Lotte Kopecky maakte tot de laatste ronde kans op goud, tijdens de puntenkoers op de WK baanwielrennen in Ballerup. In de slotsprint kreeg ze echter te kampen met kettingproblemen. Ze moest vervolgens genoegen nemen met een zilveren medaille, haar tweede van het toernooi. “Dit zilver is toch iets moeilijker te aanvaarden dan die van de afvalkoers”, baalde Kopecky na afloop bij Sporza.

“Tja, het blijft wel een WK en het blijft een medaille”, vervolgde ze. “Ergens moeten we er ook tevreden mee zijn, maar ik had op meer gehoopt. Het mocht niet zijn.”

Het goud ging naar thuisrijdster Julie Leth. Was het anders geweest, als Kopecky geen materiaalproblemen had gekend? “Het was sowieso nog moeilijk om vier punten terug te pakken op Leth. Zonder kettingprobleem was ik waarschijnlijk op één punt gestrand, dus had dat niets veranderd aan de einduitslag. Dus ik denk dat we het eerder in de wedstrijd moeten gaan zoeken.”

Kopecky na afloop met haar afgelopen ketting – foto: Cor Vos

“Ik weet dat ik heel weinig ruimte krijg om rondes te pakken. Als ik vertrek, is het alle hens aan dek en kan iedereen plots wel rijden. Dat is jammer, maar anderzijds snap ik het wel. Ik heb geprobeerd er het beste van te maken, maar het was net niet.”

Voor Kopecky kwam met het WK baanwielrennen in Denemarken een einde aan een lang seizoen. Nu is het tijd voor rust. “Ik rijd wel nog in Gent (de Zesdaagse van Gent, 12-17 november, red.), maar neem eerst vakantie zonder de fiets. Ik wil de batterijen opladen en doen waar ik zin in heb.”