Steven Kruijswijk liet zich gisteren in de finale van de elfde etappe van de Giro d’Italia weer goed van voren zien. De nummer vier in het algemeen klassement schudde op de Forcella Mostaccin stevig aan de boom, waardoor er vooraan slechts negen renners overbleven. “Het was vooral mijn intentie om mijn benen te testen. Daarnaast vond ik het belangrijk om de afdaling van voren te beginnen”, zegt hij op de website van de ploeg.

De kopman van LottoNL-Jumbo had graag nog een extra versnelling in de benen gehad. “Ik had een goede dag, maar kon jammer genoeg niet met Jungels en Amador mee. Zij reden vrij makkelijk weg en toen ik daarop wilde reageren, haalde Valverde mij terug. Toen had het geen zin meer om door te gaan.”

Vandaag kan Kruijswijk waarschijnlijk veilig schuilen in het peloton. “Ik ga ervan uit dat het in een massasprint gaat eindigen”, zo blikt ploegleider Addy Engels vooruit op de twaalfde etappe. Toch houdt hij een kleine slag om de arm. “De finale is heel technisch en er wordt regen voorspeld, dus die factoren maken het nog wel enigszins moeilijk.” Punten voor de bergtrui kunnen er vandaag niet worden verdiend. De rit van Noale naar Bibione is volledig vlak.