Lotte Kopecky moet vrede nemen met plaats vier in omnium: “Gelukkig ga ik niet met lege handen naar huis”
Lotte Kopecky is op de meest ondankbare plaats gefinisht in het omnium. De Belgische topper eindigde als vierde en greep zo net naast een medaille. Na afloop sprak Kopecky van een ontgoocheling, maar ze keert wel met opgeheven hoofd naar huis. “Door die bronzen medaille in de wegrit”, zegt ze in gesprek met Sporza.
Het omnium begon meteen niet goed voor Kopecky. Ze eindigde achteraan in het pak in de scratch, waardoor ze meteen heel wat moest goedmaken. “Maar ik panikeerde niet. Ik heb al vaak in die positie gezeten, ik wist dat het nog goed kon komen. Daarna had ik wel een deftige temporonde en een redelijk oké afvalling. In de afvalkoers moest ik eigenlijk bij de eerste sprint al voluit gaan. Daar kon ik moeilijk van herstellen.”
“Ik probeerde dan op safe te spelen door op kop te gaan rijden, want ik wist dat het moeilijk ging zijn om bepaalde situaties recht te zetten. In de puntenkoers had ik uiteindelijk niets meer te verliezen. Ik heb alles geprobeerd. In die voorlaatste sprint tegen Pikulik (die zilver pakt, red.) moest ik weer vol gaan. Daarna was het moeilijk en was brons weg.”
Kopecy snakt naar rust
“Ik ben blij dat ik die bronzen medaille heb gepakt in de wegrit, daardoor ga ik nu niet met lege handen naar huis. Nu ga ik even tijd nemen om te rusten. Het was de laatste tijd heel veel. Niet alleen het fietsen, maar ook zaken naast de fiets”, sloot een zichtbaar geëmotioneerde Kopecky af.
Om te reageren moet je ingelogd zijn.