Video Bij de mannen wist Mathieu van der Poel geen medaille te bemachtigen op de Olympische Spelen in Parijs, maar een dag later heeft Nederland weer een gouden kans met Lorena Wiebes, zonder twijfel de snelste sprintster ter wereld.

Op papier is Wiebes ook de kopvrouw van de Nederlandse selectie, maar met Demi Vollering en Marianne Vos heeft ze niet de minste ploeggenoten mee. “We hebben meerdere scenario’s uiteindelijk. Ik hoop aan het eind te kunnen sprinten voor de overwinning, en er zo lang mogelijk bij blijven om als troef daar te zitten”, klonk het eerder deze week voor de camera van WielerFlits.

Als snelle vrouw zal de renster van SD Worx niet zo veel opportuniteiten als deze meer krijgen in haar carrière. “Het is een unieke kans, dat denk ik wel”, besefte ze ook zelf. “Het parcours is niet heel lastig, maar het wordt natuurlijk wel zwaar. Het is een aparte wedstrijd, alles moet goed vallen daarin. Maar ik denk dat het een van de beste kansen voor mij wordt om hopelijk voor een gouden medaille te gaan.”

• 

  1 aug

  Lees ook Bondscoach weet de manier voor Lotte Kopecky om goud te pakken: "Afgeraken van Wiebes"

  1 aug

“In november hebben we de verkenning gedaan. Dat was toen heel anders, omdat er toen veel mensen waren. Het was slalommen om de mensen heen op de klimmetjes. Ik hoop met de officiële verkenning iets meer ervan te zien. Ik merkte wel dat het iets moois zou gaan zijn, iets waar ik aan kon werken doorheen het seizoen en het past bij mijn capaciteiten. Als je de finish aan de Eiffeltoren ziet, geeft dat extra motivatie om voor dat doel te werken.”

Wiebes vond het lastig om te zeggen of ze momenteel op haar beste niveau ooit zit, in de Baloise Ladies Tour maakte ze immers een grote indruk. “Ik weet wel dat ik er alles aan heb gedaan om zo goed mogelijk aan de start te staan. De komende dagen kunnen daar niet veel meer aan doen. Ik heb wel een heel goed gevoel overgehouden aan de trainingen die ik afgelopen week heb gedaan. Het vertrouwen is er wel. Ik ga heel relaxed de wedstrijd in, bekijk het als een normale wedstrijd en wil mezelf niet te gek maken.”