Steven Kruijswijk prijkt op de meeste favorietenlijstjes voor de aankomende Tour de France niet bovenaan. De klimmer van LottoNL-Jumbo trekt echter met ambitie naar Frankrijk. In een uitgebreid interview met het AD kijkt hij vooruit op zijn vierde La Grande Boucle en op de samenwerking met seizoensrevelatie Primož Roglič. “Het is niet de insteek van de ploeg om hem een klassement te laten te rijden. Ze hebben bij het team een heel duidelijk plan”, aldus Kruijswijk.

Een must-have voor wielerfans! Op 20 september verschijnt er weer een nieuwe RIDE Magazine. Onze 172 pagina’s dikke najaars-editie staat weer vol met prachtige wielerverhalen om heerlijk van te genieten. Bestel jouw exemplaar nu online voor slechts € 9,95. Snelle beslissers ontvangen 15 euro korting bij FuturumShop. RIDE extra voordelig lezen? Neem dan nu een abonnement en krijg 20% korting!

Waar Kruijswijk dit seizoen ereplaatsen verzamelde, won Roglič de Rondes van het Baskenland, Romandië én Slovenië. Toch stelt de 31-jarige Brabander dat de rolverdeling duidelijk is. “De ploegleiding had na zijn resultaten inderdaad van tactiek kunnen veranderen. Maar ik denk dat ze een heel duidelijk plan met hem hebben.”

“Dit jaar staat bij hem alles in het teken van rittenkoersen van een week, om volgend jaar voor een klassement in de Tour te gaan. Een dergelijke verdeling zorgt ook voor rust in de ploeg. Anders krijg je teveel belangen en wordt het moeilijk”, zo is Kruijswijk van mening.

De klimmer snijdt de Tour aan met dertig koersdagen op de teller. Een bewuste keuze, zo legt hij uit. “Ik moest telkens in mijn achterhoofd houden dat de tweede seizoenshelft belangrijk is. Deze benadering is nieuw voor mij, maar het verleden heeft aangetoond dat frisheid belangrijk is in de Tour. Mijn basisniveau was goed, en ik hoop dat ik door middel van een hoogtestage en intensieve trainingen mijn topniveau te pakken heb voor de Tour.”

Over Tourstart: “Eerste dagen zijn gewoon ruk”
Het devies voor Kruijswijk tijdens de eerste Tourdagen is simpel; overleven. Er naar uitkijken doet hij niet bepaald. “De eerste drie dagen zijn gewoon ruk. Er zullen valpartijen en massasprints komen. Iedereen zal op de eerste rij willen zitten. Het is daarom zaak om er op de sleutelmomenten te staan, om zodoende de ploeg niet op te branden.”

Een etappe waar iedereen naar uitkijkt, is de negende rit richting Roubaix. Op het programma staan dan vijftien kasseistroken. “Je moet constant gefocust zijn. Het zal de hele dag duwen en naar voren rijden worden. Ik zie het niet als een probleem, omdat ik goede ervaringen heb uit het verleden”, aldus Kruijswijk.

“Het gaat echter om het kiezen van positie. Je kunt nog zo hard de kasseien oprijden; als je in honderdste positie aan een strook begint, heeft het geen zin. Hier heb je je ploeg voor nodig, iedereen, de hele dag.”