Luik-Bastenaken-Luik is het oudste monument en werd al voor de eerste Tour de France verreden
Luik-Bastenaken-Luik heeft vele generaties overleefd. De koers ontstond vier jaar voor de wedergeboorte van de Olympische Spelen en elf jaar voor de allereerste Tour de France. Haar bijnaam luidt niet voor niets La Doyenne, de oude dame. WielerFlits duikt in de lange geschiedenis van LBL.
De moeder der klassiekers is het niet, want dat is Milaan-Turijn (1876). Maar Luik-Bastenaken-Luik pretendeert wél het oudste monument te zijn. Die strijd wint ze net van Parijs-Roubaix, mits we ook de amateurwedstrijden sedert 1892 meetellen. De wedstrijd werd namelijk pas in 1908 toegankelijk voor profwielrenners, terwijl dat in de Hel van het Noorden al in tijdens de eerste editie in 1896 mogelijk was. Maar omdat de organisatie 1892 als geboortejaar ziet, geldt Luik-Bastenaken-Luik als het oudste monument op de wielerkalender.
Zoals wel bij meer koersen het geval is, werd ook deze wedstrijd opgericht door een krant. Het Frans-Belgische l’Express staat aan de wieg van La Doyenne, die tijdens de eerste drie edities anders heette: Spa-Bastenaken-Spa. Overigens gold de koers toen nog als een soort testevent voor… Luik-Parijs-Luik. Het oorspronkelijke plan was namelijk om een monstertocht van 850 kilometer te creëren, met een omweg via de Franse hoofdstad. Het zou bij een plan blijven.
Na een moeizame opstartfase werd Luik-Bastenaken-Luik uiteindelijk toch een jaarlijks terugkerend evenement. In de eerste decennia werd de wedstrijd, niet geheel verrassend, gedomineerd door de Belgen. Zo kwam de allereerste editie op naam van Léon Houa uit Luik. Hij zou ook in 1893 en 1894 winnen, waarmee de Waal nog altijd op een gedeelde derde plaats staat wat betreft het record met de meeste zeges. De eerste uitgave waar profs aan mee mochten doen, die van 1908 dus, ging wel naar een buitenlander: de Fransman André Trousselier zegevierde.

Een van de renners die Luik in de jaren 50 twee keer won: Ferdi Kubler – foto: Cor Vos
Behoudens in 1910 en de oorlogsjaren 1914-1918, 1940-1942 en 1944, vond Luik-Bastenaken-Luik altijd plaats. De editie in 1943 ging – aangemoedigd door de Duitse bezetter – ‘gewoon’ door. In het Interbellum tussen de beide wereldoorlogen had Alfons Schepers zich met drie zeges (1929, 1931 en 1935) inmiddels naast Houa gezet als recordhouder. Andere bekende namen uit die tijd die zegevierden in Luik, waren tweevoudig wereldkampioen Georges Ronsse (1925) en Alfons Deloor (1938), de drie jaar oudere broer van Gustaf.
Meer bekende winnaars zien we na de Tweede Wereldoorlog. Denk aan Ferdi Kübler (die zelfs twee keer wist te winnen), de kort daarna betreurde Stan Ockers (leidde zelfs tot nationale rouw in België) en Fred De Bruyne. Die laatste won zelfs drie keer (1956, 1958 en 1959), in jaren dat hij ook zegevierde in Milaan-San Remo, Parijs-Roubaix, de Ronde van Vlaanderen, alsmede ritten in de Ronde van Frankrijk.
Later wonnen vrijwel alle groten uit de wielersport deze klassieker. Eddy Merckx is met vijf zeges nog altijd recordhouder, al kwamen Moreno Argentin en Alejandro Valverde (vier overwinningen) dichtbij. Bernard Hinault, Seán Kelly en heel recent Remco Evenepoel en Tadej Pogacar volgen met twee overwinningen.
Maar laten we niet enkel kijken naar kwantiteit. Het zegt namelijk niet alles. Frank Vandenbroucke won LBL bijvoorbeeld slechts één keer, maar hoe hij won, staat in ieders wielergeheugen gegrift. De branie vooraf, de sprint-à-deux met Michele Bartoli op La Redoute, de buitenbladversnelling bij huisnummer 256. Canonmateriaal.
Na Vandenbroucke wonnen nog twee Belgen Luik-Bastenaken-Luik. Philippe Gilbert was de beste in zijn wonderjaar 2011, toen hij de gebroeders Fränk en Andy Schleck aftroefde in een sprint met drie. Destijds was de finish nog gelegen in de Luikse voorstad Ans, sinds de editie van 2019 is dat opnieuw in Luik zelf. Daar kwam de reeds genoemde Evenepoel in 2022 en 2023 als eerste over de streep, terwijl Pogacar er in 2024 een solo wist af te ronden.
Wout Poels, de laatste Nederlandse winnaar, kende zijn moment du gloire dus nog in Ans. Hij was de vierde Nederlandse winnaar van La Doyenne, na Ab Geldermans (1960), Steven Rooks (1983) en Adrie van der Poel (1988).

Adrie van der Poel viert zijn zege in Luik-Bastenaken-Luik 1988 – foto: Cor Vos
Laatste winnaars Liège-Bastogne-Liège
Luik-Bastenaken-Luik staat in het seizoen 2025 gepland op zondag 27 april 2025.

Evenepoel soleerde in 2023, in zijn regenboogtrui, naar zijn tweede zege op rij – foto: Cor Vos
Om te reageren moet je ingelogd zijn.