Jonas Vingegaard over defensieve tactiek: “Geen gebrek aan ballen, maar gewoon slim koersen”
Voor de start van de Tour de France waren er de nodige twijfels over de vorm van Jonas Vingegaard, maar de Deen heeft zich in de eerste week goed staande weten te houden in de top van het klassement. Na negen dagen staat hij derde in de algemene rangschikking. “Ik voel me heel goed”, zei Vingegaard op de eerste rustdag tegen onder meer Het Nieuwsblad.
“Ik voel dat ik groei”, aldus Vingegaard, die in de Ronde van het Baskenland zwaar ten val kwam en geen voorbereidingskoersen reed in aanloop naar de Tour de France. “Ik word beter en beter. Ik zit op een hoog niveau, veel hoger dan ik ooit had verwacht met enkel anderhalve maand voorbereiding.”
Het was een ‘relatief gemakkelijke openingsweek’, aldus de tweevoudig Tourwinnaar. Niettemin verloor hij wel een minuut en vijftien seconden op geletruidrager Tadej Pogacar. Hoeveel mag hij maximaal verliezen op zijn grote concurrent voor de zware slotweek? “Daar kan ik geen cijfer op plakken. Vorig jaar nam ik zeven minuten in twee dagen. Nu weten we zelf niet hoe ik ga reageren in de derde week. We gaan het dag na dag zien. Natuurlijk, hoe dichter ik sta, hoe beter. Maar ik vertrouwde ons plan vorig jaar. Dat werkte. Ik vertrouw dit jaar ook het plan.”
‘Geen gebrek aan ballen, maar slim koersen’
Onderdeel van dat plan was ook om in de gravelrit van zondag geen onnodige krachten te verspillen. Terwijl Tadej Pogacar en Remco Evenepoel de aanval kozen, koerste Vingegaard vooral defensief. Hij sprong mee met zijn rivalen, maar nam niet over. Evenepoel stelde nadien dat je soms met ‘ballen’ moet durven koersen. “Als ik zeventig kilometer met hen meerijd en dan gelost word in laatste kilometers – wat ook gebeurd is – dan kon mijn Tour voorbij zijn”, reageert Vingegaard. “Dus het was geen gebrek aan ballen, maar gewoon slim koersen.”
Naast Evenepoel heeft ook Pogacar een kleine sneer uitgedeeld aan Vingegaard. De Sloveen vindt dat de Deen enkel op hem let, terwijl er meer concurrenten zijn. “Ik zie zeker niet alleen Pogacar als tegenstander. De hele top tien is een tegenstander. Gisteren wilden we geen tijd verliezen. Misschien snappen andere mensen onze tactiek niet, maar dat is hun probleem.”
Om te reageren moet je ingelogd zijn.