierra Nevada of de Alpen, maar in het Noord-Brabantse Mill. Daar verbleef hij in een van de hoogtekamers van sportcentrum Fitland XL Mill. “Op het laatste moment werd besloten dat ik de Ronde van Romandië niet zou rijden. Ik wilde het gat tussen Luik’ en de Giro graag benutten om nog een paar procenten te winnen. Dat kan met een hoogtestage, maar met een vertrek naar Spanje bijvoorbeeld was ik te veel tijd kwijt. Ik heb wel vaker hoogtestages gedaan, maar nog nooit op gesimuleerde hoogte. Dit is voor mij ook nieuw, maar het bevalt prima.”

Weening

foto: Sirotti

Dagsucces
In de Giro hoopt Weening zijn kunststukje uit 2011 te kunnen herhalen. Destijds won hij de vijfde etappe door solo in Orvieto aan te komen, na een etappe die de renners deels over onverharde wegen leidde. Weening, geboren in Harkema maar al jaren woonachtig in Lanaken, mocht toen bovendien vier dagen de roze leiders trui om zijn schouders dragen. Toch maakt de Ronde van Italië niet al te veel warme gevoelens los bij Weening. “Het is voor mij gewoon een koers als alle andere. Het is een andere ronde dan twee jaar geleden, ze delen alleen hetzelfde shirtje weer uit.” Dat betekent niet dat Weening zonder ambities aan de start verschijnt. De renner geldt als speerpunt van de Australische ploeg in de heuvelachtige ritten die vanaf de tweede week aanvangen. “In de eerste ritten hoef je mij niet te verwachten. Ik mik op een etappe in het midden- of hooggebergte.” Daarnaast is de nuchtere Fries niet te beroerd om een van zijn teammaats bij te staan. Zo hielp hij onlangs nog Simon Gerrans aan de zege in de eerste etappe van de Ronde van het Baskenland. “Jongens als Simon Gerrans en Matthew Goss zijn echte winnaars. Het is niet zo dat je de hele dag je ballen er afdraait voor een zesde- of zevende plaats. Als zij goed zijn, is het gewoon een zekerheid dat er ten minste podium wordt gereden.”

Teamspeler
Weening voelt zich thuis bij zijn huidige werkgever. “Ik voel me perfect hier. Je bent hier wat meer op jezelf aangewezen. Dat vind ik wel prettig. Alle faciliteiten zijn aanwezig als je ze nodig hebt en als je ze niet nodig hebt dan laten ze je ook gewoon met rust. Het is relaxed, maar wanneer het startschot is gegeven, is het wel mouwen opstropen en gaan we er wel voor. Dat is hoe de mentaliteit hoort te zijn.” Het is volgens de coureur geen sneer naar zijn oude ploeg Rabobank (inmiddels Blanco Pro Cycling). Al geniet hij wel van meer vrijheid, zo zegt hij. “Rabobank was meer op ronderenners gericht. Orica GreenEdge richt zich meer op sprinters en klassiekerrenners. Voor een renner als ikzelf zijn hier meer kansen. Bij Rabobank had je acht of negen renners zoals ik. Voor wie ga je dan rijden? Hier zijn we hooguit met twee of drie man, dan wordt er al heel snel jouw kant op gekeken.” Die keren dat Weening toch voor een kopman op kop moet sleuren of met bidons door het peloton heen slalomt, heeft hij daar totaal geen problemen mee. “Mensen gaan er vanuit: jij bent wielrenner dus jij wilt winnen, maar wij hebben wel een ploeg. Voor ons is het zaak om ervoor te zorgen dat de beste renner van ons team in de positie komt om te winnen. Ik ben geen veelwinnaar dus is het logisch dat ik me ook in die rol moet schikken. Ik heb altijd van mezelf geweten dat ik nooit een grote ronde van drie weken zou kunnen winnen. Rondes van een week zijn meer mijn specialiteit. Daar kan ik als het meezit een etappe winnen en anders top 5 of top 10 rijden. Ook dan ben je voor een ploeg van uitzonderlijke waarde.”

pieter weening

foto: Sirotti

Knieblessure
Vorig jaar miste Weening een groot deel van het voorjaar door een hardnekkige knieblessure. Het WK in Valkenburg ging eveneens aan hem voorbij. Na de Ronde van Spanje, zijn tweede grote ronde van het jaar, was de koek op. “Als je ziet hoe ik terug gekomen ben, heb ik toch wel sterk gereden. Met vier trainingsweken in de benen reed ik toch top 15 in Romandië, top 10 in Callifornië en werd ik elfde in de Dauphiné”, weerlegt Weening de kritiek van een minder seizoen. “Ik vond het lullig tegenover de ploeg. Je komt daar aan en gelijk sta je een half jaar aan de kant. Ik heb er daarna alles aan gedaan om zo snel mogelijk weer op niveau te komen, dat is ook gebeurd maar daarna is de kans groot dat je een terugval krijgt. Tot de Tour de France heb ik het redelijk overleefd, maar daarna heb ik wel een klein dipje gehad in mijn vormpeil. Ach, weet je wat het is? Een overwinning verbloemt veel. Met een klein beetje meer geluk had ik ergens voor de overwinning gereden, dan ziet zo’n seizoen er toch heel anders uit.”

Tour de France
Inmiddels is Weening helemaal van zijn knieblessure af. “Ik heb tot nu toe een goed voorjaar gehad. Ik ben blij met de uitslagen die ik tot nu toe heb gereden.” Voordat hij zijn volgende doelen kenbaar maakt, wil hij eerst een goede Ronde van Italië rijden. “We zullen daarna beslissen wat verstandig is. Ik heb natuurlijk al een hele reeks wedstrijden gereden, met koersen vanaf januari. Het kan zo zijn dat dadelijk de batterij een beetje leeg is. Na de Giro beslis ik of het verstandig is om ook nog de Tour te rijden, maar anders is de Vuelta ook een heel mooie optie.”

Door: Rein Verweijen

RIDE Magazine

Om te reageren moet je ingelogd zijn.