Even leek het erop alsof Lotto Dstny de Grote Prijs van Québec volledig zou domineren. De renners van de Belgische ploeg reageerden in de finale met liefst drie pionnen op de verschroeiende aanval van Tadej Pogacar. Alleen haalden zowel Arnaud De Lie, Maxim Van Gils als Jenno Berckmoes even later de top-10 niet, nadat het peloton hen met 500 meter te gaan overrulede.

“Als je het resultaat bekijkt zou je denken dat we er vandaag niet aan te pas gekomen zijn”, analyseert ploegleider Nikolas Maes bij Het Nieuwsblad. “Op het einde van de dag telt het resultaat en dat valt dik tegen. Maar collectief waren we natuurlijk supersterk.”

Toch zag Maes ook dat er tactische fouten gemaakt werden. “In theorie is het super dat we met drie mee waren, maar het plan was dat Arnaud in de wachtkamer zou blijven om naar die laatste rechte lijn te gaan. We hadden de luxe om met Jenno en Maxim mee te zijn, zij konden in het wiel van Pogacar blijven. Maar achteraf is het altijd makkelijk praten.”

Hoe wilde Maes de wedstrijd dan analyseren? “Sowieso hebben we een sterke ploeg gezien. Met drie man mee zijn op dit niveau is supersterk. Daar ga ik de ploeg voor feliciteren. We moeten dit niet dramatiseren. Ik kan de jongens niets verwijten, ook Arnaud niet. Natuurlijk ga ik niet boos zijn, maar we moeten er wel over spreken. Arnaud moet beseffen dat hij zijn ploeg zo optimaal mogelijk moet gebruiken. Maar Arnaud is een winnaar, een kampioen. Hij heeft zodanig veel capaciteiten dat hij fear of missing out heeft.”