Jack Haig kende in 2017 het jaar van zijn doorbraak. Als tweedejaarsprof boekte hij in augustus tijdens de Ronde van Polen zijn eerste profzege. De 24-jarige Australiër van Orica-Scott stelt zich voor volgend seizoen nieuwe doelen.

Hij begint zijn seizoen waarschijnlijk niet in eigen land. “Op dit moment is mijn wedstrijdkalender nog niet honderd procent af, maar ik ben er vrijwel zeker van dat ik mijn seizoen niet begin in Australië”, vertelt hij aan CyclingTips. “Ik ben laat geëindigd met de Tour of Guangxi. Dan is het lastig om goed op te bouwen en weer in vorm te zijn voor de Australische zomer.”

Na twee deelnames aan de Vuelta a España (waar hij afgelopen jaar 21ste werd) wil hij in 2018 zijn geluk beproeven in Italië. “Ik zou graag volgend jaar de Giro d’Italia willen rijden. Na twee keer de Vuelta lijkt het mij goed om een nieuwe uitdaging te zoeken en naar de Giro te gaan. Ik ben met de nationale ploeg anderhalf jaar in Italië geweest. Het is een plek waar ik graag terugkeer.”

Daarnaast hoopt hij in het najaar het WK in het Oostenrijkse Innsbruck te mogen rijden. “Nadat ik dit jaar mijn eerste WK bij de profs reed en het feit dat er volgend jaar een heuvelachtig parcours is, zou ik heel graag deel uit willen maken van de Australische ploeg.”

De in Andorra woonachtige Haig merkt dat het leven van een beroepsrenner hem steeds beter bevalt. “In het eerste jaar als prof moet je zoveel dingen regelen wanneer je van Australië naar Europa komt”, legt hij uit. “Je regelt je visum, je huisvesting, al dat soort dingen. In mijn tweede jaar had ik alles op orde en kon ik mij richten op fietsen en trainen”, legt hij uit. “Dat heeft mij geholpen om de volgende stap te zetten. Maar ook dat ik mij meer comfortabel voel in de ploeg.”

Volgens Haig is het groeien als renner een natuurlijk proces. “Ik probeer hard te trainen, goed te rusten en niets geks te doen. Gewoon de basis”, legt hij uit. “Zolang je constant hard blijft werken en niets geks doet, blijf je langzaam vooruit gaan. Het wordt vaak moeilijker gemaakt dan dat het is.”