Video Jan Siemons debuteerde in 1986 in de Tour de France, maar moest al na de eerste dag naar huis. De oud-wielrenner uit Zundert kwam in de ploegentijdrit samen met twee ploegmaats te laat over de streep en finishte buiten de tijdlimiet. Daarover vertelt Siemons in de Barbershop van Alpecin en WielerFlits. Maar het gesprek ging natuurlijk ook over de beroemde bus van Sauna Diana, de luxe seksclub van zijn ouders.

Corrie en Frans Siemons – de eigenaren van Sauna Diana – waren de bedenkers van die bus, omdat hun zonen Jan en Marc opgroeiden in het wielrennen. “Wij zijn opgegroeid in een wielergekke familie, het is met de paplepel ingegoten, en mijn vader kwam met het idee om een dubbeldekker aan te schaffen in de tijd bij de nieuwelingen en junioren. Daarna hebben ze een moderne bus aangeschaft, en daar stond reclame op van de eigen zaak, Sauna Diana”, blikt Jan Siemons terug op die tijd.

“Die bus werd verhuurd aan profploegen, waaronder TVM. Zo kwam die in de Tour, Giro en Vuelta terecht”, gaat hij verder. “Daar kregen ze dan een bepaalde vergoeding voor. Mijn moeder vond het schitterend om voor die renners te zorgen. Het was een heel andere tijd dan nu, want toen konden renners nog pannenkoeken eten na de rit. Voor de zaak was het ook goed. Met de bus reed mijn vader gewoon over de route, waarvoor je normaal veel voor moest betalen. Daar stond dan een half ontblote dame op. Qua publiciteit voor de zaak sneed het mes aan twee kanten. We kregen betaald en het bracht naamsbekendheid op voor de zaak.”

Volgens Siemons dachten zijn vader en moeder ‘vooral in oplossingen’ met de intrede van de bus. Altijd gesoigneerd was de familie-Siemons niet. “Mijn ouders zijn niet zo bezig met het uiterlijk, maar alles was wel goed verzorgd. Netheid en hygiëne moesten goed voor mekaar zijn. Die bus zeker, de keuken en de badkamer waren wel heel modern. Maar een bus, dat was heel apart destijds. Wij zaten in de generatie dat je bij mensen moest aanbellen of je er kon omkleden. Dat is nu ondenkbaar, maar toen een heel nieuwe wereld.”

“Die bus heeft ons heel veel naamsbekendheid gegeven. We zaten met de zaak op de grens met België (in Zundert, red.) en voor Belgische klanten was het wel een ijsbreker, want iedereen kende de bus en de link met wielrennen”, aldus Siemons, die van 1986 tot en met 1992 prof was bij PDM en later TVM. In die jaren reed hij vijf keer de Tour de France.