John Degenkolb: “Dromen van tweede triomf op de piste van Roubaix”
Interview John Degenkolb blijft ambitieus. Zijn eerste jaar bij Lotto Soudal heeft hij naar eigen zeggen met een goed gevoel afgesloten, met toptienplaatsen in Gent-Wevelgem, Ronde van Vlaanderen en Brugge-De Panne. “Mijn tijd is nog niet voorbij”, klinkt het bij de net 32 geworden Duitser. “Mijn grootste droom is een tweede keer winnen op de piste in Roubaix.”
Zaterdag 29 augustus 2020. John Degenkolb raakte in de openingsrit van de Tour de France betrokken bij een van de talrijke valpartijen, reed met de moed der wanhoop nog door tot aan de finish in Nice, maar kwam buiten tijd aan. Zijn Tour zat er op na 156 kilometer. Een dag later kon ook Philippe Gilbert niet meer van start.
“Elke grote ronde zijn er jongens die snel uitvallen”, vertelt Degenkolb daarover. “Maar ik had er nooit bij stilgestaan hoe erg dat voelt. Toen ik op de luchthaven zat te wachten, was ik een hoopje ellende en frustratie. Het was zeer moeilijk te aanvaarden. Je hebt het gevoel dat je je ploegmaats in de steek laat. Gelukkig werd het voor de ploeg uiteindelijk nog een succesvolle Tour, maar ik had er zo graag deel van uitgemaakt.”
“Nu, ik heb er vanaf dat moment wel alles aan gedaan om snel weer op de fiets te zitten. Twee weken later kon ik al hervatten in de Ronde van Luxemburg, waar ik zowaar een rit won. Dat gaf me een enorme mentale boost, waardoor ik met vertrouwen aan de BinckBank Tour begon, de laatste rechte lijn naar de klassiekers. In de sprints voelde ik mij er niet comfortabel, maar in de zwaardere ritten merkte ik wel dat ik in orde was voor de klassiekers.”
“Nooit eerder zo dicht bij podium in de Ronde”
En daarin sloot Degenkolb een atypisch wielerjaar af met toptienplaatsen in de Gent-Wevelgem (6de), Ronde van Vlaanderen (9de) en Brugge-De Panne (4de). “Vooral mijn prestatie in de Ronde vond ik zeer sterk. Ik werd er eerder al twee keer zevende, maar zo dicht bij het podium eindigde ik nooit. Ik heb echt gekoerst om die derde plek te pakken. In de laatste anderhalve kilometer reed ik nog een gat dicht, maar daardoor was mijn eindsprint wel afgebot.”
Degenkolb heeft het ook over een fascinerend wielerjaar. “Door de omstandigheden (corona, red) werd elke wedstrijd speciaal. Het hele peloton stond telkens weer aan de start met het gevoel alsof het de laatste van het jaar kon zijn. Met als gevolg dat het niveau zeer hoog was en de resultaten toch naar waarde geschat mogen worden.”
Na het seizoen keerde de Duitser terug naar huis. “Ik ben al twee jaar bezig met de restauratie van een oude boerderij. Daar heb ik ook deze winter mijn tijd ingestoken. Zwaar labeur in de tuin, waar ik mijn terras afwerkte. De ideale manier om het hoofd leeg te maken. Minpuntje: ik kon er amper trainen wegens het slechte weer. Daarom laste ik in december nog een stage op Mallorca in met twee collega’s, waaronder Jonas Rutsch van EF Education.”
Niet bang van Van Aert en Van der Poel
Met La Marseillaise, de Ster van Bessèges en de Tour de la Provence zal Degenkolb zich straks voorbereiden op het Belgische openingsweekend. “Daarin rijd ik normaal Kuurne-Brussel-Kuurne. Dan volgt Parijs-Nice en voor je het beseft, sta je aan de start van Milaan-San Remo. Maar mijn hoofddoelen zijn uiteraard de Vlaamse klassiekers, met Parijs-Roubaix op één. Ik won er in 2015. En na mijn ritzege in de Tour van 2018 (9de etappe, van Arras naar Roubaix, red) is mijn liefde voor deze klassieker nog gegroeid. Het is mijn grootste droom om ooit met een tweede kassei te mogen pronken op de piste.”
En zoals in zowat elke online meeting die tegenwoordig gehouden wordt, krijgt ook Degenkolb de vraag hoe lastig het wordt om volgend voorjaar Mathieu van der Poel en Wout van Aert te kloppen. De Duitser klinkt strijdvaardig. “Man tegen man zijn die twee misschien van een ander niveau. Maar een klassieker is geen tijdrit. Er komt ervaring en tactiek bij kijken. Nee, ik ben er niet bang van.”
Volgens Degenkolb kan het overigens een speciale Parijs-Roubaix worden dit jaar. “Zonder publiek wordt de wind een extra factor. Door het volk dat er normaal staat, ben je op de kasseistroken beschut. Je rijdt door een corridor. Nu zal dat niet zo zijn. Ik verwacht dat we dat vooral gaan beseffen op Carrefour de l’Arbre, op het einde. Als daar wind staat, worden die stroken nog zo veel zwaarder.”
Leuven
Na het voorjaar hoopt Degenkolb zich te mogen opmaken voor een nieuwe Tourdeelname. “Heel graag zelfs, maar daaromtrent is bij de ploeg nog niets beslist.” Daarnaast wil hij ook van het WK een doel maken. “Dat wordt wat. Ik heb al iets gezien van het parcours in de Brabantse Pijl. Met moeilijke, korte hellingen. Technisch bovendien. Als ik in topconditie ben, dan kan ik voor een goed resultaat gaan, al is de omloop me niet op het lijf geschreven. Maar het is altijd leuk om je land te mogen vertegenwoordigen.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.